This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011XC0824(06)
State aid — Germany (Articles 107 to 109 of the Treaty on the Functioning of the European Union) — State aid MC 15/09 — LBBW Deka divestment Text with EEA relevance
Steunmaatregelen van de staten — Duitsland (De artikelen 107 en 109 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) — Steunmaatregel MC 15/09 — LBBW-afstoting Deka Voor de EER relevante tekst
Steunmaatregelen van de staten — Duitsland (De artikelen 107 en 109 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) — Steunmaatregel MC 15/09 — LBBW-afstoting Deka Voor de EER relevante tekst
PB C 245 van 24.8.2011, p. 21–22
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
24.8.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 245/21 |
STEUNMAATREGELEN VAN DE STATEN — DUITSLAND
(De artikelen 107 en 109 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie)
Steunmaatregel MC 15/09 — LBBW-afstoting Deka
(Voor de EER relevante tekst)
2011/C 245/10
De Commissie heeft Duitsland bij brief van 14 januari 2011 van haar besluit sui generis ten aanzien van steunmaatregel MC 15/09 in kennis gesteld.
TEKST VAN DE BRIEF
„I. PROCEDURE
(1) |
De Commissie heeft bij besluit van 15 december 2009 in zaak C 17/09 (hierna het „LBBW-besluit” genoemd) (1) twee maatregelen ten gunste van Landesbank Baden-Württemberg (hierna „LBBW” genoemd) goedgekeurd: een kapitaalinjectie van 5 miljard EUR en een maatregel ter bescherming van probleemactiva voor een bedrag van 12,7 miljard EUR voor een gestructureerde portfolio die 35 miljard EUR in activa omvat. Aan die goedkeuring waren een aantal Duitse toezeggingen verbonden. Een van de toezeggingen was dat LBBW vóór (2) […] haar belang in Deka Bank Deutsche Girozentrale (hierna „Deka” genoemd) zou verkopen. |
(2) |
Op 13 december 2010 heeft Duitsland een brief van LBBW ingediend waarin stond dat Deka niet vóór […] kon worden afgestoten. Op 21 december 2010 verklaarde Duitsland dat de trustee (3) en het ministerie van Financiën van Baden-Württemberg bevestigden dat LBBW alles gedaan had wat ze kon om het verkoopproces binnen die termijn af te ronden. Op 22 december 2010 meldde Duitsland een verzoek tot verlenging van de afstotingstermijn tot […] aan. Op 5 januari 2011 diende Duitsland verdere informatie in. |
(3) |
Op 22 december 2010 deelde Duitsland de Commissie mee dat het wegens hoogdringendheid bij wijze van uitzondering aanvaardt dat het besluit in kwestie in het Engels wordt vastgesteld. |
II. FEITEN
(4) |
Het LBBW-besluit is gebaseerd op meerdere toezeggingen. Overweging 38, punt 5, onder c), van het LBBW-besluit bevat de toezegging van Duitsland dat LBBW haar belang in Deka vóór […] zou verkopen. Het besluit staat een verlenging van die termijn niet expliciet toe. |
(5) |
Deka is een publiekrechtelijke instelling (Rechtsfähige Anstalt des öffentlichen Rechts) die — via dochterondernemingen — de particuliere investeringsfondsen van de Duitse spaarbanken beheert. De helft is in handen van het Deutsche Sparkassen- und Giroverband (hierna „DSGV” genoemd) en de overige helft is eigendom van Landesbanken via een holding (hierna „holding” genoemd). Het middelllijk belang van LBBW in Deka bedraagt 14,8 %. De respectieve eigenaren hebben een voorkooprecht indien een van de partijen haar belang wil verkopen. |
(6) |
Aanvankelijk had het DSGV een bod op het belang van LBBW in Deka gedaan dat geldig was tot […]. Om de verkoop effectief te maken, zou die door alle andere Landesbanken met een belang in Deka, alsook door Deka zelf en haar algemene vergadering moeten worden goedgekeurd. |
(7) |
Duitsland heeft de Commissie meegedeeld dat alle Landesbanken die aandeelhouder zijn in de holding, voornemens zijn hun belang aan het DSGV te verkopen, wat van die laatste de enige aandeelhouder van Deka zou maken. Een bindend besluit betreffende die verkopen wordt binnen de […] verwacht, hoewel extra uitstel tot […] niet kan worden uitgesloten gezien de complexiteit van het besluitvormingsproces in kwestie. Indien de Landesbanken hun belangen in de holding verkopen, zouden de voor de verkoop van LBBW's belang in Deka vereiste overeenkomsten volgens Duitsland meer goedschiks worden verleend en de verkoopprocedure versoepelen. |
