Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021TN0311

Zaak T-311/21: Beroep ingesteld op 1 juni 2021 — SV / EIB

PB C 329 van 16.8.2021, p. 30–31 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

16.8.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 329/30


Beroep ingesteld op 1 juni 2021 — SV / EIB

(Zaak T-311/21)

(2021/C 329/40)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: SV (vertegenwoordigers: L. Levi en M. Vandenbussche, advocaten)

Verwerende partij: Europese Investeringsbank

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het beoordelingsrapport over 2019 nietig te verklaren;

het besluit van de General Counsel (hoofd van de juridische dienst) van 26 juni 2020 nietig te verklaren waarbij het beoordelingsrapport over 2019 in het kader van de herziening door het DG Personeelszaken is bevestigd, alsmede het besluit van DG Personeelszaken van 22 februari 2021 tot afwijzing van het verzoek tot administratieve herziening;

een vergoeding toe te kennen voor de geleden materiële schade zoals weergegeven in het verzoekschrift;

een vergoeding toe te kennen voor de geleden immateriële schade welke ex aequo et bono op 5 000 EUR wordt begroot;

de verwerende partij te verwijzen in alle kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij zes middelen aan.

1.

Eerste middel, ontleend aan het ontbreken van volledige herziening van de beoordeling — Schending van de uitvoeringsregels van de EIB.

De General Counsel heeft, in tegenstelling tot hetgeen de uitvoeringsregels van de EIB vereisen, de beoordeling van de prestaties niet volledig voorzien, maar die beperkt tot een marginale herziening, namelijk de vraag of het rapport een kennelijke beoordelingsfout bevatte. Ditzelfde geldt voor het DG Personeelszaken.

2.

Tweede middel, ontleend aan een onrechtmatige beoordeling van de absolute prestatiebeoordeling van verzoekers doelstellingen en bekwaamheden — Schending van de Performance Management (PM) richtsnoeren.

De absolute beoordeling van verzoekers doelstellingen en bekwaamheden door zijn manager zijn in strijd met de PM-richtsnoeren, aangezien deze is gebaseerd op een relatieve beoordeling van de eenheid, de afdeling en het directoraat in plaats van een beoordeling van zijn absolute prestaties en bekwaamheden. Deze onjuiste beoordeling is daarna bevestigd door de General Counsel en het DG Personeelszaken, waardoor hun besluit eveneens onrechtmatig is.

3.

Derde middel, ontleend aan niet-nakoming van de motiveringsplicht en schending van punt 3.4 van de PM-richtsnoeren.

De verwerende partij heeft het beoordelingsrapport onvoldoende gemotiveerd, aangezien geen verslag wordt gedaan van het onderhoud tussen verzoeker en zijn manager en de motivering ontoereikend is om te begrijpen waarom hij een lagere score heeft gekregen dan vorig jaar.

4.

Vierde middel, ontleend aan een kennelijke beoordelingsfout en het ontbreken van een eerlijke, objectieve en begrijpelijke beoordeling van verzoekers absolute prestaties — Schending van het beginsel van behoorlijk bestuur en niet-nakoming van de zorgplicht — Schending van de PM-richtsnoeren.

In de beoordeling door verzoekers manager, die is bevestigd door de General Counsel en het DG Personeelszaken, is geen rekening gehouden met alle factoren en deze beoordeling bevat kennelijke fouten.

5.

Vijfde middel, ontleend aan niet-nakoming van de motiveringsplicht en een kennelijk onjuiste beoordeling wat de herziening door zijn manager betreft en, met name, het ontbreken van bevordering naar een D-functie.

Verzoeker voldeed aan alle voorwaarden voor bevordering, met name aangezien hij in zijn huidige functie goed heeft gepresteerd, hij in staat is om op een hoger niveau te werken, zoals zijn manager meermaals heeft bevestigd, en heeft aangetoond dat hij gemotiveerd is om op een hoger niveau te werken, in het bijzonder omdat hij steeds werkzaamheden heeft uitgeoefend die een hoger niveau van verantwoordelijkheid meebrengen. De verwerende partij heeft haar besluit om hem niet te bevorderen niet gemotiveerd. Die motivering kan evenmin worden afgeleid uit het besluit van de General Counsel of van het DG Personeelszaken.

6.

Zesde middel, ontleend aan schending van het recht om te worden gehoord.

De beoordeling over 2019 weerspiegelt niet het individuele beoordelingsgesprek en kwam als een volslagen verrassing.


Top
  翻译: