This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62019CN0414
Case C-414/19: Request for a preliminary ruling from the Amtsgericht Erding (Germany) lodged on 28 May 2019 — E.M., M.S. v Eurowings GmbH
Zaak C-414/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Erding (Duitsland) op 28 mei 2019 — E. M., M. S./Eurowings GmbH
Zaak C-414/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Erding (Duitsland) op 28 mei 2019 — E. M., M. S./Eurowings GmbH
PB C 295 van 2.9.2019, p. 6–6
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
2.9.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 295/6 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Erding (Duitsland) op 28 mei 2019 — E. M., M. S./Eurowings GmbH
(Zaak C-414/19)
(2019/C 295/09)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Amtsgericht Erding
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: E. M., M. S.
Verwerende partij: Eurowings GmbH
Prejudiciële vraag
Moeten bij de bepaling van de afstand van een uit meerdere deeltrajecten bestaande vlucht volgens artikel 7, lid 1, van verordening (EG) nr. 261/2004 (1) ook aanvoervluchten in aanmerking worden genomen die niet zijn getroffen door de storing die is opgetreden bij een rechtstreekse aansluiting?”
(1) Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 (PB 2004, L 46, blz. 1).