Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008AP0280

Bescherming van de euro tegen valsemunterij * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 17 juni 2008 over het voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (COM(2007)0525 — C6-0431/2007 — 2007/0192(CNS))

PB C 286E van 27.11.2009, p. 76–80 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

27.11.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 286/76


Dinsdag, 17 juni 2008
Bescherming van de euro tegen valsemunterij *

P6_TA(2008)0280

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 17 juni 2008 over het voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (COM(2007)0525 — C6-0431/2007 — 2007/0192(CNS))

2009/C 286 E/32

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2007)0525),

gelet op artikel 123, lid 4, van het EG-Verdrag, met name de derde zin, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0431/2007),

gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken en het advies van de Commissie economische en monetaire zaken (A6-0230/2008),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.

verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 250, lid 2 van het EG-Verdrag dienovereenkomstig te wijzigen;

3.

verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

4.

wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

5.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

DOOR DE COMMISSIE VOORGESTELDE TEKST

AMENDEMENT

Amendement 1

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Overweging 2

(2)

Het is van belang te waarborgen dat de eurobankbiljetten en –munten die in omloop zijn, echt zijn. Er zijn thans methoden beschikbaar die kredietinstellingen en andere betrokken instellingen in staat stellen om ontvangen eurobankbiljetten en –munten op echtheid te controleren voordat deze opnieuw in omloop worden gebracht. De bedoelde instellingen hebben tijd nodig om hun interne werkmethoden aan te passen teneinde aan de verplichting tot het uitvoeren van een echtheidscontrole te voldoen.

(2)

Het is van belang te waarborgen dat de eurobankbiljetten en –munten die in omloop zijn, echt zijn. Er zijn thans methoden beschikbaar die kredietinstellingen en andere betrokken instellingen in staat stellen om ontvangen eurobankbiljetten en –munten op echtheid en geschiktheid voor circulatie te controleren voordat deze opnieuw in omloop worden gebracht. De bedoelde instellingen hebben tijd nodig om hun interne werkmethoden aan te passen teneinde aan de verplichting tot het uitvoeren van een controle op echtheid en geschiktheid voor circulatie te voldoen.

Amendement 2

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Overweging 2 bis (nieuw)

 

(2bis)

Kleine en middelgrote handelsondernemingen beschikken niet over voldoende middelen om de controleverplichting overeenkomstig de door de Europese Centrale Bank en de Commissie vastgestelde procedures na te komen. Hun verplichting moet erin bestaan de nodige zorgvuldigheid aan de dag te leggen en ontvangen eurobankbiljetten en -munten waarvan zij weten of voldoende redenen hebben om te vermoeden dat deze vals zijn, uit omloop te nemen.

Amendement 3

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Overweging 2 ter(nieuw)

 

(2ter)

Om te garanderen dat de kredietinstellingen en andere betrokken instellingen kunnen voldoen aan de verplichting tot het uitvoeren van een controle op de echtheid van eurobankbiljetten en –munten en hun geschiktheid voor circulatie, dienen voor deze controles technische procedures en normen te worden vastgesteld. Artikel 106, lid 1, van het EG-Verdrag verleent de Europese Centrale Bank de bevoegdheid dergelijke normen vast te stellen voor eurobankbiljetten. Wat euromunten betreft zijn de Commissie soortgelijke bevoegdheden verleend op grond van artikel 211 van het EG-Verdrag.

Amendement 4

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Overweging 3

(3)

Een goede afstelling van de machines is een eerste vereiste om de echtheid van eurobankbiljetten en –munten te kunnen controleren. Met het oog op het afstellen van de controleapparatuur dienen op de plaatsen waar tests worden gehouden voldoende hoeveelheden valse biljetten en munten beschikbaar te zijn. Daarom dient het vervoer van vervalsingen tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie te worden toegestaan.

