Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018TA0135

Zaak T-135/18: Arrest van het Gerecht van 27 juni 2019 — Szegedi/Parlement („Institutioneel recht — Regeling betreffende de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement — Reiskosten — Kosten van parlementaire medewerkers — Terugvordering van de onverschuldigd betaalde bedragen — Rechten van de verdediging — Verstrekken van bewijsmateriaal — Motiveringsplicht — Feitelijke fout — Evenredigheid”)

PB C 295 van 2.9.2019, p. 26–26 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

2.9.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 295/26


Arrest van het Gerecht van 27 juni 2019 — Szegedi/Parlement

(Zaak T-135/18) (1)

(„Institutioneel recht - Regeling betreffende de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement - Reiskosten - Kosten van parlementaire medewerkers - Terugvordering van de onverschuldigd betaalde bedragen - Rechten van de verdediging - Verstrekken van bewijsmateriaal - Motiveringsplicht - Feitelijke fout - Evenredigheid”)

(2019/C 295/33)

Procestaal: Hongaars

Partijen

Verzoekende partij: Csanád Szegedi (Boedapest, Hongarije) (vertegenwoordiger: K. Bodó, advocaat)

Verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: N. Görlitz, S. Seyr en B. Simon, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 263 VWEU tot nietigverklaring van het besluit van de secretaris-generaal van het Parlement van 30 november 2017 betreffende de terugvordering van verzoeker van een bedrag van 264 196,11 EUR dat onverschuldigd als vergoeding voor reiskosten en parlementaire medewerkers is betaald, alsmede van de daarop betrekking hebbende debetnota van 19 december 2017.

Dictum

1)

Het besluit van de secretaris-generaal van het Parlement van 30 november 2017 betreffende de terugvordering van Csanád Szegedi van een bedrag van 264 196,11 EUR alsmede de daarop betrekking hebbende debetnota van 19 december 2017 worden nietig verklaard voor zover zij betrekking hebben op de als vergoeding voor reiskosten betaalde bedragen ter hoogte van 8 273,83 EUR.

2)

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

3)

Szegedi en het Europees Parlement dragen elk hun eigen kosten.


(1)  PB C 182 van 28.5.2018.


Top
  翻译: