Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2005/315/13

Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 20 oktober 2005 in zaak C-70/05: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Groothertogdom Luxemburg (Niet-nakoming — Richtlijn 2000/78/EG — Gelijke behandeling in arbeid en beroep — Niet-omzetting binnen gestelde termijn)

PB C 315 van 10.12.2005, p. 7–7 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

10.12.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 315/7


ARREST VAN HET HOF

(Vierde kamer)

van 20 oktober 2005

in zaak C-70/05: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Groothertogdom Luxemburg (1)

(Niet-nakoming - Richtlijn 2000/78/EG - Gelijke behandeling in arbeid en beroep - Niet-omzetting binnen gestelde termijn)

(2005/C 315/13)

Procestaal: Frans

In zaak C-40/05, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 14 februari 2005, Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: D. Martin) tegen Groothertogdom Luxemburg (gemachtigde: S. Schreiner), heeft het Hof (Vierde kamer), samengesteld als volgt: N. Colneric (rapporteur), waarnemend voor de president van de Vierde kamer, K. Lenaerts en E. Juhàsz, rechters; advocaat-generaal: L. A. Geelhoed; griffier: R. Grass, op 20 oktober 2005 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Door niet de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die noodzakelijk zijn om uitvoering te geven aan richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep, heeft het Groothertogdom Luxemburg niet voldaan aan de krachtens deze richtlijn op hem rustende verplichtingen.

2)

Het Groothertogdom Luxemburg wordt in de kosten verwezen.


(1)  PB C 82 van 2.4.2005.


Top
  翻译: