Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016TA0487

Zaak T-487/16: Arrest van het Gerecht van 7 februari 2019 — Arango Jaramillo e.a./EIB („Openbare dienst — Personeel van de EIB — Pensioenen — Hervorming van 2008 — Verhoging van het bijdragepercentage — Daaropvolgende salarisafrekeningen — Geen bezwarende handeling — Niet-ontvankelijkheid”)

PB C 103 van 18.3.2019, p. 22–23 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

18.3.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 103/22


Arrest van het Gerecht van 7 februari 2019 — Arango Jaramillo e.a./EIB

(Zaak T-487/16) (1)

((„Openbare dienst - Personeel van de EIB - Pensioenen - Hervorming van 2008 - Verhoging van het bijdragepercentage - Daaropvolgende salarisafrekeningen - Geen bezwarende handeling - Niet-ontvankelijkheid”))

(2019/C 103/28)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partijen: Oscar Orlando Arango Jaramillo (Luxemburg, Luxemburg), en 33 andere verzoekende partijen wier namen zijn opgenomen in de bijlage bij het arrest (vertegenwoordigers: B. Cortese, C. Cortese en F. Spitaleri, advocaten)

Verwerende partij: Europese Investeringsbank (vertegenwoordigers: aanvankelijk C. Gómez de la Cruz, T. Gilliams en G. Nuvoli, vervolgens T. Gilliams, G. Faedo en J. Klein, gemachtigden, bijgestaan door P.-E. Partsch)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 270 VWEU en artikel 50 bis van het Statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie, ten eerste tot nietigverklaring van de „besluiten” van de EIB, vervat in verzoekers’ salarisafrekening over de maand februari 2011, om het percentage van hun bijdrage aan de pensioenregeling te verhogen van 9 tot 10 %, en ten tweede tot veroordeling van de EIB tot betaling van een symbolisch bedrag van 1 EUR ter vergoeding van de immateriële schade die verzoekers zouden hebben geleden

Dictum

1)

Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.

2)

Oscar Orlando Arango Jaramillo en de andere personeelsleden van de Europese Investeringsbank (EIB) wier namen zijn opgenomen in de bijlage, dragen hun eigen kosten en die van de EIB.


(1)  PB C 211 van 16.7.2011 (zaak aanvankelijk ingeschreven bij het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie onder nummer F-58/11, en op 1 september 2016 overgedragen aan het Gerecht van de Europese Unie).


Top
  翻译: