21.3.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 69/18 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) op 4 december 2008 — Mediaprint Zeitungs- und Zeitschriftenverlag GmbH & Co KG/„Österreich”-Zeitungsverlag GmbH
(Zaak C-540/08)
(2009/C 69/33)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Oberster Gerichtshof
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Mediaprint Zeitungs- und Zeitschriftenverlag GmbH & Co KG
Verwerende partij:„Österreich”-Zeitungsverlag GmbH
Prejudiciële vragen
1) |
Staan de artikelen 3, lid 1, en 5, lid 5, van richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt en tot wijziging van richtlijn 84/450/EEG van de Raad, richtlijnen 97/7/EG, 98/27/EG en 2002/65/EG van het Europees Parlement en de Raad en van verordening (EG) nr. 2006/2004 van het Europees Parlement en de Raad („richtlijn oneerlijke handelspraktijken”) (1) of andere bepalingen van deze richtlijn in de weg aan een nationale regeling die, afgezien van limitatief opgesomde uitzonderingen, het aankondigen, aanbieden of verstrekken van geschenken bij kranten en tijdschriften alsook het aankondigen van geschenken bij andere goederen of diensten verbiedt zonder dat het misleidende, agressieve of anderszins oneerlijke karakter van deze handelspraktijk in het concrete geval hoeft te worden aangetoond, ook indien deze regeling niet alleen ter bescherming van consumenten dient, maar eveneens ter bereiking van andere doeleinden die niet binnen het inhoudelijke toepassingsgebied van de richtlijn vallen, bijvoorbeeld de instandhouding van de pluriformiteit van de pers of de bescherming van zwakkere concurrenten? |
2) |
Wanneer de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord: Is de aan de koop van een krant verbonden mogelijkheid om deel te nemen aan een kansspel reeds een oneerlijke handelspraktijk in de zin van artikel 5, lid 2, van de richtlijn oneerlijke handelspraktijken, omdat deze deelnamemogelijkheid tenminste voor een deel van de doelgroep zeker niet de enige, maar wel de doorslaggevende reden vormt om de krant te kopen? |
(1) PB L 149, blz. 22.