This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62010CA0602
Case C-602/10: Judgment of the Court (Fourth Chamber) of 12 July 2012 (reference for a preliminary ruling from the Judecătoria Călărași — Romania) — SC Volksbank România SA v Autoritatea Națională pentru Protecția Consumatorilor — Comisariatul Județean pentru Protecția Consumatorilor Călărași (CJPC) (Consumer protection — Credit agreements for consumers — Directive 2008/48/EC — Articles 22, 24 and 30 — National legislation designed to transpose that directive — Applicability to agreements not included in the material and temporal scope of the directive — Obligations not provided for by the directive — Limitation on the bank charges capable of being levied by the creditor — Articles 56 TFEU, 58 TFEU and 63 TFEU — Obligation to put in place, in national law, adequate and effective out-of-court dispute resolution procedures)
Zaak C-602/10: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 12 juli 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Judecătoria Călărași — Roemenië) — SC Volksbank România SA/Autoritatea Națională pentru Protecția Consumatorilor — Comisariatul Județean pentru Protecția Consumatorilor Călărași (CJPC) (Consumentenbescherming — Consumentenkredietovereenkomsten — Richtlijn 2008/48/EG — Artikelen 22, 24 en 30 — Nationale regeling ter uitvoering van die richtlijn — Toepasselijkheid op van materieel en temporeel toepassingsgebied van betrokken richtlijn uitgesloten overeenkomsten — Niet door zelfde richtlijn voorziene verplichtingen — Beperking van bankprovisies die kredietgever in rekening mag brengen — Artikelen 56 VWEU, 58 VWEU en 63 VWEU — Verplichting tot invoering van adequate en doelmatige procedures voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting in nationaal recht)
Zaak C-602/10: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 12 juli 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Judecătoria Călărași — Roemenië) — SC Volksbank România SA/Autoritatea Națională pentru Protecția Consumatorilor — Comisariatul Județean pentru Protecția Consumatorilor Călărași (CJPC) (Consumentenbescherming — Consumentenkredietovereenkomsten — Richtlijn 2008/48/EG — Artikelen 22, 24 en 30 — Nationale regeling ter uitvoering van die richtlijn — Toepasselijkheid op van materieel en temporeel toepassingsgebied van betrokken richtlijn uitgesloten overeenkomsten — Niet door zelfde richtlijn voorziene verplichtingen — Beperking van bankprovisies die kredietgever in rekening mag brengen — Artikelen 56 VWEU, 58 VWEU en 63 VWEU — Verplichting tot invoering van adequate en doelmatige procedures voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting in nationaal recht)
PB C 287 van 22.9.2012, p. 6–6
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
22.9.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 287/6 |
Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 12 juli 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Judecătoria Călărași — Roemenië) — SC Volksbank România SA/Autoritatea Națională pentru Protecția Consumatorilor — Comisariatul Județean pentru Protecția Consumatorilor Călărași (CJPC)
(Zaak C-602/10) (1)
(Consumentenbescherming - Consumentenkredietovereenkomsten - Richtlijn 2008/48/EG - Artikelen 22, 24 en 30 - Nationale regeling ter uitvoering van die richtlijn - Toepasselijkheid op van materieel en temporeel toepassingsgebied van betrokken richtlijn uitgesloten overeenkomsten - Niet door zelfde richtlijn voorziene verplichtingen - Beperking van bankprovisies die kredietgever in rekening mag brengen - Artikelen 56 VWEU, 58 VWEU en 63 VWEU - Verplichting tot invoering van adequate en doelmatige procedures voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting in nationaal recht)
2012/C 287/09
Procestaal: Roemeens
Verwijzende rechter
Judecătoria Călărași
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: SC Volksbank România SA
Verwerende partij: Autoritatea Națională pentru Protecția Consumatorilor — Comisariatul Județean pentru Protecția Consumatorilor Călărași (CJPC)
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Judecătoria Călărași — Uitlegging van de artikelen 22, lid 1, 24, lid 1, en 30, lid 1, van richtlijn 2008/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van richtlijn 87/102/EEG van de Raad (PB L 133, blz. 66) — Uitlegging van de artikelen 56, 58 en 63, lid 1, VWEU — Toepassing ratione temporis van de nationale uitvoeringsregeling — Niet-nakoming van de verplichting tot instelling van adequate en doelmatige procedures voor buitengerechtelijke beslechting van geschillen — Toepassing ratione materiae van de nationale uitvoeringsregeling — Aanvullende verplichtingen ten laste van kredietinstellingen, waarin de richtlijn niet voorziet
Dictum
1) |
Artikel 22, lid 1, van richtlijn 2008/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van richtlijn 87/102/EEG van de Raad, moet aldus worden uitgelegd dat het zich er niet tegen verzet dat kredietovereenkomsten tot verstrekking van een door een onroerend goed gewaarborgd krediet, zoals die aan de orde in het hoofdgeding, binnen de materiële werkingssfeer van een nationale maatregel ter omzetting van deze richtlijn in nationaal recht vallen, ook al sluit artikel 2, lid 2, sub a, van voornoemde richtlijn dergelijke overeenkomsten uitdrukkelijk van het materiële toepassingsgebied van deze laatste uit. |
2) |
Artikel 30, lid 1, van richtlijn 2008/48 moet aldus worden uitgelegd dat het zich er niet tegen verzet dat een nationale maatregel ter omzetting van deze richtlijn in nationaal recht de werkingssfeer in de tijd van die maatregel zodanig afbakent dat zij ook van toepassing is op kredietovereenkomsten zoals die aan de orde in het hoofdgeding, die zijn uitgesloten van het materiële toepassingsgebied van die richtlijn en die bestonden op de datum van inwerkingtreding van de betrokken nationale maatregel. |
3) |
Artikel 22, lid 1, van richtlijn 2008/48 moet aldus worden uitgelegd dat het zich er niet tegen verzet dat een nationale maatregel ter omzetting van deze richtlijn in nationaal recht de kredietinstellingen in de betrokken richtlijn niet voorziene verplichtingen oplegt wat betreft de soorten provisies die deze in rekening mogen brengen in het kader van consumentenkredietovereenkomsten die binnen de werkingssfeer van deze maatregel vallen. |
4) |
De regels van het VWEU inzake het vrij verrichten van diensten moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzetten tegen een bepaling van nationaal recht die kredietinstellingen verbiedt bepaalde bankprovisies in rekening te brengen. |
5) |
Artikel 24, lid 1, van richtlijn 2008/48 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een regel die deel uitmaakt van de nationale maatregel ter uitvoering van die richtlijn, op grond waarvan de consument zich in geschillen over consumentenkredieten rechtstreeks kan wenden tot een consumentenbeschermingsorgaan, dat vervolgens de kredietinstellingen kan beboeten wegens schending van die nationale maatregel, zonder dat eerst de buitengerechtelijke beslechtingsprocedures waarin de nationale wettelijke wetgeving voor dergelijke geschillen voorziet, hoeven te worden doorlopen. |