11.9.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 228/24 |
Verzoek van het Finanzgericht Hamburg van 16 juni 2004 om een prejudiciële beslissing in het geding tussen ED & F Man Sugar Ltd. en Hauptzollamt Hamburg-Jonas
(Zaak C-274/04)
(2004/C 228/47)
Het Finanzgericht Hamburg heeft bij beschikking van 16 juni 2004, ingekomen ter griffie van het Hof van Justitie op 28 juni 2004, in het geding tussen ED & F Man Sugar Ltd. en Hauptzollamt Hamburg-Jonas, het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verzocht om een prejudiciële beslissing over de navolgende vragen:
1. |
Zijn de nationale autoriteiten en rechterlijke instanties in het kader van een beroepsprocedure tegen een op artikel 11, lid 1, eerste alinea, van verordening nr. 3665/87 (1) gebaseerde sanctiebeschikking gerechtigd na te gaan, of de exporteur een hogere dan de hem toekomende restitutie heeft aangevraagd, wanneer de terugvorderingbeschikking uit hoofde van artikel 11, lid 3, eerste alinea, van verordening nr. 3665/87 voor de vaststelling van de sanctiebeschikking definitief is geworden? |
2. |
Indien de eerste vraag ontkennend wordt beantwoord: Mag in een procedure tegen een sanctiebeschikking uit hoofde van artikel 11, lid 1, eerste alinea, van verordening nr. 3665/87 onder de in deze beslissing omschreven omstandigheden worden nagegaan, of de exporteur een hogere dan de hem toekomende restitutie heeft aangevraagd, teneinde rekening te houden met een inmiddels gegeven uitlegging van het gemeenschapsrecht? |
(1) PB L 351, blz. 1.