20.6.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 159/45 |
AANBEVELING VAN DE COMMISSIE
van 13 juni 2007
betreffende maatregelen tot handhaving van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 2551)
(2007/425/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name op artikel 211,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De illegale handel in specimens van soorten die vallen onder Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer (1), die de tenuitvoerlegging vormt van de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (hierna de „Cites-overeenkomst” genoemd), berokkent ernstige schade aan de wilde fauna en flora, doet afbreuk aan de effecten van programma’s voor het beheer van in het wild levende soorten, ondermijnt de duurzame en legale handel en vormt met name een bedreiging voor duurzame ontwikkeling voor de zich ontwikkelende economieën in talrijke producerende landen. |
(2) |
Maatregelen om de onderliggende oorzaken van illegale handel in wilde dieren en planten aan te pakken, zijn belangrijk om de handhaving van de verordening te ondersteunen. |
(3) |
Overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EG) nr. 338/97 dienen de lidstaten de nodige maatregelen te nemen om de naleving en de handhaving van Verordening (EG) nr. 338/97 te verzekeren en zo nodig rechtsvorderingen in te stellen. |
(4) |
Overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EG) nr. 338/97 dienen de lidstaten en de Commissie erop toe te zien dat de nodige maatregelen worden genomen om het publiek bewust te maken van en te informeren over de toepassingsbepalingen van de Cites-overeenkomst en de verordening. |
(5) |
Overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 338/97 dienen de lidstaten ervoor te zorgen dat sancties worden opgelegd die in passende verhouding staan tot de aard en de ernst van de inbreuken. |
(6) |
Op grond van de vaste rechtspraak van het Hof van Justitie dienen de lidstaten ervoor te zorgen dat de sancties voor inbreuken op het Gemeenschapsrecht doeltreffend, afschrikkend en evenredig zijn. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 10 van het EG-Verdrag is coördinatie en samenwerking tussen de lidstaten en hun autoriteiten essentieel om een doelmatige handhaving van Verordening (EG) nr. 338/97 te verzekeren. |
(8) |
Er is behoefte aan internationale samenwerking voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 338/97. Deze samenwerking is eveneens essentieel voor de realisatie van de Cites-doelstellingen. |
(9) |
De studie van de Commissie van november 2006 inzake de handhaving van de regelgeving inzake de handel in wilde dieren en planten in de EU-25 bevestigt dat prioriteiten voor gecoördineerde actie moeten worden vastgesteld en dat er behoefte is aan de ontwikkeling van gemeenschappelijke richtsnoeren om de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 338/97 te ondersteunen. |
(10) |
In zijn conclusies van december 2006 betreffende de instandhouding van de biodiversiteit (2) roept de Raad de lidstaten op hun inspanningen in de strijd tegen illegale handel in krachtens Cites beschermde soorten op te voeren en worden de lidstaten en de Commissie ertoe aangespoord een gecoördineerde respons en acties ter handhaving van de Cites-overeenkomst te intensiveren. |
(11) |
De in deze aanbeveling voorgestelde acties zijn het resultaat van de besprekingen binnen de krachtens artikel 14 van Verordening (EG) nr. 338/97 opgerichte toezichtsgroep en het bij artikel 18 van diezelfde verordening opgerichte Comité voor de handel in wilde dier- en plantensoorten, |
BEVEELT AAN:
I. |
De lidstaten dienen de in deze aanbeveling opgesomde maatregelen uit te voeren met het oog op een betere handhaving van Verordening (EG) nr. 338/97. |
II. |
Om de handhavingscapaciteit te versterken, dienen de lidstaten de volgende maatregelen te nemen:
|
III. |
Met het oog op een betere samenwerking en uitwisseling van informatie dienen de lidstaten de volgende maatregelen te nemen:
|
IV. |
De informatie betreffende de op grond van deze aanbeveling genomen maatregelen dient samen met de informatie als bedoeld in artikel 15, lid 4, onder c), van Verordening (EG) nr. 338/97 aan de Commissie te worden meegedeeld. |
Gedaan te Brussel, 13 juni 2007.
Voor de Commissie
Stavros DIMAS
Lid van de Commissie
(1) PB L 61 van 3.3.1997, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1332/2005 van de Commissie (PB L 215 van 19.8.2005, blz. 1).
(2) 2773e vergadering van de Raad Milieu van 18 december 2006.
(3) Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Naar een Europese strategie „Hulp voor handel” — de bijdrage van de Commissie (COM(2007) 163 def.).