25.1.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 27/16 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Amsterdam (Nederland) op 11 november 2015 — Openbaar Ministerie tegen Gerrit van Vemde
(Zaak C-582/15)
(2016/C 027/20)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Rechtbank Amsterdam
Partijen in het hoofdgeding
Verzoeker: Openbaar Ministerie
Verweerder: Gerrit van Vemde
Prejudiciële vraag
Moet artikel 28, tweede lid, eerste volzin, van kaderbesluit 2008/909/JBZ (1) zo worden verstaan dat de daar bedoelde verklaring alleen betrekking mag hebben op vonnissen die zijn gewezen vóór 5 december 2011, ongeacht wanneer die vonnissen onherroepelijk zijn geworden, of moet die bepaling zo worden verstaan dat de verklaring alleen betrekking mag hebben op vonnissen die vóór 5 december 2011 onherroepelijk zijn geworden?
(1) Kaderbesluit van de Raad van 27 november 2008 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op strafvonnissen waarbij vrijheidsstraffen of tot vrijheidsbeneming strekkende maatregelen zijn opgelegd, met het oog op de tenuitvoerlegging ervan in de Europese Unie (PB L 327, blz. 27).