This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52017AE0448
Opinion of the European Economic and Social Committee on the ‘Proposal for a Regulation of the European Parliament and of the Council repealing Council Regulation (EEC) No 1101/89, Regulations (EC) No 2888/2000 and (EC) No 685/2001’ (COM(2016) 745 final — 2016/0368 (COD))
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1101/89 van de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 2888/2000 en (EG) nr. 685/2001 van het Europees Parlement en de Raad (COM(2016) 745 final — 2016/0368 (COD))
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1101/89 van de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 2888/2000 en (EG) nr. 685/2001 van het Europees Parlement en de Raad (COM(2016) 745 final — 2016/0368 (COD))
PB C 209 van 30.6.2017, p. 58–59
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
30.6.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 209/58 |
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1101/89 van de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 2888/2000 en (EG) nr. 685/2001 van het Europees Parlement en de Raad
(COM(2016) 745 final — 2016/0368 (COD))
(2017/C 209/10)
Rapporteur: |
Jan SIMONS |
Raadpleging |
Europees Parlement, 12.12.2016 Raad van de Europese Unie, 19.12.2016 |
Rechtsgrond |
Artikelen 91 en 304 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie |
Bevoegde afdeling |
Vervoer, Energie, Infrastructuur en Informatiemaatschappij |
Goedkeuring door de afdeling |
15.3.2017 |
Goedkeuring door de voltallige vergadering |
29.3.2017 |
Zitting nr. |
524 |
Stemuitslag (voor/tegen/onthoudingen) |
228/3/0 |
1. Conclusies en aanbevelingen
1.1. |
Na consultatie van de desbetreffende belangenorganisaties concludeert het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) dat het Commissievoorstel voor een verordening tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1101/89 (tijdelijke sloopregeling binnenvaart) en de verordeningen (EG) nr. 2888/2000 (toewijzing goederenvervoersvergunningen Zwitserland) en (EG) nr. 685/2001 (goederenvervoersvergunningen Bulgarije en Roemenië voor hun toetreding EU), kan worden onderschreven. |
2. Achtergrond
2.1. |
In het kader van het REFIT-programma en het streven naar betere wetgeving met het doel een geschikt en kwalitatief hoogstaand regelgevingskader te garanderen, zoals bedoeld in het interinstitutioneel akkoord „Beter wetgeven” tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie, stelt deze laatste voor een drietal verordeningen in te trekken omdat ze achterhaald zijn. |
2.1.1. |
Het betreft allereerst de tijdelijke sloopregeling binnenvaart van 1989, waarvan de gepaste instrumenten voor capaciteitsbeheersing tien jaar later werden gewaarborgd in Verordening (EG) nr. 718/1999 zonder evenwel de verordening uit 1989 in te trekken. |
2.1.2. |
Maar ook betreft het twee verordeningen over het wegvervoer. |
2.1.2.1. |
De eerste uit 2000 gaat over de verdeling van een contingent Zwitserse vergunningen voor zware vrachtwagens over de lidstaten; een overeenkomst tussen de EU en de Zwitserse bondsstaat stelt sinds 1 januari 2005 dit zware wegvervoer vrij van ieder contingenterings- en vergunningsstelsel. |
2.1.2.2. |
De andere gaat over de verdeling van vergunningen, die toegang tot de goederenvervoersmarkt van Bulgarije en Roemenië voor hun toetreding tot de EU in 2007 gaven, onder de toenmalige lidstaten. Met de toetreding tot de EU van de twee landen in 2007 zijn vergunningen niet langer aan de orde. |
3. Algemene opmerkingen
3.1. |
Het EESC heeft zich altijd geschaard achter de opvatting dat het regelgevingskader geschikt en kwalitatief hoogstaand moet zijn, maar ook transparant, duidelijk en gebruiksvriendelijk moet worden gehouden voor de lidstaten en de belanghebbenden, in dit geval in de sectoren voor de binnenvaart en het vrachtvervoer over de weg. |
3.2. |
Gegeven de, overigens verschillende, redenen van opheffing van de genoemde verordeningen komt het het EESC niet meer dan logisch voor dat de drie oude verordeningen worden opgeheven. |
3.3. |
Het viel het EESC wel op dat raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling door de Commissie als „niet van toepassing” werd bestempeld. Er is wel degelijk een, zelfs positief, effect, nl. de hierboven in al. 3.1 genoemde elementen terwijl raadpleging, al was het alleen maar zekerheidshalve, nooit schaadt. |
3.4. |
Het EESC heeft dan ook vertegenwoordigers van desbetreffende brancheorganisaties gepolst. Van enig bezwaar tegen het Commissie voorstel om de drie verordeningen op te heffen is ook hier niet gebleken. |
Brussel, 29 maart 2017.
De voorzittervan het Europees Economisch en Sociaal Comité
Georges DASSIS