VERORDENING (EG) Nr. 1830/96 VAN DE COMMISSIE van 20 september 1996 betreffende het beëindigen van de visserij op kabeljauw door vissersvaartuigen die de vlag voeren van Portugal

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2870/95 (2), inzonderheid op artikel 21, lid 3;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 3076/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende verdeling over de Lid-Staten van de vangstquota voor 1996 voor vaartuigen die vissen in de exclusieve economische zone van Noorwegen en in de visserijzone rond Jan Mayen (3), quota vastlegt voor kabeljauw voor 1996;

Overwegende dat het, om de naleving te waarborgen van de bepalingen inzake de kwantitatieve beperking van de vangsten uit bepaalde bestanden, waarvoor een quotum is vastgesteld, noodzakelijk is dat de Commissie de datum vastlegt waarvoor een quotum wordt geacht volledig te zijn gebruikt ten gevolge van de vangsten verricht door de vaartuigen die de vlag voeren van een Lid-Staat;

Overwegende dat, volgens de gegevens medegedeeld aan de Commissie, de vangsten van kabeljauw in de wateren van de ICES-gebieden I, IIa en b (Noorse wateren ten noorden van 62°00'NB), door vaartuigen die de vlag voeren van Portugal of die in Portugal zijn geregistreerd, het voor 1996 toegewezen quotum bereikt hebben; dat Portugal de visserij op dit bestand verboden heeft met ingang van 30 augustus 1996; dat het daarom noodzakelijk is deze datum aan te houden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Door de vangsten van kabeljauw in de wateren van de ICES-gebieden I, IIa en b (Noorse wateren ten noorden van 62°00'NB), door vaartuigen die de vlag voeren van Portugal of die in Portugal zijn geregistreerd, wordt het aan Portugal voor 1996 toegewezen quotum geacht volledig te zijn gebruikt.

De visserij op kabeljauw in de wateren van de ICES-gebieden I, IIa en b (Noorse wateren ten noorden van 62°00'NB), door vaartuigen die de vlag voeren van Portugal of die in Portugal zijn geregistreerd, is verboden alsmede het aan boord houden, de overlading en het lossen van het bestand dat door vermelde vaartuigen gevangen is in deze wateren na de datum van toepassing van deze Verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing vanaf 30 augustus 1996.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 20 september 1996.

Voor de Commissie

Emma BONINO

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 261 van 20. 10. 1993, blz. 1.

(2) PB nr. L 301 van 14. 12. 1995, blz. 1.

(3) PB nr. L 330 van 30. 12. 1995, blz. 51.