31983D0247

83/247/EEG: Besluit van de Commissie van 11 mei 1983 betreffende de oprichting van een Raadgevend Comité voor het communautair beleid inzake de houtsector

Publicatieblad Nr. L 137 van 26/05/1983 blz. 0031 - 0032
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 13 Deel 12 blz. 0183
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 13 Deel 14 blz. 0061
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 13 Deel 12 blz. 0183
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 13 Deel 14 blz. 0061


*****

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 11 mei 1983

betreffende de oprichting van een Raadgevend Comité voor het communautair beleid inzake de houtsector

(83/247/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Overwegende dat de voortdurende verbetering van de levensstandaard en de arbeidsvoorwaarden alsmede de harmonische ontwikkeling van de volkshuishoudingen van de Lid-Staten doelstellingen van de Europese Economische Gemeenschap vormen;

Overwegende dat de op de produktie en de industriële verwerking van hout gebaseerde economische activiteiten kunnen bijdragen tot de verwezenlijking van deze doelstellingen, gezien de ontwikkelingsmogelijkheden van deze activiteiten en rekening houdend met de huidige moeilijkheden in deze sector;

Overwegende dat het noodzakelijk lijkt deze moeilijkheden niet afzonderlijk, doch in hun onderlinge samenhang te bestuderen en op te lossen;

Overwegende dat hiertoe, en op basis van de reeds door de diensten van de Commissie verrichte werkzaamheden en met name van de mededeling aan de Raad houdende een programma van communautaire maatregelen voor de houtsector, een nauw en permanent contact met de betrokken economische kringen kan bijdragen tot de verwezenlijking van deze doelstellingen;

Overwegende dat het meest passende middel voor de organisatie van deze contacten de instelling bij de Commissie van een »Raadgevend Comité voor het communautair beleid inzake de houtsector" is, waarin deze kringen zullen zijn vertegenwoordigd; dat er bovendien aanleiding is ervoor te zorgen, dat aan het Comité wordt deelgenomen door deskundige personen die hun technische ervaring en kennis van de houtsector op communautair niveau kunnen inbrengen,

BESLUIT:

Artikel 1

Bij de Commissie wordt een »Raadgevend Comité voor het communautair beleid inzake de houtsector" opgericht, hierna het »Comité" te noemen. Het Comité is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Europese organisaties van producenten en van industriële verwerkers van en van handelaren in hout en houtprodukten, alsmede uit personen wier bevoegdheid op het gebied van de houtsector op het niveau van de Gemeenschap algemeen wordt erkend.

Artikel 2

Het Comité heeft tot taak de Commissie, hetzij op haar verzoek, hetzij op eigen initiatief bij te staan bij de behandeling van alle problemen betreffende het communautair beleid inzake de houtsector, en met name die in verband met de vraag naar houtprodukten in de Gemeenschap en met het houtaanbod waardoor deze kan worden gedekt.

Artikel 3

Het Comité bestaat uit 27 leden:

- 8 leden die de boseigenaren en de bosbouwactiviteiten vertegenwoordigen,

- 8 leden die de houtverwerkende industrieën vertegenwoordigen,

- 4 leden die de handel in hout en houtprodukten vertegenwoordigen,

- 7 leden die op dit gebied bijzonder deskundige personen zijn.

Artikel 4

De leden van het Comité worden benoemd door de Commissie na raadpleging van de betrokken beroepskringen.

Artikel 5

Het mandaat van een lid van het Comité duurt drie jaar. Het kan worden verlengd. Na het verstrijken van de periode van drie jaar blijven de leden van het Comité in functie totdat is voorzien in hun vervanging of tot hun mandaat is verlengd.

Aan het mandaat van een lid kan vóór het verstrijken van de periode van drie jaar een einde komen door uittreding of overlijden.

De benoeming van een nieuw lid overeenkomstig de procedure van artikel 4 geldt voor de resterende duur van het mandaat.

De betrokken functies worden niet bezoldigd.

Artikel 6

De Commissie maakt de lijst van de leden van het Comité ter informatie bekend in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 7

Het Comité wordt voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Commissie. Artikel 8

De voorzitter kan elke persoon met een bijzondere competentie ten aanzien van een bepaald agendapunt uitnodigen als deskundige deel te nemen aan de werkzaamheden van het Comité en van de in artikel 9 bedoelde werkgroepen.

De deskundigen nemen uitsluitend deel aan de beraadslagingen van het Comité met betrekking tot de vraagstukken die reden waren voor hun aanwezigheid.

Artikel 9

Het Comité kan werkgroepen instellen.

Artikel 10

1. Het Comité en de werkgroepen vergaderen ter zetel van de Commissie op uitnodiging van de voorzitter van het Comité.

2. De vertegenwoordigers van de betrokken diensten van de Commissie nemen aan de vergaderingen van het Comité en van de werkgroepen deel.

3. Het secretariaat van het Comité en van de werkgroepen wordt waargenomen door de diensten van de Commissie.

Artikel 11

De beraadslagingen van het Comité worden niet gevolgd door een stemming.

De Commissie kan bij het verzoek om advies aan het Comité de termijn vaststellen waarbinnen dit advies moet worden gegeven.

Artikel 12

Onverminderd het bepaalde in artikel 214 van het Verdrag mogen de leden van het Comité geen gegevens bekendmaken waarvan zij kennis hebben gekregen ter gelegenheid van de werkzaamheden van het Comité of van de werkgroepen, indien de voorzitter van het Comité hun meedeelt dat het gevraagde advies of het gestelde probleem een vertrouwelijk karakter heeft.

In dit geval worden de vergaderingen alleen bijgewoond door de leden van het Comité en de vertegenwoordigers van de diensten van de Commissie.

Artikel 13

Dit besluit wordt van kracht op de dag van zijn bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Brussel, 11 mei 1983.

Voor de Commissie

Étienne DAVIGNON

Vice-Voorzitter

  翻译: