This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62021TN0428
Case T-428/21: Action brought on 13 July 2021 — Fursin and Others v ECB
Zaak T-428/21: Beroep ingesteld op 13 juli 2021 — Fursin e.a. / ECB
Zaak T-428/21: Beroep ingesteld op 13 juli 2021 — Fursin e.a. / ECB
PB C 452 van 8.11.2021, p. 42–43
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
8.11.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 452/42 |
Beroep ingesteld op 13 juli 2021 — Fursin e.a. / ECB
(Zaak T-428/21)
(2021/C 452/53)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partijen: Ivan Fursin (Kiev, Oekraïne) en 6 andere verzoekende partijen (vertegenwoordigers: O. Behrends, advocaat)
Verwerende partij: Europese Centrale Bank
Conclusies
— |
verweerster gelasten de schade te vergoeden die de verzoekende partijen hebben geleden ten gevolge van verweersters’ besluit van 11 juli 2016 (waarvan kennis werd gegeven op 13 juli 2016) tot intrekking van de vergunning van Trasta Komercbanka AS; |
— |
vaststellen dat de materiële schade ten minste 25 miljoen EUR (1) bedraagt, vermeerderd met compensatoire rente vanaf 11 juli 2016 tot de datum waarop in de onderhavige zaak uitspraak zal worden gedaan, en met vertragingsrente vanaf de datum van uitspraak tot de volledige betaling van het verschuldigde bedrag; |
— |
verweerster verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van hun beroep voeren de verzoekende partijen zes middelen aan.
1. |
Eerste middel: verweerster heeft van het besluit tot intrekking van de vergunning niet naar behoren kennisgegeven aan de gemachtigde vertegenwoordigers van Trasta Komercbanka AS. |
2. |
Tweede middel: in de procedure die heeft geleid tot het besluit tot intrekking van de vergunning was er geen sprake van deugdelijke vertegenwoordiging van Trasta Komercbanka AS. |
3. |
Derde middel: het besluit tot intrekking van de vergunning is aangetast door een aantal andere ernstige onregelmatigheden. |
4. |
Vierde middel: door het besluit tot intrekking van de vergunning vast te stellen heeft verweerster haar bevoegdheden overschreden, in bijzonder met betrekking tot het witwassen van geld en de handhaving van nationaal recht. |
5. |
Vijfde middel: verweerster is er ten onrechte van uitgegaan dat er gronden waren om het besluit tot intrekking van de vergunning vast te stellen en heeft in dat verband onvoldoende motivering verschaft. |
6. |
Zesde middel: verzoekende partijen hebben aanzienlijke schade geleden door het onrechtmatige optreden van verweerster, onder meer door de liquidatie van Trasta Komercbanka AS. |
(1) Het aan elk van de verzoekende partijen toekomende bedrag staat in verhouding tot hun aandeelhouderschap in Trasta Komercbanka AS, zoals dit beschreven staat in het besluit tot intrekking van de vergunning van 3 maart 2016.