This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62017TN0480
Case T-480/17: Action brought on 3 August 2017 — Greece v Commission
Zaak T-480/17: Beroep ingesteld op 3 augustus 2017 — Griekenland/Commissie
Zaak T-480/17: Beroep ingesteld op 3 augustus 2017 — Griekenland/Commissie
PB C 357 van 23.10.2017, p. 18–19
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
23.10.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 357/18 |
Beroep ingesteld op 3 augustus 2017 — Griekenland/Commissie
(Zaak T-480/17)
(2017/C 357/23)
Procestaal: Grieks
Partijen
Verzoekende partij: Helleense Republiek (vertegenwoordigers: G. Kanellopoulos en A. Vasilopoulou, gemachtigden)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
— |
het bestreden uitvoeringsbesluit van de Commissie van 26 juni 2017 nietig verklaren, voor zover de door de Helleense Republiek gemaakte kosten van een totaalbedrag van 1 192 054,72 EUR zijn uitgesloten van financiering door de Europese Unie, in het kader van de conformiteitscontrole, bij wege van de oplegging van eenmalige en forfaitaire financiële correcties wegens aangevoerde tekortkomingen bij de toepassing van de voorwaarden in het kader van de ELGF en het ELFPO voor de aanvraagjaren 2012, 2013 en 2014, in overeenstemming met wat is uiteengezet met betrekking tot de feiten en de gronden tot nietigverklaring, en |
— |
de Commissie verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster twee middelen aan.
1. |
Met haar eerste middel voert verzoekster aan dat de bestreden correctie onrechtmatig is opgelegd, op basis van een feitelijke vergissing, met een ontoereikende en onjuiste motivering, en in strijd met de beginselen van behoorlijk bestuur en billijkheid, zoals meer in het bijzonder uitvoerig is uiteengezet in het eerste onderdeel van dat middel wat betreft de aangevoerde tekortkomingen in een aantal punten bij de controle van RBV 1 en in specifieke punten van de controle van de minimumvoorwaarden die van toepassing zijn op het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, en in het tweede onderdeel van dat middel wat betreft de aangevoerde gebrekkige risicoanalyse. |
2. |
Het tweede middel is ontleend aan een motiveringsgebrek, een feitelijke vergissing en aan het feit dat het bestreden besluit het evenredigheidsbeginsel schendt voor zover de juiste berekening door de Griekse autoriteiten van de financiële impact van de geïdentificeerde tekortkomingen, zo zij al bestaan, wordt afgewezen, mede gelet op de aanbevelingen van het orgaan voor geschillenbeslechting aan de Commissie. |