(8) |
Duitsland heeft de Commissie voorts meegedeeld dat het DSGV zijn bod voor de aankoop van het LBBW-belang in Deka verlengd heeft tot […]. |
(9) |
Niettegenstaande het verzoek om een verlenging van de termijn voor de afstoting van Deka beweert Duitsland dat LBBW alles gedaan heeft wat zij kon om te garanderen dat de verkoop plaatsvond. De trustee die belast is met het toezicht op de afstotingen van LBBW waartoe Duitsland zich in het kader van het LBBW-besluit had verbonden, bevestigde die inschatting. |
III. BEOORDELING
(10) |
Het huidige besluit betreft de uitvoering van het in het LBBW-besluit goedgekeurde herstructureringsplan. Duitsland vraagt om uitstel van de termijn voor de verkoop van Deka met drie maanden, […]. |
(11) |
De Commissie kan de termijnen voor afstotingen verlengen. Hoewel dit niet expliciet in Verordening (EG) nr. 659/1999 is opgenomen, heeft de Commissie de discretionaire bevoegdheid een verlenging toe te staan voor zover die de handhaving van het LBBW-besluit niet belemmert (4). |
(12) |
De Commissie merkt op dat LBBW de verkoopsprocedure van Deka reeds actief op gang heeft gebracht door zich te verzekeren van een bod van het DGSV. In dat verband neemt de Commissie akte van het standpunt van zowel Duitsland als de trustee dat LBBW alles gedaan heeft wat zij kon om het verkoopproces te bespoedigen. |
(13) |
Voorts lijkt het, volgens Duitsland, hoogst waarschijnlijk dat de Landesbanken met een belang in de holding eveneens hun belang zouden verkopen, wat het algemene verkoopproces van LBBW’s belang in Deka zou vergemakkelijken. |
(14) |
Ten slotte zijn er overtuigende argumenten dat het verkoopproces binnen het voorgestelde tijdskader succesvol zal worden afgerond, uiterlijk tegen […]. In het bijzonder lijkt het zo dat […]. Het huidige besluit maakt het LBBW mogelijk haar Deka-belang te verkopen, zelfs al zouden de besluitvormingsprocessen van de Landesbanken die hun belangen in Deka verkopen langer duren dan verwacht. |
(15) |
Een verlenging van de verkoopstermijn met drie maanden brengt de algemene uitvoering van de in het LBBW-besluit goedgekeurde herstructureringsplan, die tot 2014 zal duren, niet in het gedrang. Deze termijnverlenging zal LBBW eveneens helpen om de nodige overeenkomsten van de andere Landesbanken te verkrijgen en aldus een verkoop, hetzij gezamenlijk of individueel, te versoepelen. De uitbreiding, die beperkt is in de tijd, zou het LBBW dan ook mogelijk moeten maken haar Deka-belang te verkopen vóór […]. Voorts staat ze LBBW toe de voornoemde, voornamelijk exogene, moeilijkheden te overwinnen en de afstoting van Deka zoals voorzien in het LBBW-besluit af te ronden. De Commissie is bijgevolg van oordeel dat de relatief korte aangevraagde verlenging tot […] gerechtvaardigd is, vooral in het licht van de bijzonderheden van Deka’s juridische structuur. Gezien de omstandigheden van de zaak geldt een dergelijke verlenging niet als een vertraging ten opzichte van het aanvankelijk goedgekeurde tijdschema die een evenredige vermindering van het steunbedrag zou vereisen (5). |
IV. CONCLUSIE
(16) |
Om de voornoemde redenen is de Commissie van oordeel dat een verlenging met drie maanden in het geval van Deka een passende uitvoering van het herstructureringsplan van LBBW niet in de weg staat, maar net mogelijk maakt. |
V. BESLUIT
De Commissie verlengt de termijn voor de verkoop van Deka tot 31 maart 2011.”
(1) PB L 188 van 21.7.2010, blz. 1.
(2) Deze tekst is op bepaalde plaatsen bewerkt om te voorkomen dat vertrouwelijke gegevens openbaar worden gemaakt. Die plaatsen worden aangegeven met drie punten tussen vierkante haakjes en gemarkeerd met een asterisk.
(3) Aangesteld overeenkomstig het LBBW-besluit om toe te zien op de volledige en correcte uitvoering van de gedane toezeggingen met betrekking tot afstotingen.
(4) Cfr. besluit van 21 december 2010 in zaak MC 8/09 WestImmo.
(5) Zie de richtsnoeren van de Commissie inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden, PB C 244 van 1.10.2004, blz. 2, punt 52, onder d).