(3)

Een goede afstelling van de machines is een eerste vereiste om de echtheid van eurobankbiljetten en –munten te kunnen controleren. Met het oog op het afstellen van de controleapparatuur dienen op de plaatsen waar tests worden gehouden voldoende hoeveelheden valse biljetten en munten beschikbaar te zijn. Daarom is het noodzakelijk dat de inlevering en het vervoer van vervalsingen tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie worden toegestaan.

Amendement 5

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Overweging 3 bis (nieuw)

 

(3bis)

Het is noodzakelijk de echtheid van de euro in de gehele Europese Unie te waarborgen, met inbegrip van de lidstaten die niet tot de eurozone behoren en waar de euro als transactievaluta wordt gebruikt.

Amendement 6

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt –1 (nieuw)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 2 — letter d bis) (nieuw)

 

(–1)

In artikel 2 wordt het volgende punt ingevoegd:

„dbis)

„andere instellingen”: alle instellingen of economische actoren die deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van bankbiljetten en -munten, hetzij rechtstreeks, hetzij via geldautomaten; onder deze definitie vallen wisselkantoren, grote winkelcentra en casino’s;” .

Amendement 7

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt –1 bis (nieuw)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 2 — letter d ter) (nieuw)

 

(–1bis)

In artikel 2 wordt het volgende punt ingevoegd:

„dter)

„kleine en middelgrote handelsondernemingen”: detailhandelsondernemingen van kleine of middelgrote omvang die gericht zijn op de eindgebruiker en die niet deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van eurobankbiljetten en -munten, met uitzondering van de normale verrichtingen voor de teruggave van wisselgeld;” .

Amendement 8

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt 1 — letter b)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 4 — lid 2 — alinea 1 bis (nieuw)

b)

aan het einde van lid 2 wordt de volgende zin toegevoegd:

„Om de echtheidscontrole van in omloop zijnde eurobankbiljetten te vergemakkelijken, wordt het vervoer van valse biljetten tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie toegestaan.”.

b)

in lid 2 wordt de volgende alinea toegevoegd:

Om de echtheidscontrole van in omloop zijnde eurobankbiljetten te vergemakkelijken en wanneer de hoeveelheid in beslag genomen biljetten het toelaat , wordt de bevoegde nationale instanties een toereikend aantal valse eurobiljetten ter beschikking gesteld, ook wanneer deze het bewijs vormen in een strafzaak, en wordt het vervoer ervan tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie toegestaan.

Amendement 10

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt 2 — letter b)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 5 — lid 2 — alinea 2 bis (nieuw)

b)

aan het einde van lid 2 wordt de volgende zin toegevoegd:

Om de echtheidscontrole van in omloop zijnde eurobankbiljetten te vergemakkelijken, wordt het vervoer van valse biljetten tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie toegestaan.

b)

in lid 2 wordt de volgende alinea toegevoegd:

Om de echtheidscontrole van in omloop zijnde eurobankbiljetten te vergemakkelijken en wanneer de hoeveelheid in beslag genomen biljetten het toelaat , wordt de bevoegde nationale instanties een toereikend aantal valse eurobiljetten ter beschikking gesteld, ook wanneer deze het bewijs vormen in een strafzaak, en wordt het vervoer ervan tussen de bevoegde nationale autoriteiten en de instellingen en organen van de Europese Unie toegestaan.

Amendement 11

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt 3 — letter a)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 6 — lid 1

1.

De kredietinstellingen, alsmede alle andere instellingen die beroepshalve deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van bankbiljetten en munten, met inbegrip van de instellingen waarvan de activiteit bestaat in het wisselen van bankbiljetten of munten van verschillende valuta’s, zoals wisselkantoren, hebben de verplichting om alle ontvangen eurobankbiljetten en -munten op echtheid te controleren voordat deze opnieuw in omloop worden gebracht. Deze controle wordt verricht overeenkomstig de procedures die door de Europese Centrale Bank en door de Commissie voor respectievelijk eurobankbiljetten en -munten worden vastgesteld.

1.

De kredietinstellingen, geldtransportbedrijven alsmede alle andere economische actoren die deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van bankbiljetten en munten, met inbegrip van de instellingen waarvan de beroepsactiviteit bestaat in het wisselen van bankbiljetten of munten van verschillende valuta’s, zoals wisselkantoren, en economische actoren die als subsidiaire activiteit deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van bankbiljetten via geldautomaten, hebben de verplichting om alle ontvangen eurobankbiljetten en -munten op echtheid en geschiktheid voor circulatie te controleren voordat deze opnieuw in omloop worden gebracht. Geldtransportbedrijven hebben enkel de verplichting om de echtheid van eurobankbiljetten en -munten te controleren indien zij rechtstreeks toegang hebben tot de bankbiljetten en -munten die hun worden toevertrouwd. Deze controle op echtheid en geschiktheid voor circulatie wordt verricht overeenkomstig de procedures die door de Europese Centrale Bank en door de Commissie voor respectievelijk eurobankbiljetten en -munten worden vastgesteld , conform de respectieve bevoegdheden van deze instellingen en rekening houdend met de specifieke eigenschappen van eurobankbiljetten en -munten.

In de lidstaten die niet behoren tot de lijst van deelnemende lidstaten die is vastgelegd in Verordening (EG) nr. 974/98, wordt voor de echtheidscontrole van de eurobiljetten en -munten bij de in de eerste alinea bedoelde instellingen in een specifieke procedure voorzien.

De in de eerste alinea bedoelde instellingen zijn verplicht om alle ontvangen eurobankbiljetten en -munten waarvan zij weten of voldoende redenen hebben om te vermoeden dat deze vals zijn, uit omloop te nemen. Zij leveren die onverwijld in bij de bevoegde nationale autoriteiten.

De in de eerste alinea bedoelde kredietinstellingen en andere economische actoren en de kleine en middelgrote handelsondernemingen zijn verplicht om alle ontvangen eurobankbiljetten en -munten waarvan zij weten of voldoende redenen hebben om te vermoeden dat deze vals zijn, uit omloop te nemen. Zij leveren die onverwijld in bij de bevoegde nationale autoriteiten.

Amendement 12

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt 3 — letter b)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 6 — lid 3

In afwijking van het bepaalde in de eerste alinea van dit lid worden de wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen voor de toepassing van de eerste alinea van lid 1 van dit artikel uiterlijk 31 december 2009 aangenomen. Zij stellen de Commissie en de Europese Centrale Bank onverwijld daarvan in kennis.

In afwijking van het bepaalde in de eerste alinea van dit lid worden de wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen voor de toepassing van de eerste alinea van lid 1 van dit artikel uiterlijk 31 december 2011 aangenomen. Zij stellen de Commissie en de Europese Centrale Bank onverwijld daarvan in kennis.

Amendement 13

Voorstel voor een verordening — wijzigingsbesluit

Artikel 1 — punt 3 bis (nieuw)

Verordening (EG) nr. 1338/2001

Artikel 7 — lid 2 — streepje 3 bis (nieuw)

 

3bis.

Aan artikel 7, lid 2 wordt het volgende streepje toegevoegd:

het opzetten en bevorderen van vormings- en voorlichtingsactiviteiten, met name voorlichtingsbrochures en studiedagen voor de burgers en consumenten over de risico’s van valsemunterij, de basismaatregelen voor de beveiliging van eurobankbiljetten en -munten tegen vervalsing en de bevoegde instanties waarmee contact dient te worden opgenomen bij bezit van bankbiljetten en/of munten waarvan het vermoeden bestaat dat zij vals zijn. Bovendien zijn de kredietinstellingen, alsmede alle andere instellingen die beroepshalve deelnemen aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van bankbiljetten en munten, met inbegrip van de instellingen waarvan de activiteit bestaat in het wisselen van bankbiljetten of munten van verschillende valuta’s, zoals wisselkantoren, verplicht om informatiebrochures over de bovengenoemde risico’s, beveiliging en bevoegde instanties (verstrekt door de bevoegde nationale instanties, de Europese Commissie en de Europese Centrale Bank) op een zichtbare plaats ter beschikking van de consumenten te stellen.


Top
  翻译: