Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document JOL_1992_301_R_0031_026

Besluit van de Raad van 13 juli 1992 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen
Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen

PB L 301 van 17.10.1992, p. 31–39 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

31992D0496

92/496/EEG: Besluit van de Raad van 13 juli 1992 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika Betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen

Publicatieblad Nr. L 301 van 17/10/1992 blz. 0031 - 0031


BESLUIT VAN DE RAAD van 13 juli 1992 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen (92/496/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 113,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de op 31 maart 1992 in Brussel tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika gesloten Overeenkomst betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen moet worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende de toepassing van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen op de handel in grote burgerluchtvaartuigen wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de Overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De Voorzitter van de Raad wordt hierbij gemachtigd de persoon aan te wijzen die bevoegd is de in artikel 1 genoemde Overeenkomst te ondertekenen ten einde de Gemeenschap te binden. Gedaan te Brussel, 13 juli 1992. Voor de Raad

De Voorzitter

N. LAMONT

BIJLAGE I

UITLEGGING VAN ARTIKEL 4 VAN DE GATT-OVEREENKOMST INZAKE DE HANDEL IN BURGERLUCHTVAARTUIGEN DOOR DE ONDERTEKENAARS VAN DE ONDERHAVIGE OVEREENKOMST

In artikel 4 van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen, hierna "de Overeenkomst" te noemen, komen drie specifieke punten aan de orde:

- overheidsopdrachten (lid 2),

- verplichte overeenkomsten inzake onderaanneming (lid 3),

- stimulerende maatregelen (lid 4).

Artikel 4, lid 1

In lid 1 wordt het algemene, voor artikel 4 in zijn geheel geldende beginsel vastgesteld dat kopers van burgerluchtvaartuigen (1) hun leveranciers vrij moeten kunnen kiezen op grond van commerciële en technologische overwegingen.

Artikel 4, lid 2

(Overheidsopdrachten)

In dit lid wordt bepaald dat "de ondertekenaars zich ertoe verbinden luchtvaartmaatschappijen, producenten van luchtvaartuigen of andere bij de aankoop van burgerluchtvaartuigen betrokken partijen niet te verplichten of onder onredelijke druk te plaatsen om luchtvaartuigen van een bepaalde oorsprong aan te kopen, aangezien zulks discriminerend zou zijn voor de leveranciers van andere ondertekenaars".

Dit betekent dat de ondertekenaars zich moeten onthouden van het opleggen van een voorkeursbeleid ten gunste of ten nadele van de leveranciers uit één of meerdere van de ondertekenende landen.

Buitensporige overheidsdruk in verband met de keuze van leveranciers door luchtvaartmaatschappijen, fabrikanten van luchtvaartuigen of andere bij de aankoop van burgerluchtvaartuigen betrokkenen ( "kopers") is eveneens verboden. "Buitensporige druk" is iedere actie die de produkten van leveranciers begunstigt of die aankoopbeslissingen beïnvloedt op een wijze waardoor discriminatie ontstaat ten opzichte van leveranciers uit andere ondertekenende landen.

De ondertekenaars komen overeen dat de volgende voorbeelden voorbeelden zijn van praktijken die niet worden beschouwd als het uitoefenen van buitensporige druk:

- het deel uitmaken door regeringsvertegenwoordigers of voormalige regeringsvertegenwoordigers van de besturen van kopers die volledig of gedeeltelijk eigendom van de staat zijn, maar enkel indien zij het handelsbelang van de betrokken koper optimaal behartigen, en de aankoopbeslissingen niet op een wijze beïnvloeden waardoor discriminatie ontstaat ten opzichte van leveranciers uit andere ondertekenende landen;

- overheidsbeslissingen op het gebied van de veiligheid en milieuoverwegingen.

Artikel 4, lid 3

(Verplichte overeenkomsten inzake onderaanneming)

De eerste zin luidt dat "de ondertekenaars overeenkomen dat de aankoop van onder deze Overeenkomst vallende produkten uitsluitend op concurrentiële overwegingen met betrekking tot prijs, kwaliteit en de leveringstermijnen gebaseerd mag zijn". Dit betekent dat de ondertekenaars niet tussenbeide zullen komen om een voorkeursbehandeling voor bepaalde ondernemingen te verkrijgen en dat zij zich niet zullen bemoeien met het selecteren van verkopers wanneer verkopers uit verschillende ondertekenende landen met elkaar concurreren.

