8.12.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 439/15 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landgericht Köln (Duitsland) op 31 juli 2014 — Sommer Antriebs- und Funktechnik GmbH/Rademacher Geräte-Elektronik GmbH & Co. KG
(Zaak C-369/14)
(2014/C 439/22)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Landgericht Köln
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Sommer Antriebs- und Funktechnik GmbH
Verwerende partij: Rademacher Geräte-Elektronik GmbH & Co. KG
Prejudiciële vragen
1) |
Moeten artikel 2, lid 1, artikel 3, sub a, en bijlagen IA en IB van richtlijn 2002/96/EG (1) van het Europees Parlement en de Raad van 27. januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur en/of artikel 2, lid 1, sub a, artikel 3, lid 1, en bijlagen I en II van richtlijn 2012/19/EU (2) van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, aldus worden uitgelegd dat aandrijvingen voor (garage-)poorten die werken op elektrische spanningen van circa 220 V tot 240 V, die bedoeld zijn om tezamen met de garagepoort in de technische voorzieningen van gebouwen te worden ingebouwd, onder het begrip elektrische en elektronische apparatuur, meer bepaald het begrip elektrische en elektronische werktuigen, vallen? |
2) |
Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord: Moeten bijlage IA, punt 6, en bijlage IB, punt 6, van richtlijn 2002/96/EG en/of artikel 3, lid 1, sub b, bijlage I, punt 6, en bijlage II, punt 6, van richtlijn 2012/19/EU aldus worden uitgelegd dat (garagepoort-)aandrijvingen als in de eerste vraag bedoeld, moeten worden beschouwd als bestanddeel van grote, niet-verplaatsbare industriële installaties in de zin van deze bepalingen? |
3) |
Indien de eerste vraag bevestigend en de tweede vraag ontkennend wordt beantwoord: Moeten artikel 2, lid 1, van richtlijn 2002/96/EG en/of artikel 2, lid 3, sub b, van richtlijn 2012/19/EU aldus worden uitgelegd dat (garagepoort-)aandrijvingen als in de eerste vraag bedoeld, moeten worden beschouwd als deel van andere apparatuur welke niet binnen de werkingssfeer van de desbetreffende richtlijn valt? |
(1) Richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) — Gemeenschappelijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende Artikel 9 (PB L 37, blz. 24).