11.10.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 260/1


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1701 van de Commissie

van 23 juli 2019

tot wijziging van de bijlagen I en V bij Verordening (EU) nr. 649/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 649/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (1), en met name artikel 23, lid 4, onder a) en b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 649/2012, die op 4 juli 2012 is vastgesteld, is uitvoering gegeven aan het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande geïnformeerde toestemming ten aanzien van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel (2) (hierna “het Verdrag van Rotterdam” genoemd). Die verordening is een herschikking van Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad (3), die zij met ingang van 1 maart 2014 heeft vervangen. Verordening (EG) nr. 689/2008 werd gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 73/2013 van de Commissie (4), die op 25 januari 2013 was vastgesteld, maar pas op 1 april 2013 van toepassing werd. De in Verordening (EU) nr. 73/2013 opgenomen wijzigingen zijn niet correct in Verordening (EU) nr. 649/2012 tot uitdrukking gekomen. Om te zorgen voor juridische duidelijkheid en samenhang moeten daarom de in Verordening (EU) nr. 73/2013 opgenomen wijzigingen formeel tot uitdrukking komen in de bijlagen bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(2)

Bij Beschikking 2008/934/EG (5) heeft de Commissie besloten acetochloor, asulam, chloorpicrine en propargite niet als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (6) op te nemen, met als gevolg dat die stoffen niet in bestrijdingsmiddelen mogen worden gebruikt en bijgevolg aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 moeten worden toegevoegd. De toevoeging van acetochloor, asulam, chloorpicrine en propargite aan bijlage I bij Verordening (EU) nr. 649/2012 werd echter opgeschort naar aanleiding van een nieuwe aanvraag tot opneming van die stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, ingediend overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 33/2008 van de Commissie (7). Die nieuwe aanvraag heeft geleid tot de vaststelling van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1372/2011 (8), (EU) nr. 1045/2011 (9), (EU) nr. 1381/2011 (10) en (EU) nr. 943/2011 (11), waarbij de Commissie respectievelijk heeft besloten de stoffen acetochloor, asulam, chloorpicrine en propargite niet goed te keuren als werkzame stoffen krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad (12), met als gevolg dat het verbod op het gebruik ervan in bestrijdingsmiddelen gehandhaafd blijft. De stoffen acetochloor, asulam, chloorpicrine en propargite moeten daarom worden toegevoegd aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(3)

Bij Beschikking 2008/934/EG heeft de Commissie besloten de stof flufenoxuron niet op te nemen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en bij Besluit 2012/77/EU (13) heeft zij besloten om die stof niet op te nemen als werkzame stof in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad (14) voor productsoort 18. Daarom is het gebruik van flufenoxuron in bestrijdingsmiddelen aan strenge beperkingen onderworpen en moet de stof worden toegevoegd aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012. De toevoeging van flufenoxuron aan bijlage I bij Verordening (EU) nr. 649/2012 werd echter opgeschort naar aanleiding van een nieuwe aanvraag tot opneming van die stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, ingediend overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 33/2008. Die nieuwe aanvraag heeft geleid tot de vaststelling van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 (15), waarbij de Commissie heeft besloten flufenoxuron niet goed te keuren als werkzame stof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009. De stof flufenoxuron moet daarom worden toegevoegd aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(4)

Bij Besluit 2012/257/EU (16) heeft de Commissie besloten de stof naled niet op te nemen voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG en bij Beschikking 2005/788/EG (17) heeft zij besloten die stof niet op te nemen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Naled mag daarom niet in bestrijdingsmiddelen worden gebruikt en moet bijgevolg worden toegevoegd aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(5)

Bij de Beschikkingen 2009/65/EG (18), 2009/859/EG (19) en 2008/769/EG (20) heeft de Commissie respectievelijk besloten om 2-naftyloxyazijnzuur, difenylamine en propanil niet als werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG op te nemen. Die stoffen mogen daarom niet in bestrijdingsmiddelen worden gebruikt en moeten bijgevolg worden toegevoegd aan de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012. De toevoeging van 2-naftyloxyazijnzuur, difenylamine en propanil aan bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 werd echter opgeschort naar aanleiding van een nieuwe aanvraag tot opneming in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, ingediend overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 33/2008. Die nieuwe aanvraag heeft geleid tot de vaststelling van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1127/2011 (21), (EU) nr. 578/2012 (22) en (EU) nr. 1078/2011 (23), waarbij de Commissie respectievelijk heeft besloten de stoffen 2-naftyloxyazijnzuur, difenylamine en propanil niet goed te keuren als werkzame stoffen krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009, met als gevolg dat het verbod op het gebruik ervan in bestrijdingsmiddelen gehandhaafd blijft. De stoffen 2-naftyloxyazijnzuur, difenylamine en propanil moeten daarom worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen in bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(6)

De vermelding voor dichloorvos in de lijsten van chemische stoffen in bijlage I, delen 1 en 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 moet worden gewijzigd om rekening te houden met Besluit 2012/254/EU van de Commissie (24), waarbij is besloten dichloorvos niet op te nemen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG, met als gevolg dat dichloorvos niet in bestrijdingsmiddelen mag worden gebruikt.

(7)

Bij de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 582/2012 (25) en (EU) nr. 359/2012 (26) heeft de Commissie respectievelijk de stoffen bifenthrin en metam goedgekeurd, met als gevolg dat het gebruik van die stoffen in bestrijdingsmiddelen niet langer verboden is. De stoffen bifenthrin en metam moeten derhalve worden geschrapt uit bijlage I, deel 1, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(8)

Tijdens de vijfde vergadering van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag van Rotterdam in juni 2011 heeft deze conferentie besloten de stoffen alachloor, aldicarb en endosulfan in bijlage III bij dat verdrag op te nemen, met als gevolg dat die stoffen onder de procedure met betrekking tot voorafgaande geïnformeerde toestemming in het kader van dat verdrag gingen vallen. Zij worden daarom geschrapt uit de lijst van chemische stoffen in bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 en worden toegevoegd aan de lijst van chemische stoffen in deel 3 van die bijlage.

(9)

De stof cyaanamide moet worden geschrapt uit bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 aangezien er bewijzen zijn geleverd waaruit blijkt dat Beschikking 2008/745/EG van de Commissie (27), waarbij is besloten cyaanamide niet op te nemen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, niet neerkomt op een strenge beperking van het gebruik van de stof op het niveau van de categorie “bestrijdingsmiddel”, in aanmerking nemend dat cyaanamide belangrijke toepassingen kent in de subcategorie “andere bestrijdingsmiddelen met inbegrip van biociden”. Cyaanamide is geïdentificeerd en aangemeld voor beoordeling in het kader van Richtlijn 98/8/EG. Biociden die cyaanamide bevatten mogen dus door de lidstaten verder worden toestaan overeenkomstig hun nationale voorschriften, tot in het kader van die richtlijn een besluit is genomen.

(10)

Naar aanleiding van het besluit dat op grond van het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen is genomen om de stof endosulfan in de lijst in bijlage A, deel 1, bij dat verdrag te vermelden, is die stof opgenomen in bijlage I, deel A, bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad (28). Endosulfan moet derhalve worden toegevoegd aan bijlage V, deel 1, bij Verordening (EU) nr. 649/2012.

(11)

Verordening (EU) nr. 649/2012 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(12)

Aangezien de betrokken autoriteiten en marktdeelnemers de in deze verordening vastgestelde wijzigingen in de praktijk reeds hebben uitgevoerd in de veronderstelling dat Verordening (EU) nr. 649/2012 al gewijzigd zou zijn bij Verordening (EU) nr. 73/2013 van de Commissie, moeten die wijzigingen met terugwerkende kracht van toepassing zijn vanaf 1 maart 2014, de datum waarop Verordening (EU) nr. 649/2012 van toepassing werd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 649/2012 wordt als volgt gewijzigd:

1.

Bijlage I wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.

2.

Bijlage V wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 2014.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 23 juli 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 201 van 27.7.2012, blz. 60.

(2)  PB L 63 van 6.3.2003, blz. 29.

(3)  Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (PB L 204 van 31.7.2008, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) nr. 73/2013 van de Commissie van 25 januari 2013 tot wijziging van de bijlagen I en V bij Verordening (EG) nr. 689/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (PB L 26 van 26.1.2013, blz. 11).

(5)  Beschikking 2008/934/EG van de Commissie van 5 december 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 333 van 11.12.2008, blz. 11).

(6)  Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).

(7)  Verordening (EG) nr. 33/2008 van de Commissie van 17 januari 2008 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de uitvoering van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad met betrekking tot een normale en een versnelde procedure voor de beoordeling van werkzame stoffen die deel uitmaakten van het in artikel 8, lid 2, van die richtlijn bedoelde werkprogramma, maar niet in bijlage I ervan zijn opgenomen (PB L 15 van 18.1.2008, blz. 5).

(8)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof acetochloor, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45).

(9)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof asulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 275 van 20.10.2011, blz. 23).

(10)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpicrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26).

(11)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propargite overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16).

(12)  Verordening (EG) Nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1).

(13)  Besluit 2012/77/EU van de Commissie van 9 februari 2012 betreffende de niet-opneming van flufenoxuron voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 47).

(14)  Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 123 van 24.4.1998, blz. 1).

(15)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof flufenoxuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13).

(16)  Besluit 2012/257/EU van de Commissie van 11 mei 2012 betreffende de niet-opneming van naled voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 126 van 15.5.2012, blz. 12).

(17)  Beschikking 2005/788/EG van de Commissie van 11 november 2005 betreffende de niet-opneming van naled in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 296 van 12.11.2005, blz. 41).

(18)  Beschikking 2009/65/EG van de Commissie van 26 januari 2009 betreffende de niet-opneming van 2-naftyloxyazijnzuur in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 23 van 27.1.2009, blz. 33).

(19)  Beschikking 2009/859/EG van de Commissie van 30 november 2009 betreffende de niet-opneming van difenylamine in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 79).

(20)  Beschikking 2008/769/EG van de Commissie van 30 september 2008 betreffende de niet-opneming van propanil in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 263 van 2.10.2008, blz. 14).