Door te benadrukken dat de enige factoren die een rol mogen spelen bij aankoopbeslissingen de prijs, de kwaliteit en de leveringsvoorwaarden zijn, komen de ondertekenaars overeen dat artikel 4, lid 3, geen door de overheid voorgeschreven compensaties toestaat. Voorts zullen zij niet eisen dat andere factoren, zoals sluiting van toeleveringscontracten, tot voorwaarde of tegenprestatie voor verkoop worden gemaakt. Met name mag een ondertekenaar niet eisen dat een verkoper compensaties, een bepaald soort of aantal contracten of andere vormen van in het bedrijfsleven gangbare compensaties moet bieden.

De ondertekenaars mogen derhalve geen voorwaarden opleggen die eisen dat toeleveranciers of leveranciers een bepaalde nationaliteit moeten bezitten.

De tweede zin van dit lid luidt dat "een ondertekenaar ten aanzien van de goedkeuring of toewijzing van opdrachten met betrekking tot onder deze Overeenkomst vallende produkten kan eisen dat zijn gekwalificeerde ondernemingen op concurrentiële basis kunnen mededingen tegen voorwaarden die niet minder gunstig zijn dan die welke aan gekwalificeerde ondernemingen van andere ondertekenaars worden toegekend". Dit betekent dat een ondertekenaar kan eisen dat de fabrikant de gekwalificeerde ondernemingen uit zijn land niet discrimineert op het gebied van de mogelijkheid offertes te doen en de beoordeling van door deze ondernemingen gedane concurrerende offertes.

Artikel 4, lid 4

(Stimulerende maatregelen)

In dit lid wordt bepaald dat "de ondertekenaars overeenkomen stimulerende maatregelen van ongeacht welke aard ten aanzien van de verkoop of de aankoop van burgerluchtvaartuigen van een bepaalde oorsprong te vermijden, aangezien zulks discriminerend zou zijn voor de leveranciers van andere ondertekenaars".

Dit betekent dat de ondertekenaars, wanneer er sprake is van concurrentie tussen leveranciers uit de ondertekenende landen, zich moeten onthouden van het maken van negatieve of positieve koppelingen tussen de verkoop of aankoop van burgerluchtvaartuigen en andere overheidsbeslissingen of ander overheidsbeleid waardoor een dergelijke verkoop of aankoop zou kunnen worden beïnvloed. Hieronder volgt ter illustratie een niet-uitputtende overeengekomen lijst van dergelijke verboden stimulansen:

- rechten en beperkingen betreffende de luchtvaartindustrie, zoals landings- of routerechten;

- algemene economische programma's en beleidsmaatregelen, zoals een invoerbeleid, maatregelen ter wijziging van bilaterale onevenwichtigheden op handelsgebied, een beleid ten aanzien van buitenlandse werknemers of herschikking van de schuldenlast;

- ontwikkelingshulpprogramma's en -beleid, zoals subsidies, leningen en infrastructuurfinanciering; het wordt als overeengekomen beschouwd dat het gebruik van dergelijke steun voor de aankoop van burgerluchtvaartuigen niet onder deze categorie valt, voor zover de verstrekking van deze fondsen niet afhankelijk wordt gesteld van het plaatsvinden van een dergelijke aankoop;

- defensie- en nationale veiligheidsstrategieën en -programma's.

Onverminderd lid 3 betekent dit eveneens dat de ondertekenaars op generlei wijze tussenbeide komen of directe of indirecte druk uitoefenen op andere regeringen of bij aankoopbeslissingen betrokkenen, en met name geen negatieve of positieve koppeling maken tussen beslissingen betreffende de aankoop van burgerluchtvaartuigen en een ander vraagstuk of een andere actie op ongeacht welk terrein waardoor het belang van het invoerende land wordt geschaad.

Artikel 4, leden 2 en 4

(Politieke protesten)

Alle deelnemers uit de ondertekenende landen aan het interne politieke besluitvormingsproces ondernemen geen actie tegen andere regeringen of buitenlandse luchtvaartmaatschappijen, in de vorm van bij voorbeeld politieke protesten, druk of stimulansen; zulks zou in strijd zijn met artikel 4 zoals dit in deze bijlage wordt uitgelegd. De ondertekenaars vestigen de aandacht van de deelnemers op deze uitlegging van artikel 4 en doen eveneens alles wat binnen hun bereik ligt om te verzekeren dat de deelnemers dergelijke actie niet ondernemen.

(1) In het kader van deze bijlage is de definitie van "burgerluchtvaartuigen" die van artikel 1 van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen.

BIJLAGE II

In de onderhavige Overeenkomst wordt verstaan onder:

1. "grote burgerluchtvaartuigen": wat dergelijke in de Verenigde Staten door de bestaande fabrikanten van grote burgerluchtvaartuigen en in de Europese Gemeenschap door het Airbus Consortium of hun opvolgers geproduceerde vliegtuigen betreft: alle vliegtuigen zoals omschreven in artikel 1 van de GATT-overeenkomst inzake de handel in burgerluchtvaartuigen, met uitzondering van motoren zoals omschreven in artikel 1, lid 1, onder b), van die Overeenkomst, die zijn ontworpen voor het vervoer van passagiers of vracht en beschikken over 100 zitplaatsen of meer of het equivalent daarvan in vrachtcapaciteit;

2. "afgeleid model": een vliegtuigtype waarvan de voornaamste ontwerpelementen zijn afgeleid van een prototype;

3. "totale ontwikkelingskosten" als bedoeld in artikel 4, lid 2: de kosten bij de evaluatie waarvan met de volgende van vóór de datum van certificering daterende kostenelementen rekening is gehouden:

- voorbereidend ontwerp;

- technisch ontwerp;

- windtunnel, structuur-, systeem- en laboratoriumproeven;

- technische simulatoren;

- ontwikkelingswerkzaamheden outillage, met uitzondering van rechtstreeks door de outillage- en motorfabrikanten gefinancierde werkzaamheden;

- vliegproeven, met inbegrip van verenigde luchtvaarttechnische steun op de grond, en de benodigde analyse voor het verkrijgen van certificering;

- de voor de certificering vereiste bewijsstukken;

- de kosten van de bouw van prototypes en proefvliegtuigen, met inbegrip van reserveonderdelen en de wijzigingen die nodig zijn om certificering te verkrijgen, min de geraamde billijke marktwaarde van vliegtuigen na modernisering;

- mallen en gereedschappen, machinegereedschappen uitgezonderd, voor het gebruik bij specifieke programma's;

4. "produktie": alle fabricage-, marketing- en verkoopactiviteiten andere dan de in punt 3 beschrevene, met uitzondering van officiële exportkredietfinanciering in overeenstemming met het memorandum inzake de sector grote luchtvaartuigen van het memorandum van de OESO inzake officiële exportfinanciering;

5. "indirecte overheidssteun": de door een regering of een overheidsorgaan binnen het grondgebied van een partij verstrekte financiële steun voor luchtvaarttoepassingen, zoals onderzoek en ontwikkeling, demonstratieprojecten en ontwikkeling van militaire luchtvaartuigen, die aantoonbaar ten voordele komt van de ontwikkeling of de produktie van één of meerdere specifieke grote burgerluchtvaartuigprogramma's;

6. "directe overheidssteun": alle door een regering of een overheidsorgaan binnen het grondgebied van een partij verleende steun verstrekt:

1. voor specifieke grote burgerluchtvaartuigprogramma's of daarvan afgeleide modellen dan wel

2. aan specifieke ondernemingen, voor zover grote burgerluchtvaartuigprogramma's of daarvan afgeleide modellen hiervan rechtstreeks profiteren;

7. "royaltybetaling": de terugbetaling van een bepaald van tevoren vastgesteld bedrag aan ontwikkelingssteun per opgeleverd vliegtuig.

Top
  翻译: