This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013TN0104
Case T-104/13: Action brought on 20 February 2013 — Toshiba v Commission
Zaak T-104/13: Beroep ingesteld op 20 februari 2013 — Toshiba/Commissie
Zaak T-104/13: Beroep ingesteld op 20 februari 2013 — Toshiba/Commissie
PB C 114 van 20.4.2013, p. 41–41
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
20.4.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 114/41 |
Beroep ingesteld op 20 februari 2013 — Toshiba/Commissie
(Zaak T-104/13)
2013/C 114/63
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Toshiba Corp. (Tokyo, Japan) (vertegenwoordigers: J. MacLennan, Solicitor, J. Jourdan, A. Schulz en P. Berghe, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:
— |
artikel 1, lid 2, sub d, van het besluit van de Commissie van 5 december 2012 in zaak COMP/39.437 — TV- en computerbeeldbuizen — nietig te verklaren; |
— |
artikel 1, lid 2, sub e, van het besluit van de Commissie van 5 december 2012 in zaak COMP/39.437 — TV- en computerbeeldbuizen — nietig te verklaren; |
— |
artikel 2, lid 2, sub g, van het bestreden besluit nietig te verklaren of, subsidiair, de geldboete te verlagen in de mate die het Gerecht passend acht; |
— |
artikel 2, lid 2, sub h, van het bestreden besluit nietig te verklaren of, subsidiair, artikel 2, lid 2, sub h, nietig te verklaren voor zover Toshiba hoofdelijk aansprakelijk wordt gehouden of, meer subsidiair, de geldboete te verlagen in de mate die het Gerecht passend acht; |
— |
alle andere in de omstandigheden van de zaak passende maatregelen te gelasten; |
— |
verzoekster haar kosten toe te wijzen. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij zes middelen aan.
1) |
Het eerste middel is eraan ontleend dat in het bestreden besluit ten onrechte is geoordeeld dat Toshiba Corporation aansprakelijk is voor de inbreuk op artikel 101 VWEU voor de periode van 16 mei 2000 tot 11 april 2002. |
2) |
Het tweede middel is eraan ontleend dat in het bestreden besluit ten onrechte is geoordeeld dat Toshiba Corporation aansprakelijk is voor de inbreuk op artikel 101 VWEU voor de periode van 12 april 2002 tot 31 maart 2003; |
3) |
Het derde middel is eraan ontleend in het bestreden besluit ten onrechte is geoordeeld dat Toshiba Corporation aansprakelijk is voor de inbreuk op artikel 101 VWEU voor de periode van 1 april 2003 tot 12 juni 2006; |
4) |
Het vierde middel is eraan ontleend dat het bestreden besluit ten onrechte is geoordeeld dat Toshiba Corporation hoofdelijk aansprakelijk is voor de deelname van Matsushita Toshiba Picture Display Co., Ltd. („MTPD”) aan de inbreuk voor de periode van 1 april 2003 tot 12 juni 2006; |
5) |
Het vijfde middel is eraan ontleend dat in het bestreden besluit ten onrechte is geoordeeld dat MTPD aansprakelijk is wegens deelname aan de inbreuk voor de periode van 1 april 2003 tot 12 juni 2006; |
6) |
Het zesde middel is eraan ontleend dat bij artikel 2, lid 2, sub g en h, van het bestreden besluit ten onrechte een geldboete is opgelegd of, subsidiair, dat deze geldboeten onjuist zijn berekend. |