(21)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie van 7 november 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 289 van 8.11.2011, blz. 26).

(22)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 578/2012 van de Commissie van 29 juni 2012 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof difenylamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 171 van 30.6.2012, blz. 2).

(23)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2011 van de Commissie van 25 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 26.10.2011, blz. 1).

(24)  Besluit 2012/254/EU van de Commissie van 10 mei 2012 betreffende de niet-opneming van dichloorvos voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 125 van 12.5.2012, blz. 53).

(25)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof bifenthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3).

(26)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof metam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1).

(27)  Beschikking 2008/745/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van cyaanamide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 251 van 19.9.2008, blz. 45).

(28)  Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 79/117/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7).


BIJLAGE I

Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 649/2012 wordt als volgt gewijzigd:

1.   

Deel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de vermeldingen voor alachloor en aldicarb worden vervangen door:

Chemische stof

CAS-nummer

Einecs-nummer

GN-code (***)

Subcategorie (*)

Gebruiksbeperking (**)

Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is

“Alachloor (#)

15972-60-8

240-110-8

ex 2924 25 00

p(1)

v

 

Aldicarb (#)

116-06-3

204-123-2

ex 2930 80 00

p(1)-p(2)

v-v”;

 

b)

de vermelding voor dichloorvos wordt vervangen door:

Chemische stof

CAS-nummer

Einecs-nummer

GN-code (***)

Subcategorie (*)

Gebruiksbeperking (**)

Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is

“Dichloorvos (+)

62-73-7

200-547-7

ex 2919 90 00

p(1)-p(2)

v-v”;

 

c)

de vermeldingen voor bifenthrin en metam worden geschrapt;

d)

de volgende vermeldingen worden in alfabetische volgorde ingevoegd of toegevoegd:

Chemische stof

CAS-nummer

Einecs-nummer

GN-code (***)

Subcategorie (*)

Gebruiksbeperking (**)

Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is

“Acetochloor (+)

34256-82-1

251-899-3

ex 2924 29 70

p(1)

v

 

Asulam (+)

3337-71-1

2302-17-2

222-077-1

218-953-8

ex 2935 90 90

p(1)

v

 

Chloorpicrine (+)

76-06-2

200-930-9

ex 2904 91 00

p(1)

v

 

Flufenoxuron (+)

101463-69-8

417-680-3

ex 2924 21 00

p(1)-p(2)

v-sb

 

Naled (+)

300-76-5

206-098-3

ex 2919 90 00

p(1)-p(2)

v-v

 

Propargite (+)

2312-35-8

219-006-1

ex 2920 90 70

p(1)

v”.

 

2.   

Deel 2 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de vermelding voor dichloorvos wordt vervangen door:

Chemische stof

CAS-nummer

Einecs-nummer

GN-code (***)

Categorie (*)

Gebruiksbeperking (**)

“Dichloorvos

62-73-7

200-547-7

ex 2919 90 00

p

v”;

b)

de vermeldingen voor alachloor, aldicarb, cyaanamide en endosulfan worden geschrapt;

c)

de volgende vermeldingen worden in alfabetische volgorde ingevoegd of toegevoegd:

Chemische stof

CAS-nummer

Einecs-nummer

GN-code (***)

Categorie (*)

Gebruiksbeperking (**)

“2-Naftyloxyazijnzuur

120-23-0

204-380-0

ex 2918 99 90

p

v

Acetochloor

34256-82-1

251-899-3

ex 2924 29 70

p

v

Asulam

3337-71-1

2302-17-2

222-077-1

218-953-8

ex 2935 90 90

p

v

Chloorpicrine

76-06-2

200-930-9

ex 2904 91 00

p

v

Difenylamine

122-39-4

204-539-4

ex 2921 44 00

p

v

Flufenoxuron

101463-69-8

417-680-3

ex 2924 21 00

p

sb

Naled

300-76-5

206-098-3

ex 2919 90 00

p

v

Propanil

709-98-8

211-914-6

ex 2924 29 70

p

v

Propargite

2312-35-8

219-006-1

ex 2920 90 70

p

v”.

3.   

In deel 3 worden de volgende vermeldingen in alfabetische volgorde ingevoegd:

Chemische stof

Relevant(e) CAS-nummer(s)

HS-code

Zuivere stof (**)

HS-code

Mengsels die een dergelijke stof bevatten (**)

Categorie

“Alachloor

15972-60-8

2924.25

3808.93

Bestrijdingsmiddel

Aldicarb

116-06-3

2930.80

3808.91

Bestrijdingsmiddel

Endosulfan

115-29-7

2920.30

3808.91

Bestrijdingsmiddel”.


BIJLAGE II

In bijlage V, deel 1, bij Verordening (EU) nr. 649/2012 wordt de volgende vermelding toegevoegd:

Beschrijving van chemische stof/artikel waarvoor een uitvoerverbod geldt

Eventuele nadere bijzonderheden (bv. naam van de chemische stof, Einecs-nummer, CAS-nummer enz.)

 

“Endosulfan

EG-nr. 204-079-4

CAS-nr. 115-29-7

GN-code 2920 30 00 ”.


  翻译: