32003D0909

2003/909/EG: Beschikking van de Raad van 22 december 2003 tot wijziging van de Beschikkingen 97/375/EG, 98/23/EG en 98/198/EG waarbij het Verenigd Koninkrijk werd gemachtigd maatregelen toe te passen die afwijken van artikel 28 sexies, lid 1, en de artikelen 6 en 17 van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting

Publicatieblad Nr. L 342 van 30/12/2003 blz. 0049 - 0050


Beschikking van de Raad

van 22 december 2003

tot wijziging van de Beschikkingen 97/375/EG, 98/23/EG en 98/198/EG waarbij het Verenigd Koninkrijk werd gemachtigd maatregelen toe te passen die afwijken van artikel 28 sexies, lid 1, en de artikelen 6 en 17 van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting

(2003/909/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op de Zesde Richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag(1), met name op artikel 27, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Bij brief, ingekomen bij het secretariaat-generaal van de Commissie op 22 oktober 2003, heeft het Verenigd Koninkrijk verzocht om verlenging van de Beschikkingen 92/546/EEG van 23 november 1992(2), 95/252/EG van 29 juni 1995(3) en 97/375/EG van 9 juni 1997(4) waarbij het werd gemachtigd maatregelen toe te passen die afwijken van artikel 28 sexies, lid 1, en de artikelen 6 en 17 van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG. Het Verenigd Koninkrijk verzocht eveneens om de omzetlimiet die van toepassing is onder de vereenvoudigde regeling van het kasstelsel en waarvoor bij Beschikking 97/375/EG toestemming werd verleend, te verhogen van 600000 GBP tot 660000 GBP.

(2) Bij Beschikking 98/23/EG van de Raad van 19 december 1997(5) werd het Verenigd Koninkrijk gemachtigd belastingontduiking en belastingontwijking bij intracommunautaire verwervingen tussen verbonden partijen te bestrijden tot 31 december 2003.

(3) Ingevolge Beschikking 98/198/EG van de Raad van 9 maart 1998(6) mag het Verenigd Koninkrijk het recht op aftrek van de voorbelasting op de huur- of leasekosten van een personenauto van de zaak tot 50 % beperken wanneer de huurder of lessee die auto voor privé-doeleinden gebruikt, alsmede ervoor kiezen om het privé-gebruik van een auto van de zaak die door een belastingplichtige is gehuurd of geleasd, niet aan te merken als het verlenen van een dienst onder bezwarende titel. Krachtens de derogatie hoeft de huurder/lessee niet voor elke auto van de zaak een administratie bij te houden van het aantal kilometers dat daarmee voor privé-doeleinden is afgelegd, noch belasting over de feitelijk afgelegde kilometers te voldoen. De maatregel is derhalve een vereenvoudiging. Hij is van toepassing tot 31 december 2003, op welke datum hij vervalt.

(4) Bij Beschikking 97/375/EG werd het Verenigd Koninkrijk gemachtigd een bijzondere facultatieve regeling toe te passen waarbij de belasting wordt voldaan op basis van de inkomsten en uitgaven (kasstelsel) door ondernemingen en waarvoor een omzetlimiet van 600000 GBP geldt. Deze regeling houdt een vereenvoudiging in voor kleine en middelgrote ondernemingen en is van toepassing tot 31 december 2003, op welke datum zij vervalt.

(5) De elementen die rechtens en feitelijk de toepassing van de betrokken bijzondere maatregelen rechtvaardigden, zijn niet gewijzigd en gelden nog steeds. Een verzoek om een prejudiciële beslissing (Zaak C-17/01) waarover het Hof zich nog moet uitspreken, kan evenwel gevolgen hebben voor de maatregelen van Beschikking 98/198/EG waarbij het Verenigd Koninkrijk werd gemachtigd het recht op aftrek van de voorbelasting op de huur- of leasekosten van een personenauto van de zaak tot 50 % te beperken wanneer de huurder of lessee die auto voor privé-doeleinden gebruikt, alsmede ervoor te kiezen om het privé-gebruik van een auto van de zaak die door een belastingplichtige is gehuurd of geleasd, niet aan te merken als het verlenen van een dienst onder bezwarende titel. In geding is de praktijk om het recht op aftrek van de BTW die is begrepen in alle uitgaven voor voertuigen (aankoop, huur, gebruik), tot 50 % te beperken. De uitkomst van deze prejudiciële beslissing kan derhalve van aanzienlijk belang zijn voor de vraag of er in de toekomst nog toestemming kan worden verleend voor dergelijke maatregelen op grond van artikel 27 van de Zesde BTW-richtlijn 77/388/EEG. De gevraagde verhoging van de omzetlimiet voor de vereenvoudigde regeling van het kasstelsel waarvoor toestemming werd verleend bij Beschikking 97/375/EG, van 600000 GBP tot 660000 GBP is in overeenstemming met de inflatie.

(6) De bij de Beschikkingen 98/23/EG en 97/375/EG verleende machtigingen moeten derhalve tot 31 december 2006 worden verlengd. De verlenging van de bij Beschikking 98/198/EG verleende machtiging moet worden beperkt tot 31 december 2004. Gedurende deze periode zal de derogatie kunnen worden geëvalueerd in het licht van de uitspraak in zaak C-17/01. De gevraagde verhoging van de omzetlimiet tot 660000 GBP is in overeenstemming met de inflatie en moet derhalve worden toegestaan.

(7) Deze derogatie heeft geen invloed op de eigen middelen van de Europese Gemeenschappen uit de BTW.

(8) Gezien de urgentie van deze kwestie en om een rechtsvacuüm te vermijden, moet een uitzondering worden gemaakt op de periode van zes weken, als vermeld in punt I, 3, van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en de Verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschappen gehechte Protocol betreffende de rol van de nationale parlementen in de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 1 van Beschikking 97/375/EG wordt vervangen door:

"Artikel 1

In afwijking van artikel 17, lid 1, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG wordt het Verenigd Koninkrijk gemachtigd om tot en met 31 december 2006 te bepalen dat, in het kader van een facultatieve regeling, ondernemingen met een jaaromzet van maximaal 660000 GBP het recht op aftrek van de belasting moeten uitstellen tot het tijdstip waarop deze belasting aan de leverancier is betaald.".

Artikel 2

In artikel 1 van Beschikking 98/23/EG wordt de datum 31 december 2003 vervangen door 31 december 2006.

In artikel 3 van Beschikking 98/198/EG wordt de datum 31 december 2003 vervangen door 31 december 2004.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot het Verenigd Koninkrijk.

Gedaan te Brussel, 22 december 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

A. Matteoli

(1) PB L 145 van 13.6.1977, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/92/EG (PB L 260 van 11.10.2003, blz. 8).

(2) PB L 351 van 2.12.1992, blz. 34.

(3) PB L 159 van 11.7.1995, blz. 19.

(4) PB L 158 van 17.6.1997, blz. 43. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2000/435/EG ( PB L 172 van 12.7.2000, blz. 24).

(5) PB L 8 van 14.1.1998, blz. 24. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2000/435/EG.

(6) PB L 76 van 13.3.1998, blz. 31. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2000/747/EG ( PB L 302 van 1.12.2000, blz. 63).

  翻译: