ISSN 1725-2598 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
50e jaargang |
Inhoud |
|
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is |
Bladzijde |
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
||
|
* |
Verordening (EG) nr. 1451/2007 van de Commissie van 4 december 2007 betreffende de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma ( 1 ) |
|
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
|
|
|
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is |
|
|
|
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN |
|
|
|
Raad |
|
|
|
2007/810/EG |
|
|
* |
||
|
|
Conferentie van de Vertegenwoordigers van de Regeringen van de Lid-Staten |
|
|
|
2007/811/EG, Euratom |
|
|
* |
||
|
|
Commissie |
|
|
|
2007/812/EG |
|
|
* |
||
|
|
2007/813/EG |
|
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is
VERORDENINGEN
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1450/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 11 december 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 756/2007 (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 41).
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 10 december 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
IL |
181,8 |
MA |
71,9 |
|
SY |
68,2 |
|
TR |
101,5 |
|
ZZ |
105,9 |
|
0707 00 05 |
JO |
196,3 |
MA |
52,5 |
|
TR |
86,6 |
|
ZZ |
111,8 |
|
0709 90 70 |
JO |
149,8 |
MA |
59,6 |
|
TR |
104,0 |
|
ZZ |
104,5 |
|
0805 10 20 |
AR |
21,9 |
AU |
10,4 |
|
BR |
25,6 |
|
SZ |
31,4 |
|
TR |
51,4 |
|
ZA |
40,4 |
|
ZW |
26,4 |
|
ZZ |
29,6 |
|
0805 20 10 |
MA |
77,7 |
ZZ |
77,7 |
|
0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90 |
CN |
61,4 |
HR |
32,2 |
|
IL |
66,8 |
|
TR |
75,3 |
|
UY |
95,3 |
|
ZZ |
66,2 |
|
0805 50 10 |
EG |
90,7 |
TR |
105,2 |
|
ZA |
65,9 |
|
ZZ |
87,3 |
|
0808 10 80 |
AR |
79,2 |
CL |
86,0 |
|
CN |
70,1 |
|
MK |
33,9 |
|
US |
77,9 |
|
ZA |
82,4 |
|
ZZ |
71,6 |
|
0808 20 50 |
AR |
71,4 |
CN |
45,8 |
|
TR |
145,7 |
|
US |
107,8 |
|
ZZ |
92,7 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1451/2007 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2007
betreffende de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (1), en met name op artikel 16, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Ingevolge Richtlijn 98/8/EG mogen lidstaten het op de markt brengen van biociden alleen toelaten indien deze werkzame stoffen bevatten die zijn opgenomen in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij die richtlijn. Krachtens de overgangsmaatregelen in artikel 16, lid 1, van Richtlijn 98/8/EG mogen lidstaten evenwel toelaten dat biociden op de markt worden gebracht die werkzame stoffen bevatten die niet in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG zijn opgenomen, maar op 14 mei 2000 al op de markt waren, hierna „bestaande werkzame stoffen” genoemd. Ingevolge lid 2 van dat artikel moet een tienjarig werkprogramma worden uitgevoerd voor de beoordeling van alle bestaande werkzame stoffen. Dit werkprogramma was bedoeld om de bestaande werkzame stoffen te identificeren en te bepalen welke van deze stoffen in het kader van het beoordelingsprogramma moeten worden geëvalueerd met het oog op een eventuele opneming ervan in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG. |
(2) |
De aanvangsfase van het programma werd vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1896/2000 van de Commissie van 7 september 2000 inzake de eerste fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende biociden bedoelde programma (2). |
(3) |
Volgens Verordening (EG) nr. 1896/2000 moesten bestaande werkzame stoffen voor gebruik in biociden worden geïdentificeerd en moest uiterlijk op 28 maart 2002 kennisgeving worden gedaan van de stoffen die voor een of meer productsoorten moesten worden geëvalueerd met het oog op een eventuele opneming in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG. |
(4) |
Verordening (EG) nr. 2032/2003 van de Commissie van 4 november 2003 inzake de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1896/2000 (3) bevatte een lijst van bestaande werkzame stoffen. Die lijst bevatte werkzame stoffen die waren geïdentificeerd overeenkomstig artikel 3, lid 1, of artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 of waarover gelijkwaardige informatie was ingediend in een kennisgeving overeenkomstig artikel 4, lid 1, van die verordening. |
(5) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 2032/2003 bevatte ook een volledige lijst van bestaande werkzame stoffen die in het kader van het beoordelingsprogramma moesten worden geëvalueerd. Die lijst bevatte bestaande werkzame stoffen waarvoor ten minste één kennisgeving was aanvaard overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 of een lidstaat belang had aangemeld overeenkomstig artikel 5, lid 3, van die verordening. In deze lijst werden de betrokken productsoorten gespecificeerd. |
(6) |
Krachtens Verordening (EG) nr. 2032/2003 mocht een aantal oorspronkelijk niet door het beoordelingsprogramma bestreken werkzame stoffen of combinaties van werkzame stof en productsoort op dezelfde voorwaarden worden onderzocht als de werkzame stoffen die in het kader van het beoordelingsprogramma werden geëvalueerd, mits de belanghebbende marktdeelnemers vóór 1 maart 2006 een volledig dossier indienden. |
(7) |
In artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2032/2002 werd 1 september 2006 vastgesteld als de datum met ingang waarvan producten die werkzame stoffen bevatten die niet in het kader van het beoordelingsprogramma werden onderzocht, van de markt moesten worden gehaald. |
(8) |
Artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2032/2003 bepaalde dat de bestaande werkzame stoffen die niet waren geïdentificeerd door degenen die ze in biociden gebruikten, werden geacht niet vóór 14 mei 2000 als biocide op de markt te zijn gebracht. Deze gelijkstelling met nieuwe werkzame stoffen mag evenwel niet betekenen dat de ten onrechte niet-geïdentificeerde bestaande werkzame stoffen mogen profiteren van een voorlopige vergunning of van de langere gegevensbeschermingsperiode die alleen voor werkelijk nieuwe werkzame stoffen geldt. Die bepaling moet daarom met een verduidelijking in die zin worden aangevuld. |
(9) |
Bij Verordening (EG) nr. 2032/2003 kregen de lidstaten de mogelijkheid voor biociden met geïdentificeerde, maar niet in het kader van het beoordelingsprogramma onderzochte bestaande werkzame stoffen een afwijking aan te vragen wanneer zij van mening zijn dat deze werkzame stoffen vanwege de gezondheid, de veiligheid of de bescherming van het culturele erfgoed voor hen essentieel is of van cruciaal belang is voor het functioneren van de maatschappij, terwijl er geen technisch en economisch haalbare alternatieven of vervangingsmiddelen beschikbaar zijn die met het oog op milieu en gezondheid aanvaardbaar zijn. Een dergelijke afwijking wordt aan lidstaten die daarom verzoeken, alleen toegestaan als de aanvragen gemotiveerd zijn, als voortzetting van het gebruik geen problemen voor de gezondheid van de mens en voor het milieu oplevert en als er, in voorkomend geval, wordt gewerkt aan de ontwikkeling van alternatieven. De lidstaten dienen de mogelijkheid te behouden een dergelijke afwijking aan te vragen, ook voor een werkzame stof waarvoor besloten is deze niet in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG op te nemen. Aangezien het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde beoordelingsprogramma op 14 mei 2010 afloopt, mogen dergelijke afwijkingen niet tot na deze datum worden verlengd. |
(10) |
Bepaalde stoffen of producten die gewoonlijk door mensen of dieren als voeding worden gebruikt, kunnen ook worden gebruikt om schadelijke organismen te lokken of te weren. Er is algemene overeenstemming over het feit dat de toelatings- en registratie-eisen van Richtlijn 98/8/EG voor deze stoffen niet gerechtvaardigd lijken en dat deze stoffen uitdrukkelijk van het toepassingsgebied van de richtlijn moeten worden uitgesloten. Omdat een herziening van Richtlijn 98/8/EG veel tijd in beslag zal nemen, wat nadelig zou kunnen zijn voor de levensvatbaarheid van deze producten op de markt, is het dienstig hun verwijdering van de markt uit te stellen tot 14 mei 2010. |
(11) |
Een lidstaat die heeft aangegeven belang te hebben bij het laten beoordelen van een bepaalde werkzame stof, mag niet als rapporterende lidstaat voor die stof worden aangewezen. |
(12) |
Om dubbel werk te voorkomen, en met name om het aantal proeven met gewervelde dieren te beperken, dienen de voorschriften voor het opstellen en indienen van de volledige dossiers zodanig te zijn dat zij degenen wier kennisgevingen zijn aanvaard, hierna de „deelnemers” te noemen, stimuleren gezamenlijk op te treden, met name door gezamenlijke dossiers in de dienen. Het moet mogelijk zijn dat de rapporterende lidstaat een verwijzing beschikbaar stelt naar proeven op gewervelde dieren die zijn uitgevoerd met betrekking tot een bestaande werkzame stof waarvan kennisgeving is gedaan, tenzij een dergelijke verwijzing krachtens artikel 19 van Richtlijn 98/8/EG vertrouwelijk is. Om ervaring op te doen met betrekking tot de gegrondheid van de eisen inzake gegevensverstrekking en ervoor te zorgen dat werkzame stoffen op kostendoelmatige wijze worden beoordeeld, moeten de deelnemers voorts worden gestimuleerd informatie te verstrekken over de kosten van de samenstelling van een dossier en de noodzaak proeven te doen op gewervelde dieren. |
(13) |
Ter voorkoming van vertraging dienen de deelnemers zo snel mogelijk besprekingen met de rapporterende lidstaten aan te knopen om alle onduidelijkheid met betrekking tot de vereiste gegevens weg te nemen. Andere aanvragers dan deelnemers, die overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 98/8/EG een combinatie van werkzame stof en productsoort welke in het kader van het beoordelingsprogramma wordt geëvalueerd, in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij die richtlijn willen laten opnemen, dienen niet eerder of later dan de deelnemers volledige dossiers voor de betrokken combinatie in te dienen, teneinde het vlotte verloop van het beoordelingsprogramma niet te verstoren. |
(14) |
De eisen ten aanzien van de inhoud en de presentatie van de dossiers alsook ten aanzien van het aantal in te dienen dossiers dienen te worden omschreven. |
(15) |
Er dient te worden voorzien in gevallen waarin een producent, een formuleerder of een combinatie daarvan zich bij een deelnemer voegt en waarin een deelnemer zich uit het beoordelingsprogramma terugtrekt. |
(16) |
Producenten, formuleerders of combinaties daarvan dienen in de gelegenheid te worden gesteld binnen bepaalde termijnen de taak van een deelnemer over te nemen voor een combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort waarvoor alle deelnemers zich hebben teruggetrokken of geen enkel dossier aan de eisen voldoet. De lidstaten dienen in bepaalde omstandigheden in de gelegenheid te worden gesteld binnen dezelfde termijnen aan te melden dat zij belang hebben bij de opneming in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG van een dergelijke combinatie en daarvoor als deelnemer zullen optreden. |
(17) |
Ter ontmoediging van misbruik van de mogelijkheid een werkzame stof op de markt te behouden terwijl deze in het kader van het beoordelingsprogramma wordt onderzocht, mag het voor een andere persoon of een lidstaat slechts eenmaal mogelijk zijn voor een bepaalde combinatie van werkzame stof en productsoort de taak van deelnemer over te nemen. Om dezelfde reden moet een persoon of lidstaat die de taak van deelnemer overneemt, binnen een bepaalde periode het bewijs leveren dat een begin is gemaakt met het werk aan een volledig dossier. |
(18) |
Er dienen termijnen te worden vastgesteld waarbinnen de rapporterende lidstaten de volledigheid van de dossiers moeten controleren. De rapporterende lidstaten dient de mogelijkheid te worden gegeven in uitzonderlijke omstandigheden een nieuwe termijn voor de indiening van onderdelen van een dossier vast te stellen, met name wanneer de deelnemer heeft aangetoond dat tijdige indiening daarvan onmogelijk was, of om onzekerheid ten aanzien van de vereiste gegevens weg te nemen die nog bestaat na eerdere besprekingen tussen de deelnemer en de rapporterende lidstaat. |
(19) |
Voor elke bestaande werkzame stof dient de rapporterende lidstaat het dossier te bestuderen en te evalueren en de resultaten bij de Commissie en de andere lidstaten in te dienen in de vorm van een verslag van de bevoegde instantie en een aanbeveling voor een ten aanzien van de betrokken werkzame stof te nemen besluit. Om de besluitvorming niet onnodig te vertragen, dient de rapporterende lidstaat zich daarbij tevens zorgvuldig te bezinnen op de noodzaak van bijkomende studies. Om dezelfde reden dienen rapporterende lidstaten alleen onder bepaalde voorwaarden verplicht te zijn rekening te houden met informatie die na de aanvaarding van het dossier is ingediend. |
(20) |
De verslagen van de bevoegde instantie dienen door de andere lidstaten te worden bestudeerd voordat de beoordelingsverslagen bij het Permanent Comité voor biociden worden ingediend. |
(21) |
Wanneer ondanks een aanbeveling voor opneming van een werkzame stof in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG bezwaren als bedoeld in artikel 10, lid 5, van die richtlijn blijven bestaan, dient de Commissie, onverminderd artikel 12 van die richtlijn, rekening te kunnen houden met de definitieve evaluatie van andere bestaande werkzame stoffen die voor hetzelfde doel worden gebruikt. Bepaald dient te worden dat de rapporterende lidstaten de verslagen van de bevoegde instanties waar nodig kunnen bijwerken. |
(22) |
Om de toegang tot informatie te verbeteren, dienen op basis van de door de bevoegde instanties van de lidstaten ingediende verslagen beoordelingsverslagen te worden opgesteld, waarvoor dezelfde regels inzake de toegang tot informatie dienen te gelden als voor de verslagen van de bevoegde instanties. De beoordelingsverslagen dienen te worden afgeleid van het oorspronkelijke verslag van de bevoegde instantie, zoals dat is gewijzigd in het licht van alle documenten, opmerkingen en informatie die tijdens het evaluatieproces in aanmerking zijn genomen. |
(23) |
Het moet mogelijk zijn de procedures waarin deze verordening voorziet, op te schorten in verband met de toepassing van andere communautaire besluiten, met name Richtlijn 76/769/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (4) en, na 1 juni 2009, de titels VIII en XVII van Verordening (EG) nr. 1907/2006. |
(24) |
Om te zorgen voor een zo doelmatig mogelijk verloop van het beoordelingsprogramma is een aantal combinaties van werkzame stof en productsoort aan andere rapporterende lidstaten toegewezen. Deze ontwikkelingen dienen in bijlage II bij deze verordening tot uitdrukking te komen. |
(25) |
Verordening (EG) nr. 2032/2003 is enkele malen gewijzigd (5), om rekening te houden met de toetreding van nieuwe lidstaten, wegens lessen die zijn getrokken uit de tenuitvoerlegging van het beoordelingsprogramma tot dusverre, en met name met het oog op de niet-opneming van een aantal werkzame stoffen in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB van Richtlijn 98/8/EG, hetzij omdat de vereiste informatie niet binnen de voorgeschreven tijd was ingediend, hetzij omdat niet aan de eisen van artikel 10 van de richtlijn was voldaan. Deze voortdurende bijwerking van Verordening (EG) nr. 2032/2003 in verband met de ontwikkeling van het beoordelingsprogramma is ondoelmatig en tijdrovend gebleken; bovendien zou dit kunnen leiden tot verwarring bij de belanghebbenden over de van toepassing zijnde regels en over de werkzame stoffen die op een bepaald moment werden onderzocht. Met het oog op de duidelijkheid verdient het de voorkeur Verordening (EG) nr. 2032/2003 in te trekken en te vervangen door een nieuw, vereenvoudigd besluit met de regels voor het beoordelingsprogramma, en dat de Commissie voor toekomstige beslissingen over de niet-opneming van werkzame stoffen afzonderlijke besluiten vaststelt. |
(26) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor biociden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Onderwerp
In deze verordening worden nadere bepalingen vastgesteld voor de uitvoering van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde werkprogramma voor het systematisch onderzoek van alle werkzame stoffen die op 14 mei 2000 al op de markt waren als werkzame stoffen van biociden, hierna „het beoordelingsprogramma” genoemd.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze verordening zijn de definities in artikel 2 van Richtlijn 98/8/EG en artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1896/2000 van toepassing.
Voorts wordt verstaan onder „deelnemer”: een producent, formuleerder of combinatie daarvan die een kennisgeving heeft ingediend die overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 door de Commissie is aanvaard of een lidstaat die overeenkomstig artikel 5, lid 3, van die verordening belang heeft aangemeld.
Artikel 3
Bestaande werkzame stoffen
1. De lijst van werkzame stoffen waarvan is vastgesteld dat zij vóór 14 mei 2000 als werkzame stoffen van biociden op de markt waren voor andere doelen dan die bedoeld in artikel 2, lid 2, onder c) en d), van Richtlijn 98/8/EG is opgenomen in bijlage I.
2. De volledige lijst van bestaande werkzame stoffen die in het kader van het beoordelingsprogramma moeten worden onderzocht, is opgenomen in bijlage II.
De lijst omvat de volgende werkzame stoffen:
a) |
bestaande werkzame stoffen waarvan kennisgeving is gedaan overeenkomstig artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 of artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1687/2002 (6) van de Commissie; |
b) |
bestaande werkzame stoffen waarvan geen kennisgeving is gedaan, maar waarvoor een lidstaat heeft aangemeld belang te hebben bij opname ervan in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG; |
c) |
bestaande werkzame stoffen waarvan geen kennisgeving is gedaan, maar waarvoor uiterlijk op 1 maart 2006 bij een van de lidstaten een dossier was ingediend, dat bleek te voldoen aan de eisen van bijlage III bij deze verordening en dat als volledig werd aanvaard. |
In de lijst wordt voor iedere erin opgenomen bestaande werkzame stof aangegeven voor welke productsoorten de stof in het kader van het beoordelingsprogramma zal worden onderzocht, alsmede welke lidstaat als rapporterende lidstaat voor de uitvoering van de evaluatie is aangewezen.
Artikel 4
Niet-opneming
1. Onverminderd de artikelen 5 en 6 van deze verordening en lid 2 van dit artikel worden biociden die werkzame stoffen bevatten die niet in bijlage II bij deze verordening of in bijlage I of bijlage IA bij Richtlijn 98/8/EG zijn opgenomen, niet meer op de markt gebracht.
De eerste alinea geldt ook voor een in bijlage II bij deze verordening opgenomen werkzame stof ten aanzien van productsoorten die niet in die bijlage zijn vermeld.
2. Biociden die in bijlage II bij deze verordening opgenomen werkzame stoffen bevatten, ten aanzien waarvan werd besloten deze werkzame stoffen voor bepaalde of alle productsoorten waarvoor kennisgeving was geschied, niet in bijlage I of bijlage IA bij Richtlijn 98/8/EG op te nemen, worden met ingang van 12 maanden na de bekendmaking van een dergelijke maatregel niet meer voor de betrokken productsoorten op de markt gebracht, tenzij in het desbetreffende besluit anderszins is bepaald.
3. Onverminderd artikel 12, lid 1, onder b), en artikel 15, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG wordt met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening een niet in bijlage I opgenomen werkzame stof geacht niet vóór 14 mei 2000 als biocide op de markt te zijn gebracht.
Artikel 5
Afwijking voor essentieel gebruik
1. De lidstaten kunnen bij de Commissie een afwijking van artikel 4, lid 1, aanvragen wanneer zij van mening zijn dat een werkzame stof vanwege de gezondheid, de veiligheid of de bescherming van het cultureel erfgoed voor hen essentieel is of van cruciaal belang is voor het functioneren van de maatschappij, terwijl er geen technisch en economisch haalbare alternatieven of vervangingsmiddelen beschikbaar zijn die met het oog op milieu en gezondheid aanvaardbaar zijn.
In aanvragen wordt een document opgenomen waarin de redenen en de motivering worden vermeld.
2. De in lid 1 bedoelde aanvragen worden door de Commissie aan de andere lidstaten toegezonden en langs elektronische weg publiek beschikbaar gesteld.
De lidstaten of een persoon kunnen gedurende een periode van 60 dagen na ontvangst van een aanvraag schriftelijk opmerkingen bij de Commissie indienen.
3. Rekening houdend met de ontvangen opmerkingen kan de Commissie een afwijking van artikel 4, lid 1, toestaan, en er toestemming voor verlenen dat de stof in de lidstaten die daarom verzoeken tot uiterlijk 14 mei 2010 op de markt wordt gebracht, mits de lidstaten:
a) |
ervoor zorgen dat voortzetting van het gebruik uitsluitend mogelijk is indien producten die de stof bevatten voor de beoogde essentiële toepassing worden goedgekeurd; |
b) |
tot de conclusie komen dat, rekening houdend met alle beschikbare informatie, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat voortzetting van het gebruik geen onaanvaardbare gevolgen heeft voor de gezondheid van mens of dier of voor het milieu; |
c) |
alle nodige maatregelen ter beperking van de risico’s verplicht stellen wanneer zij toestemming geven voor goedkeuring; |
d) |
ervoor zorgen dat dergelijke goedgekeurde biociden die na 1 september 2006 op de markt blijven, opnieuw worden geëtiketteerd teneinde te voldoen aan de voorwaarden voor het gebruik die door de lidstaten overeenkomstig dit lid worden vastgesteld, en |
e) |
ervoor zorgen dat, indien van toepassing, door de houders van de goedkeuringen of de betrokken lidstaten naar alternatieven voor dergelijke toepassingen wordt gezocht of een dossier wordt samengesteld dat uiterlijk op 14 mei 2008 volgens de in artikel 11 van Richtlijn 98/8/EG vastgestelde procedure wordt ingediend. |
4. De betrokken lidstaten verstrekken de Commissie jaarlijks informatie over de toepassing van lid 3 en met name over de maatregelen die krachtens punt e) worden genomen.
5. De lidstaten kunnen de goedkeuringen van biociden waarvoor de periode van op de markt brengen overeenkomstig lid 3 is verlengd, op elk moment opnieuw bezien. Wanneer er redenen zijn om aan te nemen dat niet langer wordt voldaan aan een van de in de punten a) tot en met e) van dat lid gestelde voorwaarden, nemen de betrokken lidstaten onmiddellijk maatregelen om de situatie te corrigeren of, als dat niet mogelijk is, de goedkeuringen van de betrokken biociden in te trekken.
Artikel 6
Levensmiddelen en diervoeders
In afwijking van artikel 4, lid 1, mogen de lidstaten tot uiterlijk 14 mei 2010 het op de markt brengen van werkzame stoffen toelaten die uitsluitend bestaan uit levensmiddelen of diervoeders die zijn bestemd voor gebruik als insectwerende of lokstoffen van productsoort 19.
In het kader van deze afwijking wordt onder „levensmiddelen of diervoeders” verstaan alle eetbare stoffen of producten van plantaardige of dierlijke oorsprong, ongeacht of deze verwerkt, gedeeltelijk verwerkt of niet verwerkt zijn, die bedoeld zijn of waarvan redelijkerwijs kan worden verwacht dat ze door mensen of dieren worden geconsumeerd; deze categorie omvat geen extracten of uit levensmiddelen of diervoeders geïsoleerde afzonderlijke stoffen.
Artikel 7
Onderzoek van bestaande werkzame stoffen in het kader van het beoordelingsprogramma
1. Een in bijlage II opgenomen werkzame stof wordt voor de aangegeven productsoorten door een daartoe aangewezen rapporterende lidstaat beoordeeld op grond van het volledige dossier voor die combinatie van werkzame stof en productsoort, mits:
a) |
het dossier aan de eisen in bijlage III bij deze verordening voldoet; |
b) |
het volledige dossier wordt ingediend binnen de in artikel 9 van deze verordening voor de betrokken productsoort vastgestelde termijn, samen met de in artikel 11, lid 1, onder b), van Richtlijn 98/8/EG bedoelde en in bijlage III bij deze verordening omschreven samenvatting van het dossier. |
Een in bijlage II bij deze verordening opgenomen werkzame stof wordt uitsluitend beoordeeld in relatie tot de daarin aangegeven productsoorten.
Voor de in artikel 3, lid 2, onder c), bedoelde combinaties van werkzame stof en productsoort, met uitzondering van de productsoorten 8 en 14, begint de evaluatie van de dossiers op hetzelfde tijdstip als de evaluatie van de dossiers voor werkzame stoffen die onder dezelfde productsoorten vallen.
2. Een lidstaat die heeft aangemeld belang te hebben bij de opneming van een werkzame stof in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij de richtlijn mag niet als rapporterende lidstaat voor die stof worden aangewezen.
3. Onverminderd de artikelen 10, 11 en 12 van deze verordening mogen andere personen dan deelnemers, overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 98/8/EG, de opneming van een in bijlage II bij deze verordening vermelde bestaande combinatie van werkzame stof en productsoort in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij die richtlijn aanvragen. Die personen dienen in dat geval binnen de in artikel 9 genoemde periode een volledig dossier voor die combinatie van werkzame stof en productsoort in.
Artikel 8
Voorbereiding van het volledige dossier
1. Bij de voorbereiding van het volledige dossier wordt alles in het werk gesteld wat redelijkerwijs mogelijk is om onder meer verdubbeling van proeven op gewervelde dieren te voorkomen en, waar passend, een gezamenlijk volledig dossier op te stellen.
2. Alvorens met de samenstelling van het volledige dossier te beginnen, moet een deelnemer:
a) |
de rapporterende lidstaat inlichten over eventueel reeds door hem uitgevoerde proeven op gewervelde dieren; |
b) |
de rapporterende lidstaat om advies vragen over de aanvaardbaarheid van argumenten om bepaalde studies achterwege te laten; |
c) |
de rapporterende lidstaat inlichten over elk voornemen om met het oog op het volledige dossier verdere proeven op gewervelde dieren uit te voeren; |
d) |
wanneer hij er door de rapporterende lidstaat van in kennis wordt gesteld dat een andere deelnemer plannen heeft aangemeld om dezelfde proeven uit te voeren, alles in het werk stellen wat redelijkerwijs mogelijk is om met die deelnemer samen te werken bij de uitvoering van gezamenlijke proeven. |
De overeenkomstig de eerste alinea, onder b), door de rapporterende lidstaten verstrekte adviezen lopen niet vooruit op het resultaat van de volledigheidscontrole op grond van artikel 13, lid 1.
3. Een rapporterende lidstaat kan een verwijzing beschikbaar stellen naar proeven op gewervelde dieren die zijn uitgevoerd met betrekking tot een in bijlage II bij deze verordening opgenomen werkzame stof, tenzij die verwijzing krachtens artikel 19 van Richtlijn 98/8/EG als vertrouwelijk moet worden behandeld. Een dergelijke verwijzing kan de naam van de betrokken stof, de eindpunten van de proeven en het contactadres van de eigenaar van de gegevens omvatten.
4. Wanneer het een rapporterende lidstaat bekend is dat meer dan een deelnemer een bepaalde werkzame stof wil laten beoordelen, stelt hij deze deelnemers daarvan in kennis.
5. Deelnemers die dezelfde werkzame stof voor dezelfde productsoorten willen laten beoordelen, stellen alles in het werk wat redelijkerwijs mogelijk is om gezamenlijk een volledig dossier in te dienen, met volledige inachtneming van de communautaire mededingingsregels.
Wanneer in deze omstandigheden niet een gezamenlijk dossier wordt ingediend, wordt in ieder afzonderlijk dossier gedetailleerd opgave gedaan van de pogingen die zijn gedaan om tot samenwerking te komen en van de redenen voor niet-deelneming.
6. In het volledige dossier en in de samenvatting van het dossier wordt gedetailleerd opgave gedaan van de pogingen die zijn gedaan om verdubbeling van proeven op gewervelde dieren te voorkomen.
7. Om informatie te verstrekken over de aan de beoordelingsaanvraag verbonden kosten en over de noodzaak van dierproeven voor de samenstelling van het volledige dossier kunnen de deelnemers samen met de volledige dossiers bij de rapporterende lidstaat een specificatie van de kosten van de verschillende uitgevoerde werkzaamheden en studies indienen.
De rapporterende lidstaat geeft deze informatie aan de Commissie door bij de indiening van het verslag van de bevoegde instantie overeenkomstig artikel 14, lid 4.
8. De informatie over de aan de samenstelling van het volledige dossier verbonden kosten en over de daartoe verrichte dierproeven wordt opgenomen in het in artikel 18, lid 5, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde verslag, eventueel vergezeld van passende aanbevelingen betreffende wijzigingen van de eisen inzake gegevensverstrekking die moeten zorgen voor het tot een minimum terugbrengen van dierproeven, voor kostendoelmatigheid en voor evenredigheid.
Artikel 9
Indiening van het volledige dossier
1. Tenzij de rapporterende lidstaat andersluidende aanwijzingen geeft, doet een deelnemer één exemplaar op papier en één exemplaar in elektronisch formaat van het volledige dossier aan de rapporterende lidstaat toekomen.
De deelnemer doet tevens, overeenkomstig artikel 13, lid 3, één exemplaar op papier en één exemplaar in elektronisch formaat van de samenvatting van het dossier aan de Commissie en aan elk van de andere lidstaten toekomen. Een lidstaat die uitsluitend exemplaren in elektronisch formaat of andere aantallen exemplaren wenst te ontvangen, deelt dit mee aan de Commissie, die deze informatie langs elektronische weg publiek beschikbaar stelt. Indien de lidstaat later zijn beslissing wijzigt, deelt hij dit onmiddellijk mee aan de Commissie, die de publiek beschikbaar gestelde informatie dienovereenkomstig actualiseert.
2. Voor de in bijlage II opgenomen bestaande werkzame stoffen moeten de volledige dossiers door de bevoegde instantie van de rapporterende lidstaat worden ontvangen binnen de volgende periodes:
a) |
voor de productsoorten 8 en 14, vóór 28 maart 2004; |
b) |
voor de productsoorten 16, 18, 19 en 21, tussen 1 november 2005 en 30 april 2006; |
c) |
voor de productsoorten 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 13, tussen 1 februari 2007 en 31 juli 2007; |
d) |
voor de productsoorten 7, 9, 10, 11, 12, 15, 17, 20, 22 en 23, tussen 1 mei 2008 en 31 oktober 2008. |
Artikel 10
Samenvoeging en vervanging van deelnemers
Wanneer een producent, formuleerder of een combinatie daarvan zich op grond van een wederzijdse overeenkomst met het oog op de indiening van het volledige dossier bij een deelnemer voegt of deze vervangt, stellen alle partijen bij die overeenkomst de Commissie en de rapporterende lidstaat daarvan in kennis en voegen zij in voorkomend geval ook de desbetreffende toegangscertificaten toe.
De Commissie licht op haar beurt elke eventuele andere deelnemer in, die dezelfde werkzame stof wil laten beoordelen voor dezelfde productsoorten.
Artikel 11
Terugtrekking van deelnemers
1. Wanneer een deelnemer voornemens is zijn deelname aan het beoordelingsprogramma te beëindigen, stelt hij de desbetreffende rapporterende lidstaat en de Commissie daarvan onverwijld schriftelijk in kennis met opgave van redenen.
De Commissie licht op haar beurt de andere lidstaten in, alsmede elke andere deelnemer die dezelfde werkzame stof wil laten beoordelen voor dezelfde productsoorten.
2. Wanneer voor een bepaalde combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort alle deelnemers zich hebben teruggetrokken, licht de Commissie de lidstaten daarover in en maakt zij deze informatie langs elektronische weg bekend.
Artikel 12
Overneming van de taak van deelnemer
1. Binnen drie maanden nadat de in artikel 11, lid 2, bedoelde mededeling langs elektronische weg is bekendgemaakt, kan een producent, een formuleerder, een combinatie daarvan of enige andere persoon de Commissie ervan in kennis stellen dat hij voornemens is de taak van deelnemer voor de betrokken combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort over te nemen.
Tevens kan binnen de in de eerste alinea genoemde termijn een lidstaat bij de Commissie aangeven dat hij met het oog op de opneming van de betrokken combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG er belang bij heeft de taak van deelnemer over te nemen, wanneer die lidstaat bepaalde toepassingen daarvan van essentieel belang acht voor met name de bescherming van de gezondheid van mens en dier of van het milieu.
2. De persoon of de lidstaat die de taak van de deelnemer die zich heeft teruggetrokken, wenst over te nemen, levert binnen drie maanden nadat hij de Commissie van zijn voornemen in kennis heeft gesteld, bewijs dat hij opdracht heeft gegeven tot samenstelling van een volledig dossier.
3. De Commissie besluit op basis van het in lid 2 bedoelde bewijs of zij de belanghebbende persoon of lidstaat toestaat de taak van deelnemer over te nemen.
Wanneer de Commissie de belanghebbende persoon of lidstaat toestaat de taak van deelnemer over te nemen, kan zij besluiten de in artikel 9 gespecificeerde periode voor de indiening van het volledige dossier zo nodig te verlengen.
4. Voor een bepaalde combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort kan de overneming van de taak van deelnemer slechts eenmaal worden toegestaan.
5. Wanneer de Commissie geen enkele aanmelding op grond van lid 1 ontvangt, besluit zij de bestaande werkzame stof in het kader van het beoordelingsprogramma voor de betrokken productsoorten niet in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG op te nemen.
Artikel 13
Volledigheidscontrole van dossiers
1. Binnen drie maanden na ontvangst van het dossier voor een combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort en uiterlijk drie maanden na het verstrijken van de in artikel 9, lid 2, van deze verordening vermelde termijn, controleert de rapporterende lidstaat volgens de procedure van artikel 11, lid 1, onder b), van Richtlijn 98/8/EG of het dossier volledig is en kan worden aanvaard.
Indien de rapporterende lidstaat andere lidstaten en de Commissie over de aanvaardbaarheid van een dossier heeft geraadpleegd, kan deze periode worden verlengd tot de raadpleging is beëindigd, doch tot maximaal zes maanden na ontvangst van het dossier.
2. Een rapporterende lidstaat kan als voorwaarde om een dossier als volledig te beschouwen, verlangen dat het dossier een betalingsbewijs bevat voor het gehele bedrag of een gedeelte van het bedrag van de krachtens artikel 25 van Richtlijn 98/8/EG verschuldigde heffingen.
3. Wanneer een dossier als volledig wordt beschouwd, geeft de rapporterende lidstaat de deelnemer bevestiging van de aanvaardbaarheid van het dossier, alsook toestemming om binnen een maand na ontvangst van de bevestiging de samenvatting van het dossier aan de Commissie en de andere lidstaten toe te zenden.
Wanneer een lidstaat die een samenvatting van een dossier ontvangt, gegronde redenen heeft aan te nemen dat het dossier onvolledig is, stelt hij de rapporterende lidstaat, de Commissie en de andere lidstaten onverwijld van zijn vermoeden in kennis.
De rapporterende lidstaat pleegt onmiddellijk overleg met de betrokken lidstaat en de Commissie om dit vermoeden te bespreken en het verschil van mening op te lossen.
4. In uitzonderlijke omstandigheden kan de rapporterende lidstaat een nieuwe termijn vaststellen voor de indiening van informatie die om aantoonbare redenen niet bijtijds door de deelnemer kon worden verstrekt.
Binnen drie maanden nadat hij van de nieuwe termijn in kennis is gesteld, verstrekt de deelnemer de rapporterende lidstaat gegevens waaruit blijkt dat opdracht is gegeven voor werkzaamheden die voor de ontbrekende informatie moeten zorgen.
Wanneer de rapporterende lidstaat deze gegevens toereikend acht, voert hij een evaluatie uit overeenkomstig artikel 14 alsof het om een volledig dossier gaat. Zo niet, dan wordt pas een begin met de evaluatie gemaakt wanneer de ontbrekende informatie is verstrekt.
5. Wanneer binnen de in artikel 9 vastgestelde termijn of binnen de krachtens lid 4 vastgestelde nieuwe termijn geen volledig dossier is ontvangen, stelt de rapporterende lidstaat de Commissie daarvan in kennis onder vermelding van de hiervoor door de deelnemer aangehaalde redenen.
De rapporterende lidstaat licht de Commissie ook in wanneer een deelnemer nalaat de krachtens lid 4, tweede alinea, vereiste gegevens te verstrekken.
In de in de eerste en de tweede alinea bedoelde gevallen worden, indien geen enkel ander dossier betrekking heeft op dezelfde combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort, alle deelnemers geacht zich te hebben teruggetrokken en zijn artikel 11, lid 2, en artikel 12, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 14
Evaluatie van dossiers door de rapporterende lidstaat
1. Wanneer de rapporterende lidstaat een dossier als volledig beschouwt, voert hij binnen twaalf maanden vanaf de aanvaarding van het dossier de evaluatie uit overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG en stelt hij een verslag over die evaluatie op, hierna „het verslag van de bevoegde instantie” genoemd.
Onverminderd artikel 12 van Richtlijn 98/8/EG kan de rapporterende lidstaat rekening houden met andere relevante technische of wetenschappelijke informatie met betrekking tot de eigenschappen van de werkzame stof, metabolieten of residuen.
2. Op verzoek van een deelnemer kan de rapporterende lidstaat rekening houden met bijkomende informatie betreffende een werkzame stof warvoor het dossier als volledig is aanvaard, maar alleen als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
a) |
de deelnemer heeft de rapporterende lidstaat er bij de indiening van het dossier van in kennis gesteld dat nog bijkomende informatie in voorbereiding was; |
b) |
de bijkomende informatie is uiterlijk negen maanden na aanvaarding van het dossier overeenkomstig artikel 13, lid 3, ingediend; |
c) |
de bijkomende informatie is in vergelijking met de oorspronkelijk ingediende gegevens even betrouwbaar of betrouwbaarder doordat dezelfde dan wel hogere kwaliteitsnormen zijn gehanteerd; |
d) |
de bijkomende informatie leidt in vergelijking met de oorspronkelijk ingediende gegevens, voor de betrokken werkzame stof tot een andere conclusie inzake de in lid 6 bedoelde aanbeveling. |
De rapporterende lidstaat houdt alleen rekening met door andere personen dan de deelnemer ingediende bijkomende informatie indien deze voldoet aan de in de eerste alinea, onder b), c) en d), vermelde voorwaarden.
3. Wanneer dit relevant is voor de toepassing van lid 1, met name wanneer om bijkomende informatie is verzocht binnen een door de rapporterende lidstaat vastgestelde termijn, kan de rapporterende lidstaat de deelnemer verzoeken bijgewerkte samenvattingen van de dossiers bij de Commissie en de andere lidstaten in te dienen wanneer de bijkomende informatie wordt ontvangen.
Alle deelnemers worden geacht zich te hebben teruggetrokken en artikel 11, lid 2, en artikel 12 zijn van overeenkomstige toepassing indien:
a) |
de bijkomende informatie niet binnen de termijn is ontvangen; |
b) |
de deelnemer geen gegronde redenen opgeeft voor verdere verlenging van de termijn; |
c) |
geen enkel ander dossier betrekking heeft op dezelfde combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort. |
4. De rapporterende lidstaat zendt zo spoedig mogelijk een exemplaar van het verslag van de bevoegde instantie aan de Commissie, de andere lidstaten en de deelnemer.
5. Een rapporterende lidstaat kan besluiten het verslag van de bevoegde instantie onder zich te houden indien de krachtens artikel 25 van Richtlijn 98/8/EG verschuldigde heffingen niet volledig zijn betaald en stelt de deelnemer en de Commissie daarvan in kennis.
Alle deelnemers worden geacht zich te hebben teruggetrokken en artikel 11, lid 2, en artikel 12 zijn van overeenkomstige toepassing indien:
a) |
volledige betaling niet binnen drie maanden na ontvangst van de desbetreffende informatie is ontvangen; |
b) |
geen enkel ander dossier betrekking heeft op dezelfde combinatie van bestaande werkzame stof en productsoort. |
6. Het verslag van de bevoegde instantie wordt ingediend in een door de Commissie aan te bevelen formaat en bevat een van de volgende elementen:
a) |
een aanbeveling om de bestaande werkzame stof in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG op te nemen, in voorkomend geval onder vermelding van de voorwaarden voor opneming; |
b) |
een aanbeveling, met opgave van redenen, om de bestaande werkzame stof niet in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG op te nemen. |
Artikel 15
Procedures bij de Commissie
1. Wanneer de Commissie overeenkomstig artikel 14, lid 4, van deze verordening, een verslag van de bevoegde instantie ontvangt, stelt zij onverwijld het in artikel 27 van Richtlijn 98/8/EG bedoelde ontwerpbesluit op.
2. Alvorens het in lid 1 bedoelde ontwerpbesluit op te stellen, pleegt de Commissie, wanneer dit gezien de reacties op het verslag van de bevoegde instantie noodzakelijk is, overleg met deskundigen uit de lidstaten om eventuele onopgeloste problemen aan te pakken. Indien nodig en wanneer de Commissie daarom verzoekt, stelt de rapporterende lidstaat een bijgewerkt verslag van de bevoegde instantie op.
3. Wanneer een bestaande werkzame stof, ondanks een aanbeveling tot opneming daarvan overeenkomstig artikel 14, lid 6, van deze verordening, nog steeds reden tot zorg geeft in de zin van artikel 10, lid 5, van Richtlijn 98/8/EG, kan de Commissie, onverminderd artikel 12 van die richtlijn, rekening houden met de afronding van de evaluatie van andere bestaande werkzame stoffen die voor hetzelfde doel worden gebruikt.
4. De rapporterende lidstaat stelt op basis van de in artikel 27, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde bescheiden en informatie een bijgewerkt verslag van de bevoegde instantie op, waarvan het eerste deel het beoordelingsverslag is. Het beoordelingsverslag wordt door het Permanent Comité voor biociden onderzocht. Wanneer voor dezelfde combinatie van werkzame stof en productsoort meer dan een dossier is ingediend, stelt de rapporterende lidstaat één beoordelingsverslag op, dat op de informatie in die dossiers is gebaseerd.
Artikel 16
Toegang tot informatie
Wanneer een rapporterende lidstaat het verslag van de bevoegde instantie heeft ingediend overeenkomstig artikel 14, lid 4, van deze verordening of wanneer een beoordelingsverslag door het Permanent Comité voor biociden is afgerond of aangepast, maakt de Commissie het verslag of de eventuele aanpassingen daarvan langs elektronische weg openbaar, behalve de daarin vervatte informatie die overeenkomstig artikel 19 van Richtlijn 98/8/EG als vertrouwelijk moet worden behandeld.
Artikel 17
Opschorting van procedures
Wanneer de Commissie met betrekking tot een in bijlage II bij deze verordening vermelde werkzame stof een voorstel tot wijziging van Richtlijn 76/769/EEG of, met ingang van 1 juni 2009, van bijlage XVII van Verordening (EG) nr. 1907/2006 indient met het oog op een verbod op het op de markt brengen of het gebruik van die stof, waaronder het gebruik voor biociden in sommige of alle productsoorten, kunnen de in deze verordening vastgelegde procedures inzake deze stof wat het gebruik daarvan in de betrokken productsoorten betreft, worden opgeschort in afwachting van een besluit over dat voorstel.
Artikel 18
Intrekking
Verordening (EG) nr. 2032/2003 wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar deze verordening.
Artikel 19
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 december 2007.
Voor de Commissie
Stavros DIMAS
Lid van de Commissie
(1) PB L 123 van 24.4.1998, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/47/EG (PB L 247 van 21.9.2007, blz. 21).
(2) PB L 228 van 8.9.2000, blz. 6. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2032/2003 (PB L 307 van 24.11.2003, blz. 1).
(3) PB L 307 van 24.11.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1849/2006 (PB L 355 van 15.12.2006, blz. 63).
(4) PB L 262 van 27.9.1976, blz. 201. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/51/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 257 van 3.10.2007, blz. 13).
(5) Bij Verordening (EG) nr. 1048/2005 (PB L 178 van 9.7.2005, blz. 1) en Verordening (EG) nr. 1849/2006 (PB L 355 van 15.12.2006, blz. 63).
(6) PB L 258 van 26.9.2002, blz. 15.
BIJLAGE I
WERKZAME STOFFEN DIE ALS BESTAAND ZIJN GEÏDENTIFICEERD
Naam (Einecs en/of andere) |
EC-nummer |
CAS-nummer |
Formaldehyde |
200-001-8 |
50-00-0 |
Ergocalciferol/vitamine D2 |
200-014-9 |
50-14-6 |
Melkzuur |
200-018-0 |
50-21-5 |
Clofenotaan/DDT |
200-024-3 |
50-29-3 |
Ascorbinezuur |
200-066-2 |
50-81-7 |
2-(2-Butoxyethoxy)ethyl-6-propylpiperonylether/piperonylbutoxide |
200-076-7 |
51-03-6 |
2,4-Dinitrofenol |
200-087-7 |
51-28-5 |
2-Imidazool-4-ylethylamine |
200-100-6 |
51-45-6 |
Bronopol |
200-143-0 |
52-51-7 |
Trichloorfon |
200-149-3 |
52-68-6 |
Natriumsalicylaat |
200-198-0 |
54-21-7 |
Fenthion |
200-231-9 |
55-38-9 |
Glyceroltrinitraat |
200-240-8 |
55-63-0 |
Bis(tributyltin)oxide |
200-268-0 |
56-35-9 |
Tributyltinacetaat |
200-269-6 |
56-36-0 |
Cumafos |
200-285-3 |
56-72-4 |
Glycerol |
200-289-5 |
56-81-5 |
Chloorhexidinediacetaat |
200-302-4 |
56-95-1 |
Allylisothiocyanaat |
200-309-2 |
57-06-7 |
Cetrimoniumbromide/hexadecyltrimethylammoniumbromide |
200-311-3 |
57-09-0 |
Ureum |
200-315-5 |
57-13-6 |
Strychnine |
200-319-7 |
57-24-9 |
Propaan-1,2-diol |
200-338-0 |
57-55-6 |
Ethinyloestradiol |
200-342-2 |
57-63-6 |
Cafeïne |
200-362-1 |
58-08-2 |
Difeenoxarsine-10-yloxide |
200-377-3 |
58-36-6 |
gamma-HCH of gamma-BHC/lindaan/1,2,3,4,5,6-hexachloorcyclohexaan |
200-401-2 |
58-89-9 |
Sulfachinoxaline |
200-423-2 |
59-40-5 |
Chloorkresol |
200-431-6 |
59-50-7 |
2-Fenylethanol |
200-456-2 |
60-12-8 |
Dimethoaat |
200-480-3 |
60-51-5 |
Methylthioniniumchloride |
200-515-2 |
61-73-4 |
Thioureum |
200-543-5 |
62-56-6 |
Dichloorvos |
200-547-7 |
62-73-7 |
Carbaryl |
200-555-0 |
63-25-2 |
Ethanol |
200-578-6 |
64-17-5 |
Mierenzuur |
200-579-1 |
64-18-6 |
Azijnzuur |
200-580-7 |
64-19-7 |
Benzoëzuur |
200-618-2 |
65-85-0 |
Propaan-2-ol |
200-661-7 |
67-63-0 |
Chloroform/trichloormethaan |
200-663-8 |
67-66-3 |
Cholecalciferol |
200-673-2 |
67-97-0 |
Salicylzuur |
200-712-3 |
69-72-7 |
Hexachlorofeen |
200-733-8 |
70-30-4 |
Propaan-1-ol |
200-746-9 |
71-23-8 |
Butaan-1-ol |
200-751-6 |
71-36-3 |
Methoxychloor |
200-779-9 |
72-43-5 |
Broommethaan/methylbromide |
200-813-2 |
74-83-9 |
Waterstofcyanide |
200-821-6 |
74-90-8 |
Metaldehyde |
200-836-8 |
9002-91-9 |
Koolstofdisulfide |
200-843-6 |
75-15-0 |
Ethyleenoxide |
200-849-9 |
75-21-8 |
Jodoform/tri-joodmethaan |
200-874-5 |
75-47-8 |
tert-Butylhydroperoxide |
200-915-7 |
75-91-2 |
Trichloornitromethaan |
200-930-9 |
76-06-2 |
Bornaan-2-on/kamfer |
200-945-0 |
76-22-2 |
(3aS,6aR,7aS,8S,11aS,11bS,11cS)-1,3a,4,5,6a,7,7a,8,11,11a,11b,11c-dodecahydro-2,10-dimethoxy-3,8,11a,11c-tetramethyldibenzo[de,g]chromeen-1,5,11-trion/quassine |
200-985-9 |
76-78-8 |
1,3-Dibroom-5,5-dimethylhydantoïne |
201-030-9 |
77-48-5 |
3-beta-Hydroxyurs-12-een-28-zuur/ursolzuur |
201-034-0 |
77-52-1 |
Citroenzuur |
201-069-1 |
77-92-9 |
Citroenzuur, monohydraat |
201-069-1 |
5949-29-1 |
1,3,4,5-Tetrahydroxycyclohexaancarbonzuur |
201-072-8 |
77-95-2 |
Linalool |
201-134-4 |
78-70-6 |
2-Methylpropaan-1-ol |
201-148-0 |
78-83-1 |
2-Chlooraceetamide |
201-174-2 |
79-07-2 |
Broomazijnzuur |
201-175-8 |
79-08-3 |
Propionzuur |
201-176-3 |
79-09-4 |
Chloorazijnzuur |
201-178-4 |
79-11-8 |
Glycolzuur |
201-180-5 |
79-14-1 |
Perazijnzuur |
201-186-8 |
79-21-0 |
L-(+)-Melkzuur |
201-196-2 |
79-33-4 |
p-(1,1-Dimethylpropyl)fenol |
201-280-9 |
80-46-6 |
Pin-2(3)-een |
201-291-9 |
80-56-8 |
Sennoside A |
201-339-9 |
81-27-6 |
Warfarine |
201-377-6 |
81-81-2 |
Cumachloor |
201-378-1 |
81-82-3 |
Difacinon |
201-434-5 |
82-66-6 |
Ethylkininecarbonaat |
201-500-3 |
83-75-0 |
(2R,6aS,12aS)-1,2,6,6a,12,12a-hexahydro-2-isopropenyl-8,9-dimethoxychromeno[3,4-b]furo[2,3-h]chromeen-6-on/rotenon |
201-501-9 |
83-79-4 |
Antrachinon |
201-549-0 |
84-65-1 |
Dibutylftalaat |
201-557-4 |
84-74-2 |
Salicylanilide |
201-727-8 |
87-17-2 |
(+)-Wijnsteenzuur |
201-766-0 |
87-69-4 |
Pentachloorfenol |
201-778-6 |
87-86-5 |
Symcloseen |
201-782-8 |
87-90-1 |
Chloorxylenol |
201-793-8 |
88-04-0 |
2,4,6-Trichloorfenol |
201-795-9 |
88-06-2 |
Menthol |
201-939-0 |
89-78-1 |
Isopulegol |
201-940-6 |
89-79-2 |
Thymol |
201-944-8 |
89-83-8 |
Guajacol/2-methoxyfenol |
201-964-7 |
90-05-1 |
Bifenyl-2-ol |
201-993-5 |
90-43-7 |
Naftaleen |
202-049-5 |
91-20-3 |
Propyl-4-hydroxybenzoaat |
202-307-7 |
94-13-3 |
Butyl-4-hydroxybenzoaat |
202-318-7 |
94-26-8 |
Dibenzoylperoxide |
202-327-6 |
94-36-0 |
2-Ethylhexaan-1,3-diol |
202-377-9 |
94-96-2 |
Benzotriazool |
202-394-1 |
95-14-7 |
3-Chloorpropaan-1,2-diol |
202-492-4 |
96-24-2 |
Dichlorofeen |
202-567-1 |
97-23-4 |
Eugenol |
202-589-1 |
97-53-0 |
Allantoïne |
202-592-8 |
97-59-6 |
Methyl-4-hydroxybenzoaat |
202-785-7 |
99-76-3 |
Benzylalcohol |
202-859-9 |
100-51-6 |
2,2′-[(1,1,3-Trimethylpropaan-1,3-diyl)bis(oxy)]bis[4,4,6-trimethyl-1,3,2-dioxaborinaan] |
202-899-7 |
100-89-0 |
Methenamine/hexamethyleentetramine |
202-905-8 |
100-97-0 |
Triclocarban |
202-924-1 |
101-20-2 |
Chloorprofam |
202-925-7 |
101-21-3 |
1,1′,1″,1′″-Ethyleendinitrilotetrapropaan-2-ol |
203-041-4 |
102-60-3 |
2,2′,2″-Nitrilotriethanol |
203-049-8 |
102-71-6 |
Chloorfenesine |
203-192-6 |
104-29-0 |
Anethool |
203-205-5 |
104-46-1 |
Kaneelaldehyde/3-fenylpropeen-2-al |
203-213-9 |
104-55-2 |
2-Ethylhexaan-1-ol/isooctanol |
203-234-3 |
104-76-7 |
Citronellol |
203-375-0 |
106-22-9 |
Citronellal |
203-376-6 |
106-23-0 |
Geraniol |
203-377-1 |
106-24-1 |
1,4-Dichloorbenzeen |
203-400-5 |
106-46-7 |
Ethyleendiamine |
203-468-6 |
107-15-3 |
Chlooraceetaldehyde |
203-472-8 |
107-20-0 |
Ethaan-1,2-diol |
203-473-3 |
107-21-1 |
Glyoxal |
203-474-9 |
107-22-2 |
Methylformiaat |
203-481-7 |
107-31-3 |
Butaan-1,3-diol |
203-529-7 |
107-88-0 |
Vinylacetaat |
203-545-4 |
108-05-4 |
Azijnzuuranhydride |
203-564-8 |
10824-7 |
m-Kresol |
203-577-9 |
108-39-4 |
Resorcinol |
203-585-2 |
108-46-3 |
Cyanuurzuur |
203-618-0 |
108-80-5 |
Fenol |
203-632-7 |
108-95-2 |
Ethylformiaat |
203-721-0 |
109-94-4 |
Barnsteenzuur |
203-740-4 |
110-15-6 |
Hexa-2,4-dieenzuur/sorbinezuur |
203-768-7 |
110-44-1 |
Pyridine |
203-809-9 |
110-86-1 |
Morfoline |
203-815-1 |
110-91-8 |
Glutaral |
203-856-5 |
111-30-8 |
2-Butoxyethanol |
203-905-0 |
111-76-2 |
Cetrimoniumchloride/hexadecyltrimethylammoniumchloride |
203-928-6 |
112-02-7 |
Nonaanzuur |
203-931-2 |
112-05-0 |
Undecaan-2-on/methylnonylketon |
203-937-5 |
112-12-9 |
2,2′-(Ethyleendioxy)diethanol/triethyleenglycol |
203-953-2 |
112-27-6 |
Undec-10-eenzuur |
203-965-8 |
112-38-9 |
Oliezuur |
204-007-1 |
112-80-1 |
(Z)-Docos-13-eenzuur |
204-011-3 |
112-86-7 |
N-(2-Ethylhexyl)-8,9,10-trinorborn-5-een-2,3-dicarboximide |
204-029-1 |
113-48-4 |
Propoxur |
204-043-8 |
114-26-1 |
Endosulfan |
204-079-4 |
115-29-7 |
1,7,7-Trimethylbicyclo[2.2.1]hept-2-ylthiocyanatoacetaat |
204-081-5 |
115-31-1 |
Dicofol |
204-082-0 |
115-32-2 |
Linalylacetaat |
204-116-4 |
115-95-7 |
3,3′,4′,5,7-Pentahydroxyflavon |
204-187-1 |
117-39-5 |
1,3-Dichloor-5,5-dimethylhydantoïne |
204-258-7 |
118-52-5 |
Methylsalicylaat |
204-317-7 |
119-36-8 |
Chlorofeen |
204-385-8 |
120-32-1 |
Ethyl-4-hydroxybenzoaat |
204-399-4 |
120-47-8 |
Benzylbenzoaat |
204-402-9 |
120-51-4 |
Piperonal |
204-409-7 |
120-57-0 |
Indool |
204-420-7 |
120-72-9 |
3-(But-2-enyl)-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-2,2-dimethyl-3-(3-methoxy-2-methyl-3-oxoprop-1-enyl)-cyclopropaancarboxylaat/cinerine II |
204-454-2 |
121-20-0 |
2-Methyl-4-oxo-3-(penta-2,4-dienyl)cyclopent-2-enyl-[1R-[1.alfa.[S*(Z)],3.beta.]]-chrysanthemaat/pyrethrine I |
204-455-8 |
121-21-1 |
2-Methyl-4-oxo-3-(penta-2,4-dienyl)cyclopent-2-enyl-[1R-[1.alfa.[S*(Z)](3.beta.)-3-(3-methoxy-2-methyl-3-oxoprop-1-enyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/pyrethrine II |
204-462-6 |
121-29-9 |
Benzethoniumchloride |
204-479-9 |
121-54-0 |
5-Nitrothiazool-2-ylamine |
204-490-9 |
121-66-4 |
Malathion |
204-497-7 |
121-75-5 |
Fenitrothion |
204-524-2 |
122-14-5 |
Cetalkoniumchloride |
204-526-3 |
122-18-9 |
Benzyldimethyl(octadecyl)ammoniumchloride |
204-527-9 |
122-19-0 |
Simazine |
204-535-2 |
122-34-9 |
Profam |
204-542-0 |
122-42-9 |
4-Fenylbutanon |
204-555-1 |
122-57-6 |
2-Fenoxyethanol |
204-589-7 |
122-99-6 |
Cetylpyridiniumchloride |
204-593-9 |
123-03-5 |
Cetylpyridiniumchloride, monohydraat |
204-593-9 |
6004-24-6 |
2-Ethylhexanal |
204-596-5 |
123-05-7 |
Pyridazine-3,6-diol/maleïnezuurhydrazide |
204-619-9 |
123-33-1 |
Adipinezuur |
204-673-3 |
124-04-9 |
Octaanzuur |
204-677-5 |
124-07-2 |
Dodecylamine/laurylamine |
204-690-6 |
124-22-1 |
Koolstofdioxide |
204-696-9 |
124-38-9 |
Natriumdimethylarsinaat |
204-708-2 |
124-65-2 |
exo-1,7,7-Trimethylbicyclo[2.2.1]heptaan-2-ol |
204-712-4 |
124-76-5 |
Nitromethylidynetrimethanol |
204-769-5 |
126-11-4 |
Natriumacetaat |
204-823-8 |
127-09-3 |
Natrium-N-chloorbenzeensulfonamide |
204-847-9 |
127-52-6 |
Tosylchlooramide-natrium |
204-854-7 |
127-65-1 |
Bis(2,3,3,3-tetrachloorpropyl)ether |
204-870-4 |
127-90-2 |
Kaliumdimethyldithiocarbamaat |
204-875-1 |
128-03-0 |
Natriumdimethyldithiocarbamaat |
204-876-7 |
128-04-1 |
N-broomsuccinimide |
204-877-2 |
128-08-5 |
N-chloorsuccinimide |
204-878-8 |
128-09-6 |
2,6-Di-tert-butyl-p-kresol |
204-881-4 |
128-37-0 |
Warfarine-natrium |
204-929-4 |
129-06-6 |
Dimethylftalaat |
205-011-6 |
131-11-3 |
Natriumpentachloorfenolaat |
205-025-2 |
131-52-2 |
Natrium-2-bifenylaat |
205-055-6 |
132-27-4 |
Natrium-2-bifenylaat, tetrahydraat |
205-055-6 |
6152-33-6 |
Captan |
205-087-0 |
133-06-2 |
N-(Trichloormethylthio)ftalimide/folpet |
205-088-6 |
133-07-3 |
2,4-Dichloor-3,5-xylenol |
205-109-9 |
133-53-9 |
Methylantranilaat |
205-132-4 |
134-20-3 |
Bis(8-hydroxychinolinium)sulfaat |
205-137-1 |
134-31-6 |
N,N-Diethyl-m-toluamide |
205-149-7 |
134-62-3 |
Dipropylpyridine-2,5-dicarboxylaat |
205-245-9 |
136-45-8 |
Zinkbis(2-ethylhexanoaat) |
205-251-1 |
136-53-8 |
6-Methylbenzotriazool |
205-265-8 |
136-85-6 |
Thiram |
205-286-2 |
137-26-8 |
Ziram |
205-288-3 |
137-30-4 |
Natriumpropionaat |
205-290-4 |
137-40-6 |
Kaliummethyldithiocarbamaat |
205-292-5 |
137-41-7 |
Metam-natrium |
205-293-0 |
137-42-8 |
Dipenteen |
205-341-0 |
138-86-3 |
Dinatriumcyaandithiocarbamaat |
205-346-8 |
138-93-2 |
Benzododeciniumchloride |
205-351-5 |
139-07-1 |
Miristalkoniumchloride |
205-352-0 |
139-08-2 |
Nitrilotriazijnzuur |
205-355-7 |
139-13-9 |
p-Tolylacetaat |
205-413-1 |
140-39-6 |
1,3-Bis(hydroxymethyl)ureum |
205-444-0 |
140-95-4 |
Natriumformiaat |
205-488-0 |
141-53-7 |
2,3-Dihydroxypropyllauraat |
205-526-6 |
142-18-7 |
Nabam |
205-547-0 |
142-59-6 |
Hexaanzuur |
205-550-7 |
142-62-1 |
Laurinezuur |
205-582-1 |
143-07-7 |
Kaliumoleaat |
205-590-5 |
143-18-0 |
Natriumwaterstofcarbonaat |
205-633-8 |
144-55-8 |
Oxaalzuur |
205-634-3 |
144-62-7 |
Chinoline-8-ol |
205-711-1 |
148-24-3 |
Thiabendazool |
205-725-8 |
148-79-8 |
Benzothiazool-2-thiol |
205-736-8 |
149-30-4 |
Monuron |
205-766-1 |
150-68-5 |
Rutoside |
205-814-1 |
153-18-4 |
Glyoxylzuur |
206-058-5 |
298-12-4 |
Fenchloorfos |
206-082-6 |
299-84-3 |
Naled |
206-098-3 |
300-76-5 |
5-Chloorsalicylzuur |
206-283-9 |
321-14-2 |
Diuron |
206-354-4 |
330-54-1 |
Kaliumthiocyanaat |
206-370-1 |
333-20-0 |
Diazinon |
206-373-8 |
333-41-5 |
Decaanzuur |
206-376-4 |
334-48-5 |
Cyaanamide |
206-992-3 |
420-04-2 |
Metronidazool |
207-136-1 |
443-48-1 |
Cineol |
207-431-5 |
470-82-6 |
7,8-Dihydroxycumarine |
207-632-8 |
486-35-1 |
Natriumcarbonaat |
207-838-8 |
497-19-8 |
2-Hydroxy-4-isopropyl-2,4,6-cycloheptatrieen-1-on |
207-880-7 |
499-44-5 |
Carvacrol |
207-889-6 |
499-75-2 |
6.beta.-Acetoxy-3beta-(beta.-D-glucopyranosyloxy)-8,14-dihydroxybufa-4,20,22-trienolide/scilliroside |
208-077-4 |
507-60-8 |
Bariumcarbonaat |
208-167-3 |
513-77-9 |
3-Acetyl-6-methyl-2H-pyraan-2,4(3H)-dion |
208-293-9 |
520-45-6 |
Osalmid |
208-385-9 |
526-18-1 |
2,6-Dimethoxy-p-benzochinon |
208-484-7 |
530-55-2 |
Acridine-3,6-diamine-dihydrochloride |
208-515-4 |
531-73-7 |
Natriumbenzoaat |
208-534-8 |
532-32-1 |
Dazomet |
208-576-7 |
533-74-4 |
Trinatriumwaterstofdicarbonaat/natriumsesquicarbonaat |
208-580-9 |
533-96-0 |
Zilvercarbonaat |
208-590-3 |
534-16-7 |
Crimidine |
208-622-6 |
535-89-7 |
Calciumdiformiaat |
208-863-7 |
544-17-2 |
Myristinezuur |
208-875-2 |
544-63-8 |
1-Isopropyl-4-methylbicyclo[3.1.0]hexaan-3-on |
208-912-2 |
546-80-5 |
1,3,4,6,8,13-Hexahydroxy-10,11-dimethylfenantro[1,10,9,8-opqra]peryleen-7,14-dion/Hypericum perforatum |
208-941-0 |
548-04-9 |
[4-[4,4′-Bis(dimethylamino)benzhydrylideen]cyclohexa-2,5-dieen-1-ylideen]dimethylammoniumchloride |
208-953-6 |
548-62-9 |
Zinkdibenzoaat |
209-047-3 |
553-72-0 |
Methylisothiocyanaat |
209-132-5 |
556-61-6 |
4,4′-(4-Iminocyclohexa-2,5-dienylideenmethyleen)dianiline-hydrochloride |
209-321-2 |
569-61-9 |
[4-[alfa-[4-(Dimethylamino)fenyl]benzylideen]cyclohexa-2,5-dieen-1-ylideen]dimethylammoniumchloride/malachietgroenchloride |
209-322-8 |
569-64-2 |
Kaliumbenzoaat |
209-481-3 |
582-25-2 |
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1RS,3RS;1RS,3SR)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (alle isomeren; verhouding: 1:1:1:1:1:1:1:1)/allethrin |
209-542-4 |
584-79-2 |
Natrium-3-(p-anilinofenylazo)benzeensulfonaat/metanil geel |
209-608-2 |
587-98-4 |
DL-Melkzuur |
209-954-4 |
598-82-3 |
BHC of HCH/hexachloorcyclohexaan |
210-168-9 |
608-73-1 |
DL-Appelzuur |
210-514-9 |
617-48-1 |
N-(Hydroxymethyl)aceetamide |
210-897-2 |
625-51-4 |
Succinaldehyde |
211-333-8 |
638-37-9 |
2-Fluoraceetamide |
211-363-1 |
640-19-7 |
Ftaalaldehyde |
211-402-2 |
643-79-8 |
2-Hydroxyethaansulfonzuur, verbinding met 4,4′-[hexaan-1,6-diylbis(oxy)]bis[benzeencarboxamidine] (2:1) |
211-533-5 |
659-40-5 |
Tetrahydro-2,5-dimethoxyfuraan |
211-797-1 |
696-59-3 |
N-[(Dichloorfluormethyl)thio]ftalimide |
211-952-3 |
719-96-0 |
Dichloor-N-[(dimethylamino)sulfonyl]fluor-N-(p-tolyl)methaansulfenamide/tolylfluanide |
211-986-9 |
731-27-1 |
Levonorgestrel |
212-349-8 |
797-63-7 |
Hydroxyl-2-pyridon |
212-506-0 |
822-89-9 |
2,6-Dimethyl-1,3-dioxaan-4-ylacetaat |
212-579-9 |
828-00-2 |
Terbutryn |
212-950-5 |
886-50-0 |
Proflavine-hydrochloride |
213-459-9 |
952-23-8 |
N′1-Chinoxaline-2-ylsulfanilamide, natriumzout |
213-526-2 |
967-80-6 |
Norbormide |
213-589-6 |
991-42-4 |
(Hydroxymethyl)ureum |
213-674-8 |
1000-82-4 |
Dichlofluanide |
214-118-7 |
1085-98-9 |
Koperthiocyanaat |
214-183-1 |
1111-67-7 |
Dodecyltrimethylammoniumbromide |
214-290-3 |
1119-94-4 |
Tetradoniumbromide |
214-291-9 |
1119-97-7 |
(1,3,4,5,6,7-Hexahydro-1,3-dioxo-2H-isoindool-2-yl)methyl-(1R-trans)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/d-trans-tetramethrin |
214-619-0 |
1166-46-7 |
4,5-Dichloor-3H-1,2-dithiool-3-on |
214-754-5 |
1192-52-5 |
Xylenol |
215-089-3 |
1300-71-6 |
Bentoniet |
215-108-5 |
1302-78-9 |
Diarseenpentaoxide |
215-116-9 |
1303-28-2 |
Diboortrioxide |
215-125-8 |
1303-86-2 |
Calciumdihydroxide/calciumhydroxide/kalkhydraat/gebluste kalk |
215-137-3 |
1305-62-0 |
Calciumoxide/ongebluste kalk/bijtende kalk |
215-138-9 |
1305-78-8 |
Kaliumhydroxide |
215-181-3 |
1310-58-3 |
Natriumhydroxide |
215-185-5 |
1310-73-2 |
Kiezelzuur, kaliumzout/kaliumsilicaat |
215-199-1 |
1312-76-1 |
Zinkoxide |
215-222-5 |
1314-13-2 |
Trizinkdifosfide |
215-244-5 |
1314-84-7 |
Zinksulfide |
215-251-3 |
1314-98-3 |
Trimangaantetraoxide |
215-266-5 |
1317-35-7 |
Koperoxide |
215-269-1 |
1317-38-0 |
Dikoperoxide |
215-270-7 |
1317-39-1 |
Kresol |
215-293-2 |
1319-77-3 |
Aluminumchloride, basisch |
215-477-2 |
1327-41-9 |
Dinatriumtetraboraat, watervrij |
215-540-4 |
1330-43-4 |
Dinatriumtetraboraat, decahydraat |
215-540-4 |
1303-96-4 |
Dikoperchloridetrihydroxide |
215-572-9 |
1332-65-6 |
Chroomtrioxide |
215-607-8 |
1333-82-0 |
Natriumwaterstofdifluoride |
215-608-3 |
1333-83-1 |
Nafteenzuren, koperzouten |
215-657-0 |
1338-02-9 |
2-Butanon, peroxide |
215-661-2 |
1338-23-4 |
Nafteenzuren |
215-662-8 |
1338-24-5 |
Ammoniumwaterstofdifluoride |
215-676-4 |
1341-49-7 |
Kiezelzuur, natriumzout |
215-687-4 |
1344-09-8 |
Koper(II)chloride |
215-704-5 |
1344-67-8 |
N,N″-Bis(2-ethylhexyl)-3,12-diimino-2,4,11,13-tetraazatetradecaandiamidine-dihydrochloride |
216-994-6 |
1715-30-6 |
Monolinuron |
217-129-5 |
1746-81-2 |
2,4-Dichloorbenzylalcohol |
217-210-5 |
1777-82-8 |
Ethacridinelactaat |
217-408-1 |
1837-57-6 |
4,4′-(2-Ethyl-2-nitropropaan-1,3-diyl)bismorfoline |
217-450-0 |
1854-23-5 |
Chloorthalonil |
217-588-1 |
1897-45-6 |
Dodecylammoniumacetaat |
217-956-1 |
2016-56-0 |
Fluometuron |
218-500-4 |
2164-17-2 |
Allylpropyldisulfide |
218-550-7 |
2179-59-1 |
4-(2-Nitrobutyl)morfoline |
218-748-3 |
2224-44-4 |
N-(3-Aminopropyl)-N-dodecylpropaan-1,3-diamine |
219-145-8 |
2372-82-9 |
Didecyldimethylammoniumbromide |
219-234-1 |
2390-68-3 |
Tolnaftaat |
219-266-6 |
2398-96-1 |
Bis[[4-[4-(dimethylamino)benzhydrylideen]cyclohexa-2,5-dieen-1-ylideen]dimethylammonium]oxalaat, dioxalaat |
219-441-7 |
2437-29-8 |
Dodine |
219-459-5 |
2439-10-3 |
2-Broom-1-(4-hydroxyfenyl)ethaan-1-on |
219-655-0 |
2491-38-5 |
2,2′-Dithiobis[N-methylbenzamide] |
219-768-5 |
2527-58-4 |
2,2′-[Methyleenbis(oxy)]bisethanol |
219-891-4 |
2565-36-8 |
Fenthoaat |
219-997-0 |
2597-03-7 |
1,2-Benzisothiazool-3(2H)-on |
220-120-9 |
2634-33-5 |
2,2′-[(1-Methylpropaan-1,3-diyl)bis(oxy)]bis[4-methyl-1,3,2-dioxaborinaan] |
220-198-4 |
2665-13-6 |
2-Methyl-2H-isothiazool-3-on |
220-239-6 |
2682-20-4 |
Sulfuryldifluoride |
220-281-5 |
2699-79-8 |
2-Amino-3-chloor-1,4-naftochinon |
220-529-2 |
2797-51-5 |
2-Chloor-N-(hydroxymethyl)aceetamide |
220-598-9 |
2832-19-1 |
Trocloseen-natrium |
220-767-7 |
2893-78-9 |
Natriumdichloorisocyanuraat, dihydraat |
220-767-7 |
51580-86-0 |
Chloorpyrifos |
220-864-4 |
2921-88-2 |
Mecetroniumethylsulfaat |
221-106-5 |
3006-10-8 |
Dodecylethyldimethylammoniumethylsulfaat |
221-108-6 |
3006-13-1 |
Bis(trichloormethyl)sulfon |
221-310-4 |
3064-70-8 |
Natrium-2-(2-dodecyloxyethoxy)ethylsulfaat |
221-416-0 |
3088-31-1 |
4-Isopropyl-m-kresol |
221-761-7 |
3228-02-2 |
Koperdinitraat |
221-838-5 |
3251-23-8 |
Triclosan |
222-182-2 |
3380-34-5 |
Temefos |
222-191-1 |
3383-96-8 |
Thuj-4(10)-een |
222-212-4 |
3387-41-5 |
Oct-1-een-3-ol |
222-226-0 |
3391-86-4 |
Natrium-5-chloor-2-[4-chloor-2-[[[(3,4-dichloorfenyl)amino]carbonyl]amino]fenoxy]benzeensulfonaat |
222-654-8 |
3567-25-7 |
(Ethyleendioxy)dimethanol |
222-720-6 |
3586-55-8 |
Chloorfacinon |
223-003-0 |
3691-35-8 |
Dipyrithion |
223-024-5 |
3696-28-4 |
Chloorhexidine-dihydrochloride |
223-026-6 |
3697-42-5 |
Denatoniumbenzoaat |
223-095-2 |
3734-33-6 |
Natrium-2,4,6-trichloorfenolaat |
223-246-2 |
3784-03-0 |
Pyridine-2-thiol-1-oxide, natriumzout |
223-296-5 |
3811-73-2 |
Hexahydro-1,3,5-tris(3-methoxypropyl)-1,3,5-triazine |
223-563-6 |
3960-05-2 |
4-Oxo-4-[(tributylstannyl)oxy]but-2-eenzuur/tributyltinmaleaat |
223-701-5 |
4027-18-3 |
Methenamine-3-chloorallylchloride |
223-805-0 |
4080-31-3 |
N-Ethylheptadecafluoroctaansulfonamide |
223-980-3 |
4151-50-2 |
Isobutyl-4-hydroxybenzoaat/isobutylparabeen |
224-208-8 |
4247-02-3 |
Tributylstannylsalicylaat/tributyltinsalicylaat |
224-397-7 |
4342-30-7 |
Tributylstannylbenzoaat/tributyltinbenzoaat |
224-399-8 |
4342-36-3 |
Natrium-1-(3,4-dihydro-6-methyl-2,4-dioxo-2H-pyraan-3-ylideen)ethanolaat |
224-580-1 |
4418-26-2 |
Diethylammoniumsalicylaat |
224-586-4 |
4419-92-5 |
Dimethyldicarbonaat |
224-859-8 |
4525-33-1 |
Farnesol |
225-004-1 |
4602-84-0 |
2,2′,2″-(Hexahydro-1,3,5-triazine-1,3,5-triyl)triethanol |
225-208-0 |
4719-04-4 |
Octylfosfonzuur |
225-218-5 |
4724-48-5 |
Natrium-4-(methoxycarbonyl)fenolaat |
225-714-1 |
5026-62-0 |
Sulfamidezuur |
226-218-8 |
5329-14-6 |
Citral |
226-394-6 |
5392-40-5 |
Tetrahydro-1,3,4,6-tetrakis(hydroxymethyl)imidazo[4,5-d]imidazool-2,5(1H,3H)-dion |
226-408-0 |
5395-50-6 |
1-Benzyl-3,5,7-triaza-1-azoniatricyclo[3.3.1.13,7]decaanchloride |
226-445-2 |
5400-93-1 |
Dimethyldioctylammoniumchloride |
226-901-0 |
5538-94-3 |
N-Dodecylpropaan-1,3-diamine |
226-902-6 |
5538-95-4 |
Chloorpyrifos-methyl |
227-011-5 |
5598-13-0 |
N,N′-Methyleenbismorfoline |
227-062-3 |
5625-90-1 |
Cumatetralyl |
227-424-0 |
5836-29-3 |
Terbutylazine |
227-637-9 |
5915-41-3 |
(R)-p-Mentha-1,8-dieen |
227-813-5 |
5989-27-5 |
4-Methoxybenzeen-1,3-diaminesulfaat |
228-290-6 |
6219-67-6 |
Methyleendithiocyanaat |
228-652-3 |
6317-18-6 |
1,3-Bis(hydroxymethyl)-5,5-dimethylimidazolidine-2,4-dion |
229-222-8 |
6440-58-0 |
Dodicine |
229-930-7 |
6843-97-6 |
Appelzuur |
230-022-8 |
6915-15-7 |
(2-Broom-2-nitrovinyl)benzeen |
230-515-8 |
7166-19-0 |
Didecyldimethylammoniumchloride |
230-525-2 |
7173-51-5 |
(Z)-N-9-Octadecenylpropaan-1,3-diamine |
230-528-9 |
7173-62-8 |
Benzyldodecyldimethylammoniumbromide |
230-698-4 |
7281-04-1 |
Prometryn |
230-711-3 |
7287-19-6 |
Zilver |
231-131-3 |
7440-22-4 |
Boor |
231-151-2 |
7440-42-8 |
Koper |
231-159-6 |
7440-50-8 |
Zink |
231-175-3 |
7440-66-6 |
Zwaveldioxide |
231-195-2 |
7446-09-5 |
Dithalliumsulfaat |
231-201-3 |
7446-18-6 |
Calciumdihexa-2,4-dienoaat |
231-321-6 |
7492-55-9 |
Kinine-monohydrochloride, dihydraat |
231-437-7 |
6119-47-7 |
Jood |
231-442-4 |
7553-56-2 |
Jood, in de vorm van jodofoor |
Mengsel |
39392-86-4 |
Joodcomplex in oplossing met niet-ionische detergenten |
Mengsel |
|
Polyvinylpyrrolidonjood |
Polymeer |
25655-41-8 |
Alkylarylpolyetheralcohol-joodcomplex |
Polymeer |
|
Joodcomplex met ethyleen-propyleen-blokcopolymeer (pluronic) |
Polymeer |
|
Joodcomplex met polyalkyleenglycol |
Polymeer |
|
Joodhars/polyjodideanionhars |
Polymeer |
|
Trinatriumorthofosfaat (TSP) |
231-509-8 |
7601-54-9 |
Siliciumdioxide, amorf |
231-545-4 |
7631-86-9 |
Natriumwaterstofsulfiet |
231-548-0 |
7631-90-5 |
Natriumnitriet |
231-555-9 |
7632-00-0 |
Natriumperoxometaboraat/natriumperboraat, hydraat |
231-556-4 |
7632 04 4 |
Waterstofchloride/zoutzuur |
231-595-7 |
7647-01-0 |
Natriumchloride |
231-598-3 |
7647-14-5 |
Natriumbromide |
231-599-9 |
7647-15-6 |
Orthofosforzuur |
231-633-2 |
7664-38-2 |
Waterstoffluoride |
231-634-8 |
7664-39-3 |
Ammoniak, watervrij |
231-635-3 |
7664-41-7 |
Zwavelzuur |
231-639-5 |
7664-93-9 |
Kaliumjodide |
231-659-4 |
7681-11-0 |
Natriumwaterstofsulfaat |
231-665-7 |
7681-38-1 |
Natriumfluoride |
231-667-8 |
7681-49-4 |
Natriumhypochloriet |
231-668-3 |
7681-52-9 |
Dinatriumdisulfiet |
231-673-0 |
7681-57-4 |
Tetramethrin |
231-711-6 |
7696-12-0 |
Zwavel |
231-722-6 |
7704-34-9 |
IJzersulfaat |
231-753-5 |
7720-78-7 |
IJzervitriool/ijzer(II)sulfaat, heptahydraat/ijzersulfaat, heptahydraat |
231-753-5 |
7782-63-0 |
Kaliumpermanganaat |
231-760-3 |
7722-64-7 |
Waterstofperoxide |
231-765-0 |
7722-84-1 |
Broom |
231-778-1 |
7726-95-6 |
Dikaliumperoxodisulfaat |
231-781-8 |
7727-21-1 |
Stikstof |
231-783-9 |
7727-37-9 |
Zinksulfaat, heptahydraat |
231-793-3 |
7446-20-0 |
7a-Ethyldihydro-1H,3H,5H-oxazolo[3,4-c]oxazool |
231-810-4 |
7747-35-5 |
Natriumsulfiet |
231-821-4 |
7757-83-7 |
Natriumchloriet |
231-836-6 |
7758-19-2 |
Koperchloride |
231-842-9 |
7758-89-6 |
Kopersulfaat |
231-847-6 |
7758-98-7 |
Kopersulfaat, pentahydraat |
231-847-6 |
7758-99-8 |
Zilvernitraat |
231-853-9 |
7761-88-8 |
Natriumthiosulfaat, pentahydraat |
231-867-5 |
10102-17-7 |
Natriumchloraat |
231-887-4 |
7775-09-9 |
Dinatriumperoxodisulfaat/natriumpersulfaat |
231-892-1 |
7775-27-1 |
Kaliumdichromaat |
231-906-6 |
7778-50-9 |
Calciumhypochloriet |
231-908-7 |
7778-54-3 |
Hexahydro-1,3,5-triethyl-1,3,5-triazine |
231-924-4 |
7779-27-3 |
Chloor |
231-959-5 |
7782-50-5 |
Ammoniumsulfaat |
231-984-1 |
7783-20-2 |
Zilverchloride |
232-033-3 |
7783-90-6 |
Aluminiumammoniumbis(sulfaat) |
232-055-3 |
7784-25-0 |
Mangaansulfaat |
232-089-9 |
7785-87-7 |
Mangaansulfaat, tetrahydraat |
232-089-9 |
10101-68-5 |
Joodmonochloride |
232-236-7 |
7790-99-0 |
Terpineol |
232-268-1 |
8000-41-7 |
Sojaolie |
232-274-4 |
8001-22-7 |
Lijnzaadolie |
232-278-6 |
8001-26-1 |
Maïsolie |
232-281-2 |
8001-30-7 |
Kokosolie |
232-282-8 |
8001-31-8 |
Creosoot |
232-287-5 |
8001-58-9 |
Ricinusolie |
232-293-8 |
8001-79-4 |
Beenderolie/dierlijke olie |
232-294-3 |
8001-85-2 |
Raapzaadolie |
232-299-0 |
8002-13-9 |
Pyrethrinen en pyrethroïden |
232-319-8 |
8003-34-7 |
Terpinol |
— |
8006-39-1 |
Terpentijnolie |
232-350-7 |
8006-64-2 |
Knoflookextract |
232-371-1 |
8008-99-9 |
Teer, pijnboom/pijnboomteer |
232-374-8 |
8011-48-1 |
Bijenwas |
232-383-7 |
8012-89-3 |
Paraffineoliën |
232-384-2 |
8012-95-1 |
Oliën, avocado |
232-428-0 |
8024-32-6 |
Oranjeboom, zoete, extract |
232-433-8 |
8028-48-6 |
Witte minerale olie (aardolie) |
232-455-8 |
8042-47-5 |
Saponinen |
232-462-6 |
8047-15-2 |
Talloliehars |
232-484-6 |
8052-10-6 |
Asfalt/bitumen |
232-490-9 |
8052-42-4 |
Kopalen |
232-527-9 |
9000-14-0 |
Lignine |
232-682-2 |
9005-53-2 |
Aluminiumsulfaat |
233-135-0 |
10043-01-3 |
Boorzuur |
233-139-2 |
10043-35-3 |
Aluminiumkaliumbis(sulfaat)/aluin |
233-141-3 |
10043-67-1 |
Chloordioxide |
233-162-8 |
10049-04-4 |
Kaliumsulfiet |
233-321-1 |
10117-38-1 |
Natriumwaterstof-2,2′-methyleenbis[4-chloorfenolaat] |
233-457-1 |
10187-52-7 |
2,2-Dibroom-2-cyaanaceetamide |
233-539-7 |
10222-01-2 |
Dizilver(1+)sulfaat |
233-653-7 |
10294-26-5 |
Natriummetafosfaat |
233-782-9 |
10361-03-2 |
Oxine-koper |
233-841-9 |
10380-28-6 |
Resmethrin |
233-940-7 |
10453-86-8 |
N,N′-Ethyleenbis[N-acetylaceetamide] |
234-123-8 |
10543-57-4 |
Natriumdichromaat |
234-190-3 |
10588-01-9 |
Carbendazim |
234-232-0 |
10605-21-7 |
Tridecanatriumhypochloriettetrakis(fosfaat) |
234-307-8 |
11084-85-8 |
Boorzuur, natuurlijk |
234-343-4 |
11113-50-1 |
Natriumperboraat, tetrahydraat |
234-390-0 |
10486-00-7 |
Perboorzuur, natriumzout |
234-390-0 |
11138-47-9 |
Nafteenzuren, zinkzouten |
234-409-2 |
12001-85-3 |
Dinatriumoctaboraat |
234-541-0 |
12008-41-2 |
Dinatriumoctaboraat, tetrahydraat |
234-541-0 |
12280-03-4 |
[2H4]ammoniumchloride |
234-607-9 |
12015-14-4 |
Dialuminiumchloridepentahydroxide |
234-933-1 |
12042-91-0 |
Trimagnesiumdifosfide |
235-023-7 |
12057-74-8 |
Natriumtolueensulfonaat |
235-088-1 |
12068-03-0 |
Koper(II)carbonaat-koper(II)hydroxide (1:1) |
235-113-6 |
12069-69-1 |
Zineb |
235-180-1 |
12122-67-7 |
Ammoniumbromide |
235-183-8 |
12124-97-9 |
Tetraboordinatriumheptaoxide, hydraat |
235-541-3 |
12267-73-1 |
Maneb |
235-654-8 |
12427-38-2 |
Hexaboordizinkundecaoxide/zinkboraat |
235-804-2 |
12767-90-7 |
N-(hydroxymethyl)formamide |
235-938-1 |
13052-19-2 |
2,3,5,6-Tetrachloor-4-(methylsulfonyl)pyridine |
236-035-5 |
13108-52-6 |
Nifurpirinol |
236-503-9 |
13411-16-0 |
Pyrithionzink |
236-671-3 |
13463-41-7 |
Titaandioxide |
236-675-5 |
13463-67-7 |
Dodecylguanidine-monohydrochloride |
237-030-0 |
13590-97-1 |
Bariumdiboortetraoxide |
237-222-4 |
13701-59-2 |
Kalium-2-bifenylaat |
237-243-9 |
13707-65-8 |
Ammoniumtetrafluorboraat |
237-531-4 |
13826-83-0 |
Lithiumhypochloriet |
237-558-1 |
13840-33-0 |
Orthoboorzuur, natriumzout |
237-560-2 |
13840-56-7 |
Broomchloride |
237-601-4 |
13863-41-7 |
Zinkbis(diethyldithiocarbamaat) |
238-270-9 |
14324-55-1 |
(Benzyloxy)methanol |
238-588-8 |
14548-60-8 |
2,2′-Oxybis[4,4,6-trimethyl-1,3,2-dioxaborinaan] |
238-749-2 |
14697-50-8 |
Foxim |
238-887-3 |
14816-18-3 |
Bis(1-hydroxy-1H-pyridine-2-thionato-O,S)koper |
238-984-0 |
14915-37-8 |
Bis(8-hydroxychinolyl)sulfaat, monokaliumzout |
239-133-6 |
15077-57-3 |
Dibroompropionamide |
239-153-5 |
15102-42-8 |
Natriumperboraat, monohydraat |
239-172-9 |
10332-33-9 |
2,2′-Methyleenbis(6-broom-4-chloorfenol) |
239-446-8 |
15435-29-7 |
Chloortoluron |
239-592-2 |
15545-48-9 |
Dinatriumcarbonaat, verbinding met waterstofperoxide (2:3) |
239-707-6 |
15630-89-4 |
Natrium-p-chloor-m-kresolaat |
239-825-8 |
15733-22-9 |
Chloralose |
240-016-7 |
15879-93-3 |
1-Broom-3-chloor-5,5-dimethylimidazolidine-2,4-dion |
240-230-0 |
16079-88-2 |
(R)-2-(4-Chloor-2-methylfenoxy)propionzuur |
240-539-0 |
16484-77-8 |
Dikaliumdisulfiet |
240-795-3 |
16731-55-8 |
Methomyl |
240-815-0 |
16752-77-5 |
Dinatriumhexafluorsilicaat |
240-934-8 |
16893-85-9 |
Hexafluorkiezelzuur |
241-034-8 |
16961-83-4 |
Benomyl |
241-775-7 |
17804-35-2 |
D-gluconzuur, verbinding met N,N″-bis(4-chloorfenyl)-3,12-diimino-2,4,11,13-tetraazatetradecaandiamidine (2:1) |
242-354-0 |
18472-51-0 |
O,O-Diethyl-O-5-fenylisoxazool-3-ylfosforothioaat |
242-624-8 |
18854-01-8 |
Benzoxoniumchloride |
243-008-1 |
19379-90-9 |
Methylhydroxymethoxyacetaat |
243-271-2 |
19757-97-2 |
p-[(Dijoodmethyl)sulfonyl]tolueen |
243-468-3 |
20018-09-1 |
Koperdihydroxide |
243-815-9 |
20427-59-2 |
Dizilveroxide |
243-957-1 |
20667-12-3 |
2-Buteen-1,4-diylbis(broomacetaat) |
243-962-9 |
20679-58-7 |
Aluminiumfosfide |
244-088-0 |
20859-73-8 |
(Benzothiazool-2-ylthio)methylthiocyanaat |
244-445-0 |
21564-17-0 |
Tetrachloorvinfos |
244-865-4 |
22248-79-9 |
Bendiocarb |
245-216-8 |
22781-23-3 |
2-Methyl-4-oxo-3-(prop-2-ynyl)cyclopent-2-een-1-yl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/prallethrin |
245-387-9 |
23031-36-9 |
Kalium-(E,E)-hexa-2,4-dienoaat |
246-376-1 |
24634-61-5 |
2-tert-Butyl-4-methoxyfenol |
246-563-8 |
25013-16-5 |
Bis(hydroxymethyl)ureum |
246-679-9 |
25155-29-7 |
.alfa.,.alfa.″,.alfa.″-Trimethyl-1,3,5-triazine-1,3,5(2H,4H,6H)-triethanol |
246-764-0 |
25254-50-6 |
2,2′-(Octadec-9-enylimino)bisethanol |
246-807-3 |
25307-17-9 |
3-(But-2-enyl)-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/cinerine I |
246-948-0 |
25402-06-6 |
3-Fenoxybenzyl-2-dimethyl-3-(methylpropenyl)cyclopropaancarboxylaat/fenothrin |
247-404-5 |
26002-80-2 |
5-Chloor-2-methyl-2H-isothiazool-3-on |
247-500-7 |
26172-55-4 |
2-Octyl-2H-isothiazool-3-on |
247-761-7 |
26530-20-1 |
Dodecylbenzeensulfonzuur |
248-289-4 |
27176-87-0 |
Laurinezuur, mono-ester met glycerol |
248-337-4 |
27215-38-9 |
Zinkneodecanoaat |
248-370-4 |
27253-29-8 |
Dodecyl(ethylbenzyl)dimethylammoniumchloride |
248-486-5 |
27479-28-3 |
cis-Tricos-9-een |
248-505-7 |
27519-02-4 |
Dimethyloctadecyl[3-(trimethoxysilyl)propyl]ammoniumchloride |
248-595-8 |
27668-52-6 |
N′-tert-Butyl-N-cyclopropyl-6-(methylthio)-1,3,5-triazine-2,4-diamine |
248-872-3 |
28159-98-0 |
(S)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (uitsluitend 1R trans, 1S isomeer)/S-bioallethrin |
249-013-5 |
28434-00-6 |
Bioresmethrin |
249-014-0 |
28434-01-7 |
3-[3-(4′-Broom[1,1′-bifenyl]-4-yl)-3-hydroxy-1-fenylpropyl]-4-hydroxy-2-benzopyron/bromadiolon |
249-205-9 |
28772-56-7 |
Pirimifos-methyl |
249-528-5 |
29232-93-7 |
Lithiumheptadecafluoroctaansulfonaat |
249-644-6 |
29457-72-5 |
5-Broom-5-nitro-1,3-dioxaan |
250-001-7 |
30007-47-7 |
trans-Isopropyl-3-[[(ethylamino)methoxyfosfinothioyl]oxy]crotonaat |
250-517-2 |
31218-83-4 |
(Z,E)-Tetradeca-9,12-dienylacetaat |
250-753-6 |
30507-70-1 (1) |
Decyldimethyloctylammoniumchloride |
251-035-5 |
32426-11-2 |
Broomchloor-5,5-dimethylimidazolidine-2,4-dion |
251-171-5 |
32718-18-6 |
Amitraz |
251-375-4 |
33089-61-1 |
3-(4-Isopropylfenyl)-1,1-dimethylureum/isoproturon |
251-835-4 |
34123-59-6 |
2-(Hydroxymethylamino)ethanol |
251-974-0 |
34375-28-5 |
N-[3-(Dodecylamino)propyl]glycine |
251-993-4 |
34395-72-7 |
2,6-Diacetyl-7,9-dihydroxy-8,9b-dimethyldibenzofuraan-1,3(2H,9bH)-dion, mononatriumzout |
252-204-6 |
34769-44-3 |
Natrium-4-ethoxycarbonylfenoxide |
252-487-6 |
35285-68-8 |
Natrium-4-propoxycarbonylfenoxide |
252-488-1 |
35285-69-9 |
N-[[(4-Chloorfenyl)amino]carbonyl]-2,6-difluorbenzamide |
252-529-3 |
35367-38-5 |
1-[2-(Allyloxy)-2-(2,4-dichloorfenyl)ethyl]-1H-imidazool/imazalil |
252-615-0 |
35554-44-0 |
(±)-1-(.beta.-Allyloxy-2,4-dichloorfenylethyl)imidazool/imazalil van technische kwaliteit |
Gewasbeschermingsmiddel |
73790-28-0 |
S-[(6-Chloor-2-oxooxazool[4,5-b]pyridine-3(2H)-yl)methyl]-O,O-dimethylthiofosfaat/azamethifos |
252-626-0 |
35575-96-3 |
2-Broom-2-(broommethyl)pentaandinitril |
252-681-0 |
35691-65-7 |
Benzyldimethyloleylammoniumchloride |
253-363-4 |
37139-99-4 |
Calciummagnesiumoxide/dolomietkalk |
253-425-0 |
37247-91-9 |
Calciummagnesiumtetrahydroxide/calciummagnesiumhydroxide/gehydrateerde dolomietkalk |
254-454-1 |
39445-23-3 |
2-Fosfonobutaan-1,2,4-tricarbonzuur |
253-733-5 |
37971-36-1 |
4-Methoxy-m-fenyleendiammoniumsulfaat |
254-323-9 |
39156-41-7 |
N,N″-Methyleenbis[N′-[3-(hydroxymethyl)-2,5-dioxo-imidazolidine-4-yl]ureum] |
254-372-6 |
39236-46-9 |
Dinocap |
254-408-0 |
39300-45-3 |
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat |
254-484-5 |
39515-40-7 |
Isopropyl-(2E,4E)-11-methoxy-3,7,11-trimethyldodeca-2,4-dienoaat/methopreen |
254-993-2 |
40596-69-8 |
Dimethyltetradecyl[3-(trimethoxysilyl)propyl]ammoniumchloride |
255-451-8 |
41591-87-1 |
Mengsel van cis- en trans-p-menthaan-3,8 diol/citriodiol |
255-953-7 |
42822-86-6 |
4,4-Dimethyloxazolidine |
257-048-2 |
51200-87-4 |
(1,3,4,5,6,7-Hexahydro-1,3-dioxo-2H-isoindool-2-yl)methyl-(1R-cis)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat |
257-144-4 |
51348-90-4 |
Cyaan(3-fenoxybenzyl)-2-(4-chloorfenyl)-3-methylbutyraat/fenvaleraat |
257-326-3 |
51630-58-1 |
Ethyl-N-acetyl-N-butyl-.beta.-alaninaat |
257-835-0 |
52304-36-6 |
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/cypermethrin |
257-842-9 |
52315-07-8 |
m-Fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/permethrin |
258-067-9 |
52645-53-1 |
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-[1R-[1.alfa.(S*),3.alfa.]]-3-(2,2-dibroomvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/deltamethrin |
258-256-6 |
52918-63-5 |
Bis(2-ethylhexanoaat-O)-.mu.-oxodizink |
259-049-3 |
54262-78-1 |
1-Ethynyl-2-methylpent-2-enyl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/empenthrin |
259-154-4 |
54406-48-3 |
3-Jood-2-propynylbutylcarbamaat |
259-627-5 |
55406-53-6 |
Tetrakis(hydroxymethyl)fosfoniumsulfaat (2:1) |
259-709-0 |
55566-30-8 |
3-(3-Bifenyl-4-yl-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxycumarine/difenacum |
259-978-4 |
56073-07-5 |
4-Hydroxy-3-(3-(4′-broom-4-bifenylyl)-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)cumarine/brodifacum |
259-980-5 |
56073-10-0 |
[2-(2-Butoxyethoxy)ethoxy]methanol |
260-097-2 |
56289-76-0 |
2-Ethoxyethylbroomacetaat |
260-240-9 |
56521-73-4 |
N-Octyl-N′-[2-(octylamino)ethyl]ethyleendiamine |
260-725-5 |
57413-95-3 |
1,2-Benzisothiazool-3(2H)-on, natriumzout |
261-184-8 |
58249-25-5 |
Azaconazool |
262-102-3 |
60207-31-0 |
1-[[2-(2,4-Dichloorfenyl)-4-propyl-1,3-dioxolaan-2-yl]methyl]-1H-1,2,4-triazool/propiconazool |
262-104-4 |
60207-90-1 |
N,N-Bis(2-hydroxyethyl)undec-10-enamide |
262-114-9 |
60239-68-1 |
2-Chloor-3-(fenylsulfonyl)acrylonitril |
262-395-8 |
60736-58-5 |
Tetradecyldimethylbenzylammoniumfluoride |
— |
61134-95-0 |
[1,1′-Bifenyl]-2-ol, gechloreerd |
262-974-5 |
61788-42-9 |
Aminen, kokosalkyl- |
262-977-1 |
61788-46-3 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, (gehydrogeneerd talkalkyl)trimethyl, chloriden |
263-005-9 |
61788-78-1 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, kokosalkyltrimethyl, chloriden |
263-038-9 |
61789-18-2 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzylkokosalkylbis(hydroxyethyl), chloriden |
263-078-7 |
61789-68-2 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzylkokosalkyldimethyl, chloriden |
263-080-8 |
61789-71-7 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, dikokosalkyldimethyl, chloriden |
263-087-6 |
61789-77-3 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, bis(gehydrogeneerd talkalkyl)dimethyl, chloriden |
263-090-2 |
61789-80-8 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, trimethylsoja-alkyl, chloriden |
263-134-0 |
61790-41-8 |
Ethanol, 2,2′-iminobis-, N-kokosalkylderivaten |
263-163-9 |
61791-31-9 |
1H-Imidazool-1-ethanol, 4,5-dihydro-, 2-nortalloliealkylderivaten |
263-171-2 |
61791-39-7 |
Imidazoliumverbindingen, 1-benzyl-4,5-dihydro-1-(hydroxyethyl)-2-norkokosalkyl, chloriden |
263-185-9 |
61791-52-4 |
Aminen, N-talkalkyldipropyleentri- |
263-191-1 |
61791-57-9 |
Aminen, N-kokosalkyltrimethyleendi- |
263-195-3 |
61791-63-7 |
Aminen, N-kokosalkyltrimethyleendi-, acetaten |
263-196-9 |
61791-64-8 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8-18-alkyldimethyl, chloriden |
264-151-6 |
63449-41-2 |
4,5-Dichloor-2-octyl-2H-isothiazool-3-on |
264-843-8 |
64359-81-5 |
2-Chloor-N-[[[4-(trifluormethoxy)fenyl]amino]carbonyl]benzamide |
264-980-3 |
64628-44-0 |
Destillaten (aardolie), solventgeraffineerde lichte nafteenhoudende |
265-098-1 |
64741-97-5 |
Destillaten (aardolie), met waterstof behandelde lichte |
265-149-8 |
64742-47-8 |
N-(3,4-Dichloorfenyl)-1,2,3,4-tetrahydro-6-hydroxy-1,3-dimethyl-2,4-dioxopyrimidine-5-carboxamide |
265-732-7 |
65400-98-8 |
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-[1R-[1.alfa.(S*),3.alfa.]]-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat |
265-898-0 |
65731-84-2 |
Teerzuren, kool-, ruwe |
266-019-3 |
65996-85-2 |
Glaspoeder |
266-046-0 |
65997-17-3 |
3,3′-Methyleenbis[5-methyloxazolidine]/oxazolidine |
266-235-8 |
66204-44-2 |
N-Cyclopropyl-1,3,5-triazine-2,4,6-triamine |
266-257-8 |
66215-27-8 |
Betaïnen, C12-C14-alkyldimethyl |
266-368-1 |
66455-29-6 |
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-2,2-dimethyl-3-(1,2,2,2-tetrabroomethyl)cyclopropaancarboxylaat/tralomethrin |
266-493-1 |
66841-25-6 |
2-Chloor-N-(2,6-dimethylfenyl)-N-(1H-pyrazool-1-ylmethyl)aceetamide |
266-583-0 |
67129-08-2 |
cis-4-[3-(p-tert-Butylfenyl)-2-methylpropyl]-2,6-dimethylmorfoline/fenpropimorf |
266-719-9 |
67564-91-4 |
N-Propyl-N-[2-(2,4,6-trichloorfenoxy)ethyl]-1H-imidazool-1-carboxamide |
266-994-5 |
67747-09-5 |
Vetzuren, C16-18 en C18-onverzadigde, Me-esters |
267-015-4 |
67762-38-3 |
.alfa-Cyaan-3-fenoxybenzyl-3-(2-chloor-3,3,3-trifluorprop-1-enyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/cyhalothrin |
268-450-2 |
68085-85-8 |
Dodecylethyldimethylammoniumbromide/laudacit |
269-249-2 |
68207-00-1 |
Schalieoliën |
269-646-0 |
68308-34-9 |
.alfa.-Cyaan-4-fluor-3-fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/cyfluthrin |
269-855-7 |
68359-37-5 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12-18-alkyldimethyl, chloriden |
269-919-4 |
68391-01-5 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C6-12-alkyldimethyl, chloriden |
269-925-7 |
68391-06-0 |
Benzeensulfonzuur, C10-13-alkylderivaten, natriumzouten |
270-115-0 |
68411-30-3 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8-16-alkyldimethyl, chloriden |
270-324-7 |
68424-84-0 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12-16-alkyldimethyl, chloriden |
270-325-2 |
68424-85-1 |
Betaïnen, kokosalkyldimethyl |
270-329-4 |
68424-94-2 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C8-10-alkyldimethyl, chloriden |
270-331-5 |
68424-95-3 |
Vetzuren, kokos, reactieproducten met diethanolamine |
270-430-3 |
68440-04-0 |
1-Propanaminium, 3-amino-N,N,N-trimethyl-, N-C12-18-acylderivaten, Me-sulfaten |
271-063-1 |
68514-93-2 |
Amiden, kokos, N,N-bis(2-hydroxyethyl) |
271-657-0 |
68603-42-9 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, (oxydi-2,1-ethaandiyl)bis[kokosalkyldimethyl, dichloriden |
271-761-6 |
68607-28-3 |
9-Octadeceenzuur (Z)-, gesulfoneerd, kaliumzouten |
271-843-1 |
68609-93-8 |
Ureum, reactieproducten met formaldehyde |
271-898-1 |
68611-64-3 |
Imidazoliumverbindingen, 1-[2-(carboxymethoxy)ethyl]-1-(carboxymethyl)-4,5-dihydro-2-norkokosalkyl, hydroxiden, natriumzouten |
272-043-5 |
68650-39-5 |
Bis(tetraamminekoper)carbonaatdihydroxide |
272-415-7 |
68833-88-5 |
1-Hydroxy-4-methyl-6-(2,4,4-trimethylpentyl)pyridine-2(1H)-on, verbinding met 2-aminoethanol (1:1) |
272-574-2 |
68890-66-4 |
Aminen, N-talkalkyltrimethyleendi-, diacetaten |
272-786-5 |
68911-78-4 |
Kwassie-extract |
272-809-9 |
68915-32-2 |
Vetzuren, C8-10 |
273-086-2 |
68937-75-7 |
Zwavelzuur, mono-C12-18-alkylesters, natriumzouten |
273-257-1 |
68955-19-1 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, C12-18-alkyl[(ethylfenyl)methyl]dimethyl, chloriden |
273-318-2 |
68956-79-6 |
Didecylmethyl[3-(trimethoxysilyl)propyl]ammoniumchloride |
273-403-4 |
68959-20-6 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C10-16-alkyldimethyl, chloriden |
273-544-1 |
68989-00-4 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12-18-alkyldimethyl, zouten met 1,2-benzisothiazool-3(2H)-on-1,1-dioxide (1:1) |
273-545-7 |
68989-01-5 |
Natrium-N-(hydroxymethyl)glycinaat |
274-357-8 |
70161-44-3 |
Aminen, C10-16-alkyldimethyl, N-oxiden |
274-687-2 |
70592-80-2 |
Pentakaliumbis(peroxymonosulfaat)bis(sulfaat) |
274-778-7 |
70693-62-8 |
N,N′-(Decaan-1,10-diyldi-1(4H)-pyridyl-4-ylideen)bis(octylammonium)dichloride |
274-861-8 |
70775-75-6 |
1,3-Didecyl-2-methyl-1H-imidazoliumchloride |
274-948-0 |
70862-65-6 |
Ethyl[2-(4-fenoxyfenoxy)ethyl]carbamaat/fenoxycarb |
276-696-7 |
72490-01-8 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C8-18-alkyldimethyl, chloriden |
277-453-8 |
73398-64-8 |
1-[(Hydroxymethyl)amino]propaan-2-ol |
278-534-0 |
76733-35-2 |
1-[1,3-Bis(hydroxymethyl)-2,5-dioxoimidazolidin-4-yl]-1,3-bis(hydroxymethyl)ureum/diazolidinylureum |
278-928-2 |
78491-02-8 |
Diwaterstofbis[monoperoxyftalaat(2-)-O1,OO1]magnesaat(2-) |
279-013-0 |
78948-87-5 |
Diwaterstofbis[monoperoxyftalaat(2-)-O1,OO1]magnesaat(2-), hexahydraat |
279-013-0 |
114915-85-4 |
Tributyltetradecylfosfoniumchloride |
279-808-2 |
81741-28-8 |
(2-Butoxyethoxy)methanol |
281-648-3 |
84000-92-0 |
Zink, isodecanoaat-isononanoaatcomplexen, basische |
282-786-7 |
84418-73-5 |
Jeneverbes, Juniperus communis, extract |
283-268-3 |
84603-69-0 |
Laurus nobilis, extract |
283-272-5 |
84603-73-6 |
Rozemarijn, extract |
283-291-9 |
84604-14-8 |
Eucalyptus globulus, extract |
283-406-2 |
84625-32-1 |
Cinnamomum zeylanicum, extract |
283-479-0 |
84649-98-9 |
Margosa extract |
283-644-7 |
84696-25-3 |
Lavendel, Lavandula angustifolia angustifolia, extract |
283-994-0 |
84776-65-8 |
Tijm, Thymus serpyllum, extract |
284-023-3 |
84776-98-7 |
Formaldehyde, reactieproducten met diethyleenglycol |
284-062-6 |
84777-35-5 |
Formamide, reactieproducten met formaldehyde |
284-064-7 |
84777-37-7 |
Glycine, N-(3-aminopropyl)-, N′-C10-16-alkylderivaten |
284-065-2 |
84777-38-8 |
Citroen, extract |
284-515-8 |
84929-31-7 |
Tijm, Thymus vulgaris, extract |
284-535-7 |
84929-51-1 |
Kruidnagel, extract |
284-638-7 |
84961-50-2 |
Teerzuren, polyalkylfenolfractie |
284-893-4 |
84989-05-9 |
Melaleuca alternifolia, extract/Australische theeboomolie |
285-377-1 |
85085-48-9 |
2,4,8,10-Tetra(tert-butyl)-6-hydroxy-12H-dibenzo[d,g][1,3,2]dioxafosfocine-6-oxide, natriumzout |
286-344-4 |
85209-91-2 |
Formaldehyde, reactieproducten met propyleenglycol |
286-695-3 |
85338-22-3 |
Stannaan, tributyl-, mono(naftenoyloxy)derivaten |
287-083-9 |
85409-17-2 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12-14-alkyldimethyl, chloriden |
287-089-1 |
85409-22-9 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, C12-14-alkyl[(ethylfenyl)methyl]dimethyl, chloriden |
287-090-7 |
85409-23-0 |
[R-(Z)]-3-[(12-Hydroxy-1-oxo-9-octadecenyl)amino]propyltrimethylammoniummethylsulfaat |
287-462-9 |
85508-38-9 |
Benzeensulfonzuur, 4-C10-13-sec-alkylderivaten |
287-494-3 |
85536-14-7 |
Guanidine, N,N″′-1,3-propaandiylbis-, N-kokosalkylderivaten, diacetaten |
288-198-7 |
85681-60-3 |
Sulfonzuren, C13-17-sec-alkaan, natriumzouten |
288-330-3 |
85711-69-9 |
.alfa.-Cyaan-4-fluor-3-fenoxybenzyl-[1.alfa.(S*),3.alfa.]-(±)-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat |
289-244-9 |
86560-93-2 |
Chrysanthemum cinerariaefolium, extract |
289-699-3 |
89997-63-7 |
Cymbopogon nardus, extract |
289-753-6 |
89998-15-2 |
Lavendel, Lavandula angustifolia, extract |
289-995-2 |
90063-37-9 |
Litsea cubeba, extract |
290-018-7 |
90063-59-5 |
Mentha arvensis, extract |
290-058-5 |
90063-97-1 |
Pelargonium graveolens, extract |
290-140-0 |
90082-51-2 |
Benzeensulfonzuur, mono-C10-14-alkylderivaten, verbindingen met Me-1H-benzimidazool-2-ylcarbamaat |
290-651-9 |
90194-41-5 |
Koper, EDTA-complexen |
290-989-7 |
90294-99-8 |
Formaldehyde, reactieproducten met propanolamine |
291-325-9 |
90387-52-3 |
Ureum, N,N′-bis(hydroxymethyl)-, reactieproducten met 2-(2-butoxyethoxy)ethanol, ethyleenglycol en formaldehyde |
292-348-7 |
90604-54-9 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8-18-alkyldimethyl, bromiden |
293-522-5 |
91080-29-4 |
Spar, Abies sibirica, extract |
294-351-9 |
91697-89-1 |
Jeneverbes, Juniperus mexicana, extract |
294-461-7 |
91722-61-1 |
Lavendel, Lavandula hybrida, extract/lavandinolie |
294-470-6 |
91722-69-9 |
Aminen, N-(3-aminopropyl)-N′-kokosalkyltrimethyleendi-, monogeacryleerd |
294-702-6 |
91745-32-3 |
Cymbopogon winterianus, extract |
294-954-7 |
91771-61-8 |
Citroengras (Cymbopogon flexuosus) |
295-161-9 |
91844-92-7 |
Witte minerale olie (aardolie), lichte |
295-550-3 |
92062-35-6 |
N-[3-(Dodecylamino)propyl]glycine-hydrochloride |
298-216-5 |
93778-80-4 |
Bis(2,6-diacetyl-7,9-dihydroxy-8,9b-dimethyl-1,3(2H,9bH)-dibenzofuraandionato-O2,O3)koper |
304-146-9 |
94246-73-8 |
Citrus, extract |
304-454-3 |
94266-47-4 |
Pijnboom, extract |
304-455-9 |
94266-48-5 |
Trimethyl-3-[(1-oxo-10-undecenyl)amino]propylammoniummethylsulfaat |
304-990-8 |
94313-91-4 |
Pepermunt, Amerikaanse, extract |
308-770-2 |
98306-02-6 |
Quaternaire ammoniumverbindingen, [2-[[2-[(2-carboxyethyl)(2-hydroxyethyl)amino]ethyl]amino]-2-oxoethyl]kokosalkyldimethyl, hydroxiden, inwendige zouten |
309-206-8 |
100085-64-1 |
Maïskolfspil, gemalen |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Natuurlijk citroensap (gefilterd) |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Hedera helix |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Uienolie |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Thuja occidentalis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Salvia officinalis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Hyssopus officinalis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Chrysanthemum vulgare |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Artemisia absinthium |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Achillea millefolium |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Origanum vulgare |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Majorana hortensis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Origanum majorano |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Rosmarinus officinalis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Satureja hortensis |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Urtica dioica |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Aesculus hippocastanum |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Symphytum officinale |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Equisetum arvense |
310-127-6 |
999999-99-4 |
Sambucus nigra |
310-127-6 |
999999-99-4 |
1-(3,5-Dichloor-4-(1,1,2,2-tetrafluorethoxy)fenyl)-3-(2,6-difluorbenzoyl)ureum/hexaflumuron |
401-400-1 |
86479-06-3 |
1,3-Dichloor-5-ethyl-5-methylimidazolidine-2,4-dion |
401-570-7 |
89415-87-2 |
1-(4-Chloorfenyl)-4,4-dimethyl-3-(1,2,4-triazool-1-ylmethyl)pentaan-3-ol/tebuconazool |
403-640-2 |
107534-96-3 |
Reactieproducten van: glutaminezuur en N-(C12-14-alkyl)propyleendiamine |
403-950-8 |
164907-72-6 |
Mengsel van: (C8-18)alkylbis(2-hydroxyethyl)ammoniumbis(2-ethylhexyl)fosfaat; (C8-18)alkylbis(2-hydroxyethyl)ammonium-2-ethylhexylwaterstoffosfaat |
404-690-8 |
68132-19-4 |
(4-Ethoxyfenyl)(3-(4-fluor-3-fenoxyfenyl)propyl)dimethylsilaan |
405-020-7 |
105024-66-6 |
2,3,5,6-Tetrafluorbenzyl-trans-2-(2,2-dichloorvinyl)-3,3-dimethylcyclopropaancarboxylaat/transfluthrin |
405-060-5 |
118712-89-3 |
5,5-Dimethylperhydropyrimidin-2-on-.alfa.-(4-trifluormethylstyryl)-.alfa.-(4-trifluormethyl)cinnamylideenhydrazon/hydramethylnon |
405-090-9 |
67485-29-4 |
3-Fenoxybenzyl-2-(4-ethoxyfenyl)-2-methylpropylether/etofenprox |
407-980-2 |
80844-07-1 |
6-(Ftalimido)peroxyhexaanzuur |
410-850-8 |
128275-31-0 |
Lithium-3-oxo-1,2(2H)-benzisothiazool-2-ide |
411-690-1 |
111337-53-2 |
Methylneodecanamide |
414-460-9 |
105726-67-8 |
Mengsel van: alfa-cyaan-3-fenoxybenzyl-(Z)-(1R,3R)-[(S)-3-(2-chloor-3,3,3-trifluorprop-1-enyl)]-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat; alfa-cyaan-3-fenoxybenzyl-(Z)-(1S,3S)-[(R)-3-(2-chloor-3,3,3-trifluorprop-1-enyl)]-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/lambda-cyhalothrin |
415-130-7 |
91465-08-6 |
1-(4-(2-Chloor-a,a,a-p-trifluortolyloxy)-2-fluorfenyl)-3-(2,6-difluorbenzolyl)ureum/flufenoxuron |
417-680-3 |
101463-69-8 |
2-Butyl-benzo[d]isothiazool-3-on |
420-590-7 |
04299-07-4 |
Tetrachloordecaoxidecomplex |
420-970-2 |
92047-76-2 |
Mengsel van: cis-4-hydroxy-3-(1,2,3,4-tetrahydro-3-(4-(4-trifluormethylbenzyloxy)fenyl)-1-naftyl)cumarine; trans-4-hydroxy-3-(1,2,3,4-tetrahydro-3-(4-(4-trifluormethylbenzyloxy)fenyl)-1-naftyl)cumarine/flocumafen |
421-960-0 |
90035-08-8 |
sec-Butyl-2-(2-hydroxyethyl)piperidine-1-carboxylaat/icaridine |
423-210-8 |
119515-38-7 |
N-Cyclohexyl-S,S-dioxobenzo[b]thiofeen-2-carboxamide |
423-990-1 |
149118-66-1 |
Fipronil |
424-610-5 |
120068-37-3 |
cis-1-(3-Chloorallyl)-3,5,7-triaza-1-azoniaadamantaanchloride |
426-020-3 |
51229-78-8 |
1-(6-Chloorpyridin-3-ylmethyl)-N-nitroimidazolidin-2-ylideenamine/Imidacloprid |
428-040-8 |
138261-41-3 |
Thiamethoxam |
428-650-4 |
153719-23-4 |
[2,4-Dioxo-(2-propyn-1-yl)imidazolidin-3-yl]methyl-(1R)-cis-chrysanthemaat; [2,4-dioxo-(2-propyn-1-yl)imidazolidin-3-yl]methyl-(1R)-trans-chrysanthemaat/imiprothrin |
428-790-6 |
72963-72-5 |
5-Chloor-2-(4-chloorfenoxy)fenol |
429-209-0 |
3380-30-1 |
2-(1-Methyl-2-(4-fenoxyfenoxy)ethoxy)pyridine/pyriproxyfen |
429-800-1 |
95737-68-1 |
3-Benzo(b)thieen-2-yl-5,6-dihydro-1,4,2-oxathiazine,4-oxide |
431-030-6 |
163269-30-5 |
Reactieproducten van diisopropanolamine met formaldehyde (1:4) |
432-440-8 |
220444-73-5 |
Chloormethyl-n-octyldisulfide |
432-680-3 |
180128-56-7 |
Reactieproduct van dimethyladipaat, dimethylglutaraat, dimethylsuccinaat met waterstofperoxide/Perestane |
432-790-1 |
|
Bis(3-aminopropyl)octylamine |
433-340-7 |
86423-37-2 |
(E)-1-(2-Chloor-1,3-thiazool-5-ylmethyl)-3-methyl-2-nitroguanidine/chlothianidine |
433-460-1 |
210880-92-5 |
(E)-2-Octadecenal |
Nog niet toegekend |
51534-37-3 |
(E,Z)-2,13-Octadecadienal |
Nog niet toegekend |
99577-57-8 |
Zilver-zink-aluminium-boorfosfaatglas/glasoxide, zilver en zink bevattend |
Nog niet toegekend |
398477-47-9 |
Zilvernatriumwaterstofzirkoniumfosfaat |
Nog niet toegekend |
|
Paraformaldehyde |
|
30525-89-4 |
Peroxycaprylzuur |
|
33734-57-5 |
Broommyristylisochinoline |
|
51808-87-8 |
9-Aminoacridine-hydrochloride, monohydraat |
|
52417-22-8 |
Gechloreerd trinatriumfosfaat |
|
56802-99-4 |
Cyclohexylhydroxydiazen-1-oxide, kaliumzout |
|
66603-10-9 |
(1S,2R,5S)-2-Isopropenyl-5-methylcyclohexanol |
|
104870-56-6 |
Siliciumdioxide, amorf, kristallijnvrij |
|
112945-52-5 |
Denatoniumcapsaïcinaat |
|
192327-95-0 |
Tris(N-cyclohexyldiazeniumdioxy)aluminium |
|
312600-88-7 |
Bis[1-cyclohexyl-1,2-di(hydroxy-.kappa.O)diazeniumoaat(2-)]-koper |
|
312600-89-8 |
Reactieproduct van essentiële oliën en ozon in-situ (Open Air Factor (OAF)) |
|
|
Zilverzeoliet A |
|
|
Zilvernatriumboorsilicaat |
|
|
5-Chloor-2-(4-chloorfenoxy)fenol |
|
|
Benzyllauryldimethylmyristylammoniumchloride/laurylmyristyldimethylbenzylammoniumchloride |
|
|
((1,2-Ethaandiylbis(carbamodithioaat))(2-))mangaan, mengsel met ((1,2-ethaandiylbis(carbamodithioaat))(2-))zink/mancozeb |
Gewasbeschermingsmiddel |
8018-01-7 |
Chloorsulfamidezuur |
Gewasbeschermingsmiddel |
17172-27-9 |
2-Broom-1-(2,4-dichloorfenyl)vinyldiethylfosfaat/broomfenvinfos |
Gewasbeschermingsmiddel |
33399-00-7 |
Ethyl-(2E,4E)-3,7,11-trimethyldodeca-2,4-dienoaat/hydropreen |
Gewasbeschermingsmiddel |
41096-46-2 |
Siliciumdioxide/diatomeeënaarde |
Gewasbeschermingsmiddel |
61790-53-2 |
.alfa.,.alfa.,.alfa.-Trifluor-n-methyl-4,6-dinitro-N-(2,4,6-tribroomfenyl)-o-toluïdine/bromethaline |
Gewasbeschermingsmiddel |
63333-35-7 |
S-Methopreen/isopropyl-(S-(E,E))-11-methoxy-3,7,11-trimethyldodeca-2,4-dienoaat |
Gewasbeschermingsmiddel |
65733-16-6 |
S-Hydropreen/ethyl-(S-(E,E))-3,7,11-trimethyldodeca-2,4-dienoaat |
Gewasbeschermingsmiddel |
65733-18-8 |
Esfenvaleraat/(S)-.alfa.-cyaan-3-fenoxybenzyl-(S)-2-(4-chloorfenyl)-3-methylbutyraat |
Gewasbeschermingsmiddel |
66230-04-4 |
[1.alfa.(S*),3.alfa.]-(.alfa.)-Cyaan-(3-fenoxyfenyl)methyl-3-(2,2-dichloorethenyl)-2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/alfa-cypermethrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
67375-30-8 |
Abamectine (mengsel van Avermectine B1a; > 80 %, Einecs-nr. 265-610-3; en Avermectine B1b; < 20 %, Einecs-nr. 265-611-9) |
265-610-3 |
71751-41-2 |
Cyclopropaancarbonzuur, 3-[(1Z)-2-chloor-3,3,3-trifluor-1-propenyl]-2,2-dimethyl-, (2-methyl[1,1′-bifenyl]-3-ylmethylester, (1R,3R)-rel-/bifenthrin/bifenaat |
Gewasbeschermingsmiddel |
82657-04-3 |
N-(2-((2,6-Dimethyl)fenyl)amino)-2-oxoethyl)-N,N-diethylbenzeenmethaanaminiumsacharide/denatoniumsacharide |
Gewasbeschermingsmiddel |
90823-38-4 |
.alfa.-(4-Chloorfenyl)-.alfa.-(1-cyclopropylethyl)-1H-1,2,4-triazool-1-ethanol/cyproconazool |
Gewasbeschermingsmiddel |
94361-06-5 |
3-(3-(4′-Broom-(1,1′-bifenyl)-4-yl)-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxybenzothiopyraan-2-on/3-((RS,3RS;1RS,3SR)-3-(4′-broombifenyl-4-yl-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxy-1-benzothin-2-on/difethialon |
Gewasbeschermingsmiddel |
104653-34-1 |
Guazatinetriacetaat |
Gewasbeschermingsmiddel |
115044-19-4 |
4-Broom-2-(4-chloorfenyl)-1-(ethoxymethyl)-5-(trifluormethyl)-1H-pyrrool-3-carbonitril/chloorfenapyr |
Gewasbeschermingsmiddel |
122453-73-0 |
Aluminiumnatriumsilicaat-zilvercomplex/zilverzeoliet |
Gewasbeschermingsmiddel |
130328-18-6 |
Aluminiumnatriumsilicaat-zilverkopercomplex/zilverkoperzeoliet |
Gewasbeschermingsmiddel |
130328-19-7 |
Aluminiumnatriumsilicaat-zilverzinkcomplex/zilverzinkzeoliet |
Gewasbeschermingsmiddel |
130328-20-0 |
N-Isononyl-N,N-dimethyl-N-decylammoniumchloride |
Gewasbeschermingsmiddel |
138698-36-9 |
N-((6-Chloor-3-pyridinyl)methyl)-N′-cyaan-N-methylethanimidamide/acetamiprid |
Gewasbeschermingsmiddel |
160430-64-8 |
3-Fenoxybenzyl-(1R)-cis,trans-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/d-fenothrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
188023-86-1 |
Mengsel van 5-hydroxymethoxymethyl-1-aza-3,7-dioxabicyclo(3.3.0)octaan (CAS-nr. 59720-42-2; 16,0 %), 5-hydroxy-1-aza-3,7-dioxabicyclo(3.3.0)octaan (Einecs-nr. 229-457-6; 28,8 %) en 5-hydroxypoly[methyleenoxy]methyl-1-aza-3,7-dioxabicyclo[3.3.0]octaan (CAS-nr. 56709-13-8; 5,2 %) in water (50 %) |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
[1.alfa.(S*),3.alfa.]-(.alfa.)-Cyaan-(3-fenoxyfenyl)methyl-3-(2,2-dichloorethenyl)-2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
S-Cyfenothrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 2 isomeren: 1R trans: 1RS; 1:1)/bioallethrin/d-trans-allethrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R;1R,3S)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 4 isomeren: 1R trans, 1R: 1R trans, 1S: 1R cis, 1R: 1R cis, 1S; 4:4:1:1)/d-allethrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 2 isomeren:1R trans: 1R/S; 1:3)/esbiothrin |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
Spinosad: fermentatieproduct van een bodemmicro-organisme; bevat Spinosyn A en Spinosyn D |
Gewasbeschermingsmiddel |
|
Butoxypolypropyleenglycol |
Polymeer |
9003-13-8 |
Polydimethylsiloxaan |
Polymeer |
9016-00-6 |
Polymeer van N-methylmethanamine (Einecs-nr. 204-697-4) met (chloormethyl)oxiraan (Einecs-nr. 203-439-8)/polymeer quaternair ammoniumchloride |
Polymeer |
25988-97-0 |
Polymeer van N,N,N,N-tetramethylethaan-1,2-diamine en (chloormethyl)oxiraan |
Polymeer |
25988-98-1 |
Homopolymeer van 2-tert-butylaminoethylmethacrylaat (Einecs-nr. 223-228-4) |
Polymeer |
26716-20-1 |
Polymeer van formaldehyde en acroleïne |
Polymeer |
26781-23-7 |
Monohydrochloride van het polymeer van N,N″′-1,6-hexaandiylbis[N′-cyaanguanidine] (Einecs-nr. 240-032-4) en hexamethyleendiamine (Einecs-nr. 204-679-6)/polyhexamethyleenbiguanide (monomeer: 1,5-bis(trimethyleen)guanylguanidinium-monohydrochloride) |
Polymeer |
27083-27-8/32289-58-0 |
Polymeer van N,N,N′,N′-tetramethyl-1,6-hexaandiamine en 1,6-dichloorhexaan |
Polymeer |
27789-57-7 |
Poly(hexamethyleendimethylammoniumchloride)/poly[(dimethylimino)-1,6-hexaandiylchloride] |
Polymeer |
28728-61-2 |
N,N,N′,N′-Tetramethylethyleendiaminebis(2-chloorethyl)ether-copolymeer |
Polymeer |
31075-24-8 |
Poly(hexamethyleendiamineguanidiniumchloride) |
Polymeer |
57028-96-3 |
Poly(hexamethyleenbiguanide) |
Polymeer |
91403-50-8 |
Poly(oxy-1,2-ethaandiyl),.alfa.-[2-(didecylmethylammonium)ethyl]-.omega.-hydroxy-, propanoaat (zout) |
Polymeer |
94667-33-1 |
N,N-Didecyl-N-methyl-poly(oxyethyl)ammoniumpropionaat/1-decanaminium, N-decyl-N-(2-hydroxyethyl)-N-methyl-, propanoaat (zout) |
Polymeer |
107879-22-1 |
Copolymeer van 2-propenal en propaan-1,2-diol |
Polymeer |
191546-07-3 |
N-Didecyl-N-dipolyethoxyammoniumboraat/didecylpolyoxethylammoniumboraat |
Polymeer |
214710-34-6 |
Oligo(2-(2-ethoxy)ethoxyethylguanidiniumchloride) |
Polymeer |
374572-91-5 |
Tributyltin-copolymeer (TBT-copolymeer) |
Polymeer |
|
Vetalcohol-polyglycolether |
Polymeer |
|
Poly(vinylchloride-co-isobutylvinylether-co-N-vinyl, N′-dimethyloctylbromidepropyldiamine) |
Polymeer |
|
Polyglycolpolyaminehars |
Polymeer |
|
Natriumlignosulfonaat |
Natuurlijk polymeer |
8061-51-6 |
Neem/Neem-Vital |
Natuurlijke olie |
5945-86-8 |
Olie van Pinus pumilio |
Natuurlijke olie |
8000-26-8 |
Cederhoutolie |
Natuurlijke olie |
8000-27-9 |
Lavendelolie |
Natuurlijke olie |
8000-28-0 |
Citronellaolie |
Natuurlijke olie |
8000-29-1 |
Essentiële olie van Eugenia caryophyllus |
Natuurlijke olie |
8000-34-8 |
Geraniumolie |
Natuurlijke olie |
8000-46-2 |
Eucalyptusolie |
Natuurlijke olie |
8000-48-4 |
Sinaasappelolie |
Natuurlijke olie |
8000-57-9 |
Pijnboomolie |
Natuurlijke olie |
8002-09-3 |
Zwarte-peperolie |
Natuurlijke olie |
8006-82-4 |
Pepermuntolie |
Natuurlijke olie |
8006-90-4 |
Citroengrasolie |
Natuurlijke olie |
8007-02-1 |
Pennyroyal-olie |
Natuurlijke olie |
8007-44-1 |
Tijmolie |
Natuurlijke olie |
8007-46-3 |
Korianderolie |
Natuurlijke olie |
8008-52-4 |
Groene-muntolie |
Natuurlijke olie |
8008-75-5 |
Olie van Valeriana officinalis |
Natuurlijke olie |
8008-88-6 |
Kajeputolie |
Natuurlijke olie |
8008-98-8 |
Jeneverbesolie |
Natuurlijke olie |
8012-91-7 |
Cypresolie |
Natuurlijke olie |
8013-86-3 |
Patchouliolie |
Natuurlijke olie |
8014-09-3 |
Komijnolie |
Natuurlijke olie |
8014-13-9 |
Palmarosaolie |
Natuurlijke olie |
8014-19-5 |
Wijnruitolie |
Natuurlijke olie |
8014-29-7 |
Basiliumolie (Basilicum ocimum) |
Natuurlijke olie |
8015-73-4 |
Rozenhoutolie (Bois de rose) |
Natuurlijke olie |
8015-77-8 |
Selderijolie |
Natuurlijke olie |
8015-90-5 |
Kamilleolie |
Natuurlijke olie |
8015-92-7 |
Kruidnagelbladolie (Eugenia caryophyllus) |
Natuurlijke olie |
8015-97-2 |
Melaleucaolie |
Natuurlijke olie |
68647-73-4 |
Olie van Litsea cubeba |
Natuurlijke olie |
68855-99-2 |
Akkermuntolie |
Natuurlijke olie |
68917-18-0 |
Cederhoutolie (cederhoutolie, Texas, olie van Juniperus mexicana, 22 %) |
Natuurlijke olie |
68990-83-0 |
Citrusextract uit zaden van Tabebuia avellanedae |
Natuurlijke olie |
|
Essentiële olie van Cymbopogon winterianus |
Natuurlijke olie |
|
Allium sativum en Allium cepa |
Natuurlijke olie |
|
Essentiële olie van Cinnamomum zeylanicum |
Natuurlijke olie |
|
Kruidnagelolie (hoofdcomponenten: eugenol (83,8 %), caryofylleen (12,4 %), eugenolacetaat (0,4 %)) |
Natuurlijke olie |
|
Parfumolie uit dennennaalden: essentiële olie (hoofdcomponenten: terpentijnolie (30-37,5 %), terpineol (15-20 %), isobornylacetaat (15-20 %), beta-pineen (12,5-15 %), alfa-pineen (7-10 %), cumarine (1-3 %), terpineolfractie (1-3 %)) |
Natuurlijke olie |
|
Parfumolie Spring Fresh: essentiële olie (hoofdcomponenten: citraldiethylacetal (citrathal) (1-3 %), citronellol (1-3 %), ylanaat (1-3 %), hivertal (1-3 %), allylcapronaat (1-3 %)) |
Natuurlijke olie |
|
Rosas-olie |
Natuurlijke olie |
|
Natuurlijke pyrethrinen |
Natuurlijk extract |
|
Turfextract |
Natuurlijk extract |
|
Alkylbenzyldimethylammoniumchloride/benzalkoniumchloride |
Mengsel |
8001-54-5 |
Cetrimide |
Mengsel |
8044-71-1 |
Mengsel van 3,6-diamino-10-methylacridiniumchloride (Einecs-nr. 201-668-8) en 3,6-acridinediamine/acriflavine |
Mengsel |
8048-52-0 |
Mengsel van (3,6-diamino-10-methylacridiniumchloride (Einecs-nr. 201-668-8) en 3,6-acridinediamine)-hydrochloride/acriflavine HCl |
Mengsel |
8063-24-9 |
Benzalkoniumsacharinaat/benzalkonium-o-sulfobenzimidaat |
Mengsel |
39387-42-3 |
Mengsel van 5-chloor-2-methyl-2H-isothiazool-3-on (Einecs-nr. 247-500-7) en 2-methyl-2H-isothiazool-3-on (Einecs-nr. 220-239-6) |
Mengsel |
55965-84-9 |
Siloxanen en siliconen, di-Me, reactieproducten met siliciumdioxide/behandeld colloïdaal siliciumdioxide |
Mengsel |
67762-90-7 |
Reactiemengsel van vetzuren, gemengde esters (C6-18, derivaten van kokosolie) met azijnzuur en 2,2′-methyleenbis(4-chloorfenol) |
Mengsel |
106523-52-8 |
Aminen, n-C10-16-alkyltrimethyleendi-, reactieproducten met chloorazijnzuur |
Mengsel |
139734-65-9 |
Quaternaire ammoniumjodiden |
Mengsel |
308074-50-2 |
Reactieproducten van 5,5-dimethylhydantoïne en formaldehyde |
Mengsel |
|
Reactieproducten van 2-(2-butoxyethoxy)ethanol en formaldehyde |
Mengsel |
|
Reactieproducten van ethyleenglycol en formaldehyde |
Mengsel |
|
Reactieproducten van ureum, ethyleenglycol en formaldehyde |
Mengsel |
|
Reactieproducten van chlooraceetamide, 2-(2-butoxyethoxy)ethanol en formaldehyde |
Mengsel |
|
Mengsel van 1-fenoxypropaan-2-ol (Einecs-nr. 212-222-7) en 2-fenoxypropanol (Einecs-nr. 224-027-4) |
Mengsel |
|
Actief chloor: reactieproduct van hypochloorzuur en natriumhypochloriet, in situ geproduceerd |
Mengsel |
|
Kaliumzouten van vetzuren (C15-21) |
Mengsel |
|
Acypetacs-koper |
Mengsel |
|
Acypetacs-zink |
Mengsel |
|
Kleermotferomoon: componenten: E,Z-octadecadi-2,13-enal (75 %) en E-octadec-2-enal (25 %) |
Mengsel |
|
Mengsel van chroomtrioxide (Einecs-nr. 215-607-8; 34,2 %), diarseenpentoxide (Einecs-nr. 215-116-9; 24,1 %), koper(II)oxide (Einecs-nr. 215-269-1; 13,7 %), water (Einecs-nr. 231-791-2; 28 %) |
Mengsel |
|
Mengsel van chloormethylisothiazolinon, ethaandiylbisoxybismethanol, methylisothiazolinon |
Mengsel |
|
Mengsel van broom (Einecs-nr. 231-778-1) en hypobroomzuur (CAS-nr. 13517-11-8), in situ geproduceerd |
Mengsel |
|
Producten van natuurlijke fermentatie van planten in water, zwavelhoudend |
Mengsel |
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (benzylalkyldimethyl(alkyl van C8-C22, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl) chloriden, bromiden, of hydroxiden)/BKC |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (dialkyldimethyl(alkyl van C6-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/DDAC |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (alkyltrimethyl(alkyl van C8-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/TMAC |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
|
Bacillus thuringiensis |
Micro-organisme |
68038-71-1 |
Bacillus sphaericus |
Micro-organisme |
143447-72-7 |
Bacillus thuringiensis + D381is subsp. israelensis |
Micro-organisme |
|
Bacillus thuringiensis var. kurstaki |
Micro-organisme |
|
Bacillus thuringiensis subsp. israelensis Serotype H14 |
Micro-organisme |
|
Bacillus thuringiensis var. israelensis |
Micro-organisme |
|
Bacillus subtilis |
Micro-organisme |
|
(1) Deze stof heeft volgens het ESIS-register ook een ander CAS-nummer (31654-77-0).
BIJLAGE II
WERKZAME STOFFEN DIE IN HET KADER VAN HET BEOORDELINGSPROGRAMMA ZULLEN WORDEN ONDERZOCHT
Stof |
Rapporterende lidstaat |
EC-nummer |
CAS-nummer |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
14 |
15 |
16 |
17 |
18 |
19 |
20 |
21 |
22 |
23 |
Formaldehyde |
DE |
200-001-8 |
50-00-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
23 |
2-(2-Butoxyethoxy)ethyl-6-propylpiperonylether/piperonylbutoxide |
EL |
200-076-7 |
51-03-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Bronopol |
ES |
200-143-0 |
52-51-7 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Difeenoxarsine-10-yloxide |
FR |
200-377-3 |
58-36-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloorkresol |
FR |
200-431-6 |
59-50-7 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dichloorvos |
IT |
200-547-7 |
62-73-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Ethanol |
EL |
200-578-6 |
64-17-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mierenzuur |
BE |
200-579-1 |
64-18-6 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzoëzuur |
DE |
200-618-2 |
65-85-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Propaan-2-ol |
DE |
200-661-7 |
67-63-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Salicylzuur |
LT |
200-712-3 |
69-72-7 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Propaan-1-ol |
DE |
200-746-9 |
71-23-8 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Waterstofcyanide |
CZ |
200-821-6 |
74-90-8 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Ethyleenoxide |
N |
200-849-9 |
75-21-8 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
1,3-Dibroom-5,5-dimethylhydantoïne |
NL |
201-030-9 |
77-48-5 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Citroenzuur |
BE |
201-069-1 |
77-92-9 |
1 |
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Linalool |
DK |
201-134-4 |
78-70-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
2-Chlooraceetamide |
EE |
201-174-2 |
79-07-2 |
|
|
3 |
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Broomazijnzuur |
ES |
201-175-8 |
79-08-3 |
|
|
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Glycolzuur |
LT |
201-180-5 |
79-14-1 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Perazijnzuur |
FI |
201-186-8 |
79-21-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
L-(+)-Melkzuur |
DE |
201-196-2 |
79-33-4 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Warfarine |
IE |
201-377-6 |
81-81-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(2R,6aS,12aS)-1,2,6,6a,12,12a-hexahydro-2-isopropenyl-8,9-dimethoxychromeno[3,4-b]furo[2,3-h]chromeen-6-on/rotenon |
UK |
201-501-9 |
83-79-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
17 |
|
|
|
|
|
|
Symcloseen |
UK |
201-782-8 |
87-90-1 |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloorxylenol |
BE |
201-793-8 |
88-04-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bifenyl-2-ol |
ES |
201-993-5 |
90-43-7 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Naftaleen |
UK |
202-049-5 |
91-20-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Dichlorofeen |
IE |
202-567-1 |
97-23-4 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Triclocarban |
SK |
202-924-1 |
101-20-2 |
1 |
2 |
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kaneelaldehyde/3-fenylpropeen-2-al |
UK |
203-213-9 |
104-55-2 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Geraniol |
FR |
203-377-1 |
106-24-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Glyoxal |
FR |
203-474-9 |
107-22-2 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
|
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
m-Kresol |
FR |
203-577-9 |
108-39-4 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hexa-2,4-dieenzuur/sorbinezuur |
DE |
203-768-7 |
110-44-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Glutaral |
FI |
203-856-5 |
111-30-8 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Nonaanzuur |
AT |
203-931-2 |
112-05-0 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Undecaan-2-on/methylnonylketon |
ES |
203-937-5 |
112-12-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Propoxur |
BE |
204-043-8 |
114-26-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
1,3-Dichloor-5,5-dimethylhydantoïne |
NL |
204-258-7 |
118-52-5 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chlorofeen |
N |
204-385-8 |
120-32-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzylbenzoaat |
UK |
204-402-9 |
120-51-4 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Benzethoniumchloride |
BE |
204-479-9 |
121-54-0 |
1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Fenitrothion |
UK |
204-524-2 |
122-14-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Cetalkoniumchloride (1) |
|
204-526-3 |
122-18-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzyldimethyl(octadecyl)ammoniumchloride (1) |
|
204-527-9 |
122-19-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2-Fenoxyethanol |
UK |
204-589-7 |
122-99-6 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
|
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Cetylpyridiniumchloride |
UK |
204-593-9 |
123-03-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Octaanzuur |
AT |
204-677-5 |
124-07-2 |
|
|
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Koolstofdioxide |
FR |
204-696-9 |
124-38-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
15 |
|
|
18 |
19 |
20 |
|
|
|
Natriumdimethylarsinaat |
PT |
204-708-2 |
124-65-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Nitromethylidynetrimethanol |
UK |
204-769-5 |
126-11-4 |
|
2 |
3 |
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tosylchlooramide-natrium |
ES |
204-854-7 |
127-65-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kaliumdimethyldithiocarbamaat |
UK |
204-875-1 |
128-03-0 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumdimethyldithiocarbamaat |
UK |
204-876-7 |
128-04-1 |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Warfarine-natrium |
IE |
204-929-4 |
129-06-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natrium-2-bifenylaat |
ES |
205-055-6 |
132-27-4 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Captan |
IT |
205-087-0 |
133-06-2 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-(Trichloormethylthio)ftalimide/folpet |
IT |
205-088-6 |
133-07-3 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Methylantranilaat |
FR |
205-132-4 |
134-20-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
N,N-Diethyl-m-toluamide |
SE |
205-149-7 |
134-62-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
22 |
|
Thiram |
BE |
205-286-2 |
137-26-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ziram |
BE |
205-288-3 |
137-30-4 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kaliummethyldithiocarbamaat |
CZ |
205-292-5 |
137-41-7 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Metam-natrium |
BE |
205-293-0 |
137-42-8 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Dinatriumcyaandithiocarbamaat |
CZ |
205-346-8 |
138-93-2 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzododeciniumchloride (1) |
|
205-351-5 |
139-07-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Miristalkoniumchloride (1) |
|
205-352-0 |
139-08-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1,3-Bis(hydroxymethyl)ureum |
HU |
205-444-0 |
140-95-4 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Nabam |
PL |
205-547-0 |
142-59-6 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Laurinezuur |
DE |
205-582-1 |
143-07-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Thiabendazool |
ES |
205-725-8 |
148-79-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Benzothiazool-2-thiol |
N |
205-736-8 |
149-30-4 |
|
2 |
|
|
|
|
7 |
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Naled |
FR |
206-098-3 |
300-76-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Diuron |
DK |
206-354-4 |
330-54-1 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Diazinon |
PT |
206-373-8 |
333-41-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Decaanzuur |
AT |
206-376-4 |
334-48-5 |
|
|
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Cyaanamide |
DE |
206-992-3 |
420-04-2 |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
2-Hydroxy-4-isopropyl-2,4,6-cycloheptatrieen-1-on |
SK |
207-880-7 |
499-44-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumbenzoaat |
DE |
208-534-8 |
532-32-1 |
1 |
2 |
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Dazomet |
BE |
208-576-7 |
533-74-4 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dichloor-N-[(dimethylamino)sulfonyl]fluor-N-(p-tolyl)methaansulfenamide/tolylfluanide |
FI |
211-986-9 |
731-27-1 |
|
|
|
|
|
|
7 |
8 |
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Hydroxyl-2-pyridon |
FR |
212-506-0 |
822-89-9 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,6-Dimethyl-1,3-dioxaan-4-ylacetaat |
AT |
212-579-9 |
828-00-2 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Terbutryn |
SK |
212-950-5 |
886-50-0 |
|
|
|
|
|
|
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dichlofluanide |
UK |
214-118-7 |
1085-98-9 |
|
|
|
|
|
|
7 |
8 |
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Koperthiocyanaat |
FR |
214-183-1 |
1111-67-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Tetradoniumbromide |
N |
214-291-9 |
1119-97-7 |
1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(1,3,4,5,6,7-Hexahydro-1,3-dioxo-2H-isoindool-2-yl)methyl-(1R-trans)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/d-trans-tetramethrin |
DE |
214-619-0 |
1166-46-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
4,5-Dichloor-3H-1,2-dithiool-3-on |
PL |
214-754-5 |
1192-52-5 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Diboortrioxide |
NL |
215-125-8 |
1303-86-2 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Calciumdihydroxide/calciumhydroxide/gebluste kalk/kalkhydraat |
UK |
215-137-3 |
1305-62-0 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Calciumoxide/kalk/ongebluste kalk |
UK |
215-138-9 |
1305-78-8 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zinksulfide |
UK |
215-251-3 |
1314-98-3 |
|
|
|
|
|
|
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Koperoxide |
FR |
215-269-1 |
1317-38-0 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dikoperoxide |
FR |
215-270-7 |
1317-39-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Dinatriumtetraboraat, watervrij |
NL |
215-540-4 |
1330-43-4 |
1 |
2 |
|
|
|
|
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2-Butanon, peroxide |
HU |
215-661-2 |
1338-23-4 |
1 |
2 |
3 |
|
|
6 |
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Monolinuron |
UK |
217-129-5 |
1746-81-2 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,4-Dichloorbenzylalcohol |
CZ |
217-210-5 |
1777-82-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloorthalonil |
NL |
217-588-1 |
1897-45-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Fluometuron |
EL |
218-500-4 |
2164-17-2 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4-(2-Nitrobutyl)morfoline |
UK |
218-748-3 |
2224-44-4 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-(3-Aminopropyl)-N-dodecylpropaan-1,3-diamine |
PT |
219-145-8 |
2372-82-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Didecyldimethylammoniumbromide (2) |
|
219-234-1 |
2390-68-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tolnaftaat |
PL |
219-266-6 |
2398-96-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,2′-Dithiobis[N-methylbenzamide] |
PL |
219-768-5 |
2527-58-4 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
|
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1,2-Benzisothiazool-3(2H)-on |
ES |
220-120-9 |
2634-33-5 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
2-Methyl-2H-isothiazool-3-on |
SI |
220-239-6 |
2682-20-4 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Sulfuryldifluoride |
SE |
220-281-5 |
2699-79-8 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Trocloseen-natrium |
UK |
220-767-7 |
2893-78-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumdichloorisocyanuraat, dihydraat |
UK |
220-767-7 |
51580-86-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mecetroniumethylsulfaat |
PL |
221-106-5 |
3006-10-8 |
1 |
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bis(trichloormethyl)sulfon |
LT |
221-310-4 |
3064-70-8 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Triclosan |
DK |
222-182-2 |
3380-34-5 |
1 |
2 |
3 |
|
|
|
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Oct-1-een-3-ol |
N |
222-226-0 |
3391-86-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
(Ethyleendioxy)dimethanol |
PL |
222-720-6 |
3586-55-8 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloorfacinon |
ES |
223-003-0 |
3691-35-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dipyrithion |
SE |
223-024-5 |
3696-28-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natrium-2,4,6-trichloorfenolaat |
IE |
223-246-2 |
3784-03-0 |
|
2 |
3 |
|
|
6 |
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Pyridine-2-thiol-1-oxide, natriumzout |
SE |
223-296-5 |
3811-73-2 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Methenamine-3-chloorallylchloride |
PL |
223-805-0 |
4080-31-3 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,2′,2″-(Hexahydro-1,3,5-triazine-1,3,5-triyl)triethanol |
PL |
225-208-0 |
4719-04-4 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tetrahydro-1,3,4,6-tetrakis(hydroxymethyl)imidazo[4,5-d]imidazool-2,5(1H,3H)-dion |
ES |
226-408-0 |
5395-50-6 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dimethyldioctylammoniumchloride (2) |
|
226-901-0 |
5538-94-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N,N’-Methyleenbismorfoline |
AT |
227-062-3 |
5625-90-1 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Cumatetralyl |
DK |
227-424-0 |
5836-29-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Terbutylazine |
UK |
227-637-9 |
5915-41-3 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(R)-p-Mentha-1,8-dieen |
PT |
227-813-5 |
5989-27-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Methyleendithiocyanaat |
FR |
228-652-3 |
6317-18-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
1,3-Bis(hydroxymethyl)-5,5-dimethylimidazolidine-2,4-dion |
PL |
229-222-8 |
6440-58-0 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(2-Broom-2-nitrovinyl)benzeen |
SK |
230-515-8 |
7166-19-0 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Didecyldimethylammoniumchloride |
IT |
230-525-2 |
7173-51-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzyldodecyldimethylammoniumbromide (1) |
|
230-698-4 |
7281-04-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Prometryn |
PT |
230-711-3 |
7287-19-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilver |
SE |
231-131-3 |
7440-22-4 |
|
2 |
|
4 |
5 |
|
|
|
9 |
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Koper |
FR |
231-159-6 |
7440-50-8 |
|
2 |
|
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Zwaveldioxide |
DE |
231-195-2 |
7446-09-5 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
Calciumdihexa-2,4-dienoaat |
DE |
231-321-6 |
7492-55-9 |
1 |
|
3 |
|
|
6 |
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Jood |
SE |
231-442-4 |
7553-56-2 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Siliciumdioxide, amorf |
FR |
231-545-4 |
7631-86-9 |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
20 |
|
|
|
Natriumwaterstofsulfiet |
DE |
231-548-0 |
7631-90-5 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
Waterstofchloride/zoutzuur |
LV |
231-595-7 |
7647-01-0 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumchloride |
PT |
231-598-3 |
7647-14-5 |
|
|
|
|
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumbromide |
NL |
231-599-9 |
7647-15-6 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Orthofosforzuur |
PT |
231-633-2 |
7664-38-2 |
|
|
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumhypochloriet |
IT |
231-668-3 |
7681-52-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dinatriumdisulfiet |
DE |
231-673-0 |
7681-57-4 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
Tetramethrin |
DE |
231-711-6 |
7696-12-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Kaliumpermanganaat |
SK |
231-760-3 |
7722-64-7 |
|
|
|
|
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Waterstofperoxide |
FI |
231-765-0 |
7722-84-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Stikstof |
IE |
231-783-9 |
7727-37-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
7a-Ethyldihydro-1H,3H,5H-oxazolo[3,4-c]oxazool |
PL |
231-810-4 |
7747-35-5 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumsulfiet |
DE |
231-821-4 |
7757-83-7 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
Natriumchloriet |
PT |
231-836-6 |
7758-19-2 |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Kopersulfaat |
FR |
231-847-6 |
7758-98-7 |
1 |
2 |
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilvernitraat |
SE |
231-853-9 |
7761-88-8 |
1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumchloraat |
PT |
231-887-4 |
7775-09-9 |
|
2 |
|
|
5 |
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dinatriumperoxodisulfaat/natriumpersulfaat |
PT |
231-892-1 |
7775-27-1 |
|
|
|
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Calciumhypochloriet |
IT |
231-908-7 |
7778-54-3 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloor |
IT |
231-959-5 |
7782-50-5 |
|
2 |
|
|
5 |
|
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ammoniumsulfaat |
UK |
231-984-1 |
7783-20-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilverchloride |
SE |
232-033-3 |
7783-90-6 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Creosoot |
SE |
232-287-5 |
8001-58-9 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Pyrethrinen en pyrethroïden |
ES |
232-319-8 |
8003-34-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Knoflookextract |
PL |
232-371-1 |
8008-99-9 |
|
|
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Lignine |
EL |
232-682-2 |
9005-53-2 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Boorzuur |
NL |
233-139-2 |
10043-35-3 |
1 |
2 |
3 |
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
18 |
|
|
|
22 |
|
Chloordioxide |
PT |
233-162-8 |
10049-04-4 |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Kaliumsulfiet |
DE |
233-321-1 |
10117-38-1 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
Natriumwaterstof-2,2′-methyleenbis[4-chloorfenolaat] |
LV |
233-457-1 |
10187-52-7 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,2-Dibroom-2-cyaanaceetamide |
DK |
233-539-7 |
10222-01-2 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Carbendazim |
DE |
234-232-0 |
10605-21-7 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dinatriumoctaboraat, tetrahydraat |
NL |
234-541-0 |
12280-03-4 |
1 |
2 |
3 |
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Trimagnesiumdifosfide |
DE |
235-023-7 |
12057-74-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
20 |
|
|
23 |
Koper(II)carbonaat-koper(II)hydroxide (1:1) |
FR |
235-113-6 |
12069-69-1 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zineb |
IE |
235-180-1 |
12122-67-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Ammoniumbromide |
SE |
235-183-8 |
12124-97-9 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hexaboordizinkundecaoxide/zinkboraat |
ES |
235-804-2 |
12767-90-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Pyrithionzink |
SE |
236-671-3 |
13463-41-7 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Dodecylguanidine-monohydrochloride |
ES |
237-030-0 |
13590-97-1 |
1 |
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Kalium-2-bifenylaat |
ES |
237-243-9 |
13707-65-8 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Broomchloride |
NL |
237-601-4 |
13863-41-7 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(Benzyloxy)methanol |
UK |
238-588-8 |
14548-60-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bis(1-hydroxy-1H-pyridine-2-thionato-O,S)koper |
SE |
238-984-0 |
14915-37-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
Chloortoluron |
ES |
239-592-2 |
15545-48-9 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natrium-p-chloor-m-kresolaat |
FR |
239-825-8 |
15733-22-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Chloralose |
PT |
240-016-7 |
15879-93-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
15 |
|
|
|
|
|
|
|
23 |
Dikaliumdisulfiet |
DE |
240-795-3 |
16731-55-8 |
1 |
2 |
|
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
22 |
|
D-gluconzuur, verbinding met N,N″-bis(4-chloorfenyl)-3,12-diimino-2,4,11,13-tetraazatetradecaandiamidine (2:1) |
PT |
242-354-0 |
18472-51-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzoxoniumchloride |
CY |
243-008-1 |
19379-90-9 |
1 |
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
p-[(Dijoodmethyl)sulfonyl]tolueen |
UK |
243-468-3 |
20018-09-1 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Koperdihydroxide |
FR |
243-815-9 |
20427-59-2 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dizilveroxide |
SE |
243-957-1 |
20667-12-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Aluminiumfosfide |
DE |
244-088-0 |
20859-73-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
18 |
|
20 |
|
|
23 |
(Benzothiazool-2-ylthio)methylthiocyanaat |
N |
244-445-0 |
21564-17-0 |
|
2 |
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bendiocarb |
UK |
245-216-8 |
22781-23-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
2-Methyl-4-oxo-3-(prop-2-ynyl)cyclopent-2-een-1-yl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/prallethrin |
EL |
245-387-9 |
23031-36-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Kalium-(E,E)-hexa-2,4-dienoaat |
DE |
246-376-1 |
24634-61-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.alfa.,.alfa.″,.alfa.″-Trimethyl-1,3,5-triazine-1,3,5(2H,4H,6H)-triethanol |
AT |
246-764-0 |
25254-50-6 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2-Octyl-2H-isothiazool-3-on |
UK |
247-761-7 |
26530-20-1 |
|
|
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
cis-Tricos-9-een |
AT |
248-505-7 |
27519-02-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Dimethyloctadecyl[3-(trimethoxysilyl)propyl]ammoniumchloride |
ES |
248-595-8 |
27668-52-6 |
|
2 |
|
|
|
|
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N′-tert-Butyl-N-cyclopropyl-6-(methylthio)-1,3,5-triazine-2,4-diamine |
NL |
248-872-3 |
28159-98-0 |
|
|
|
|
|
|
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
3-[3-(4′-Broom[1,1′-bifenyl]-4-yl)-3-hydroxy-1-fenylpropyl]-4-hydroxy-2-benzopyron/bromadiolon |
SE |
249-205-9 |
28772-56-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(Z,E)-Tetradeca-9,12-dienylacetaat |
AT |
250-753-6 |
30507-70-18 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Decyldimethyloctylammoniumchloride (2) |
|
251-035-5 |
32426-11-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Broomchloor-5,5-dimethylimidazolidine-2,4-dion |
NL |
251-171-5 |
32718-18-6 |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3-(4-Isopropylfenyl)-1,1-dimethylureum/isoproturon |
DE |
251-835-4 |
34123-59-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-[[(4-Chloorfenyl)amino]carbonyl]-2,6-difluorbenzamide |
SE |
252-529-3 |
35367-38-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
1-[2-(Allyloxy)-2-(2,4-dichloorfenyl)ethyl]-1H-imidazool/imazalil |
DE |
252-615-0 |
35554-44-0 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
S-[(6-Chloor-2-oxooxazool[4,5-b]pyridine-3(2H)-yl)methyl]-O,O-dimethylthiofosfaat/azamethifos |
UK |
252-626-0 |
35575-96-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
2-Broom-2-(broommethyl)pentaandinitril |
CZ |
252-681-0 |
35691-65-7 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benzyldimethyloleylammoniumchloride (1) |
|
253-363-4 |
37139-99-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Calciummagnesiumoxide/dolomitische kalk |
UK |
253-425-0 |
37247-91-9 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Calciummagnesiumtetrahydroxide/calciummagnesiumhydroxide/dolomitische kalkhydraat |
UK |
254-454-1 |
39445-23-3 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat |
EL |
254-484-5 |
39515-40-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Dimethyltetradecyl[3-(trimethoxysilyl)propyl]ammoniumchloride |
PL |
255-451-8 |
41591-87-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mengsel van cis- en trans-p-menthaan-3,8 diol/citriodiol |
UK |
255-953-7 |
42822-86-6 |
1 |
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
4,4-Dimethyloxazolidine |
UK |
257-048-2 |
51200-87-4 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ethyl-N-acetyl-N-butyl-.beta.-alaninaat |
BE |
257-835-0 |
52304-36-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/cypermethrin |
BE |
257-842-9 |
52315-07-8 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
m-Fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/permethrin |
IE |
258-067-9 |
52645-53-1 |
|
2 |
3 |
|
5 |
|
|
8 |
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
22 |
|
.alfa.-Cyaan-3-fenoxybenzyl-[1R-[1.alfa.(S*),3.alfa.]]-3-(2,2-dibroomvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/deltamethrin |
SE |
258-256-6 |
52918-63-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
1-Ethynyl-2-methylpent-2-enyl-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/empenthrin |
BE |
259-154-4 |
54406-48-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
3-Jood-2-propynylbutylcarbamaat |
DK |
259-627-5 |
55406-53-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tetrakis(hydroxymethyl)fosfoniumsulfaat (2:1) |
MT |
259-709-0 |
55566-30-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3-(3-Bifenyl-4-yl-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxycumarine/difenacum |
FI |
259-978-4 |
56073-07-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4-Hydroxy-3-(3-(4’-broom-4-bifenylyl)-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)cumarine/brodifacum |
IT |
259-980-5 |
56073-10-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1-[[2-(2,4-Dichloorfenyl)-4-propyl-1,3-dioxolaan-2-yl]methyl]-1H-1,2,4-triazool/propiconazool |
FI |
262-104-4 |
60207-90-1 |
1 |
2 |
|
4 |
|
|
7 |
8 |
9 |
10 |
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, kokosalkyltrimethyl, chloriden (3) |
|
263-038-9 |
61789-18-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzylkokosalkyldimethyl, chloriden (1) |
|
263-080-8 |
61789-71-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, dikokosalkyldimethyl, chloriden (2) |
|
263-087-6 |
61789-77-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, bis(gehydrogeneerd talkalkyl)dimethyl, chloriden (2) |
|
263-090-2 |
61789-80-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8- 18-alkyldimethyl, chloriden (1) |
|
264-151-6 |
63449-41-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4,5-Dichloor-2-octyl-2H-isothiazool-3-on |
N |
264-843-8 |
64359-81-5 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
21 |
|
|
2-Chloor-N-[[[4-(trifluormethoxy)fenyl]amino]carbonyl]benzamide |
IT |
264-980-3 |
64628-44-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
3,3′-Methyleenbis[5-methyloxazolidine]/oxazolidine |
AT |
266-235-8 |
66204-44-2 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
|
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-Cyclopropyl-1,3,5-triazine-2,4,6-triamine |
EL |
266-257-8 |
66215-27-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
cis-4-[3-(p-tert-Butylfenyl)-2-methylpropyl]-2,6-dimethylmorfoline/fenpropimorf |
ES |
266-719-9 |
67564-91-4 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.alfa.-Cyaan-4-fluor-3-fenoxybenzyl-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/cyfluthrin |
DE |
269-855-7 |
68359-37-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12- 18-alkyldimethyl, chloriden |
IT |
269-919-4 |
68391-01-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
17 |
|
|
|
|
22 |
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C6- 12-alkyldimethyl, chloriden (2) |
|
269-925-7 |
68391-06-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8- 16-alkyldimethyl, chloriden (1) |
|
270-324-7 |
68424-84-0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12- 16-alkyldimethyl, chloriden |
IT |
270-325-2 |
68424-85-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C8- 10-alkyldimethyl, chloriden |
IT |
270-331-5 |
68424-95-3 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Vetzuren, kokos, reactieproducten met diethanolamine |
HU |
270-430-3 |
68440-04-0 |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C10- 16-alkyldimethyl, chloriden (1) |
|
273-544-1 |
68989-00-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12- 18-alkyldimethyl, zouten met 1,2-benzisothiazool-3(2H)-on-1,1-dioxide (1:1) |
MT |
273-545-7 |
68989-01-5 |
|
2 |
|
4 |
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natrium-N-(hydroxymethyl)glycinaat |
AT |
274-357-8 |
70161-44-3 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Aminen, C10- 16-alkyldimethyl, N-oxiden |
PT |
274-687-2 |
70592-80-2 |
1 |
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Pentakaliumbis(peroxymonosulfaat)bis(sulfaat) |
SI |
274-778-7 |
70693-62-8 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N,N′-(Decaan-1,10-diyldi-1(4H)-pyridyl-4-ylideen)bis(octylammonium)dichloride |
HU |
274-861-8 |
70775-75-6 |
1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1,3-Didecyl-2-methyl-1H-imidazoliumchloride |
CZ |
274-948-0 |
70862-65-6 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
|
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ethyl[2-(4-fenoxyfenoxy)ethyl]carbamaat/fenoxycarb |
DE |
276-696-7 |
72490-01-8 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, di-C8- 18-alkyldimethyl, chloriden (2) |
|
277-453-8 |
73398-64-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1-[1,3-Bis(hydroxymethyl)-2,5-dioxoimidazolidin-4-yl]-1,3-bis(hydroxymethyl)ureum/diazolidinylureum |
LT |
278-928-2 |
78491-02-8 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Diwaterstofbis[monoperoxyftalaat(2-)-O1,OO1]magnesaat(2-), hexahydraat |
PL |
|
114915-85-4 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tributyltetradecylfosfoniumchloride |
PL |
279-808-2 |
81741-28-8 |
|
2 |
|
4 |
|
|
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Margosa extract |
DE |
283-644-7 |
84696-25-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
19 |
|
|
|
|
Teerzuren, polyalkylfenolfractie |
HU |
284-893-4 |
84989-05-9 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Melaleuca alternifolia, extract/Australische theeboomolie |
ES |
285-377-1 |
85085-48-9 |
1 |
2 |
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C12- 14-alkyldimethyl, chloriden |
IT |
287-089-1 |
85409-22-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
17 |
|
|
|
|
22 |
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, C12-14-alkyl[(ethylfenyl)methyl]dimethyl, chloriden |
IT |
287-090-7 |
85409-23-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
17 |
|
|
|
|
22 |
|
Chrysanthemum cinerariaefolium, extract |
ES |
289-699-3 |
89997-63-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Ureum, N,N′-bis(hydroxymethyl)-, reactieproducten met 2-(2-butoxyethoxy)ethanol, ethyleenglycol en formaldehyde |
PL |
292-348-7 |
90604-54-9 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, benzyl-C8- 18-alkyldimethyl, bromiden (1) |
|
293-522-5 |
91080-29-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Lavendel, Lavandula hybrida, extract/lavandinolie |
PT |
294-470-6 |
91722-69-9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Pijnboom, extract |
LV |
304-455-9 |
94266-48-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen, [2-[[2-[(2-carboxyethyl)(2-hydroxyethyl)amino]ethyl]amino]-2-oxoethyl]kokosalkyldimethyl, hydroxiden, inwendige zouten |
LT |
309-206-8 |
100085-64-1 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
|
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Maïskolfspil, gemalen |
EL |
310-127-6 |
999999-99-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1-(3,5-Dichloor-4-(1,1,2,2-tetrafluorethoxy)fenyl)-3-(2,6-difluorbenzoyl)ureum/hexaflumuron |
PT |
401-400-1 |
86479-06-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
1,3-Dichloor-5-ethyl-5-methylimidazolidine-2,4-dion |
NL |
401-570-7 |
89415-87-2 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1-(4-Chloorfenyl)-4,4-dimethyl-3-(1,2,4-triazool-1-ylmethyl)pentaan-3-ol/tebuconazool |
DK |
403-640-2 |
107534-96-3 |
|
|
|
|
|
|
7 |
8 |
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Reactieproducten van: glutaminezuur en N-(C12-14-alkyl)propyleendiamine |
DE |
403-950-8 |
164907-72-6 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mengsel van: (C8-18)alkylbis(2-hydroxyethyl)ammoniumbis(2-ethylhexyl)fosfaat; (C8-18)alkylbis(2-hydroxyethyl)ammonium-2-ethylhexylwaterstoffosfaat |
PL |
404-690-8 |
68132-19-4 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2,3,5,6-Tetrafluorbenzyl-trans-2-(2,2-dichloorvinyl)-3,3-dimethylcyclopropaancarboxylaat/transfluthrin |
NL |
405-060-5 |
118712-89-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
5,5-Dimethylperhydropyrimidin-2-on-.alfa.-(4-trifluormethylstyryl)-.alfa.-(4-trifluormethyl)cinnamylideenhydrazon/hydramethylnon |
IE |
405-090-9 |
67485-29-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
3-Fenoxybenzyl-2-(4-ethoxyfenyl)-2-methylpropylether/etofenprox |
AT |
407-980-2 |
80844-07-1 |
|
2 |
3 |
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
6-(Ftalimido)peroxyhexaanzuur |
IT |
410-850-8 |
128275-31-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Methylneodecanamide |
ES |
414-460-9 |
105726-67-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Mengsel van: alfa-cyaan-3-fenoxybenzyl-(Z)-(1R,3R)-[(S)-3-(2-chloor-3,3,3-trifluorprop-1-enyl)]-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat; alfa-cyaan-3-fenoxybenzyl-(Z)-(1S,3S)-[(R)-3-(2-chloor-3,3,3-trifluorprop-1-enyl)]-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/lambda-cyhalothrin |
SE |
415-130-7 |
91465-08-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
1-(4-(2-Chloor-a,a,a-p-trifluortolyloxy)-2-fluorfenyl)-3-(2,6-difluorbenzolyl)ureum/flufenoxuron |
FR |
417-680-3 |
101463-69-8 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
2-Butyl-benzo[d]isothiazool-3-on |
CZ |
420-590-7 |
4299-07-4 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tetrachloordecaoxidecomplex |
DE |
420-970-2 |
92047-76-2 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mengsel van: cis-4-hydroxy-3-(1,2,3,4-tetrahydro-3-(4-(4-trifluormethylbenzyloxy)fenyl)-1-naftyl)cumarine; trans-4-hydroxy-3-(1,2,3,4-tetrahydro-3-(4-(4-trifluormethylbenzyloxy)fenyl)-1-naftyl)cumarine/flocumafen |
NL |
421-960-0 |
90035-08-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
sec-Butyl-2-(2-hydroxyethyl)piperidine-1-carboxylaat/icaridine |
DK |
423-210-8 |
119515-38-7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
19 |
|
|
|
|
Fipronil |
FR |
424-610-5 |
120068-37-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
cis-1-(3-Chloorallyl)-3,5,7-triaza-1-azoniaadamantaanchloride |
PL |
426-020-3 |
51229-78-8 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
|
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1-(6-Chloorpyridin-3-ylmethyl)-N-nitroimidazolidin-2-ylideenamine/Imidacloprid |
DE |
428-040-8 |
138261-41-3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Thiamethoxam |
ES |
428-650-4 |
153719-23-4 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
[2,4-Dioxo-(2-propyn-1-yl)imidazolidin-3-yl]methyl-(1R)-cis-chrysanthemaat; [2,4-dioxo-(2-propyn-1-yl)imidazolidin-3-yl]methyl-(1R)-trans-chrysanthemaat/imiprothrin |
UK |
428-790-6 |
72963-72-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
5-Chloor-2-(4-chloorfenoxy)fenol |
AT |
429-290-0 |
3380-30-1 |
1 |
2 |
|
4 |
|
6 |
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2-(1-Methyl-2-(4-fenoxyfenoxy)ethoxy)pyridine/pyriproxyfen |
NL |
429-800-1 |
95737-68-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
3-Benzo(b)thieen-2-yl-5,6-dihydro-1,4,2-oxathiazine,4-oxide |
PT |
431-030-6 |
163269-30-5 |
|
|
|
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Reactieproducten van diisopropanolamine met formaldehyde (1:4) |
HU |
432-440-8 |
220444-73-5 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Reactieproduct van dimethyladipaat, dimethylglutaraat, dimethylsuccinaat met waterstofperoxide/Perestane |
HU |
432-790-1 |
— |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bis(3-aminopropyl)octylamine |
CZ |
433-340-7 |
86423-37-2 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(E)-1-(2-Chloor-1,3-thiazool-5-ylmethyl)-3-methyl-2-nitroguanidine/chlothianidine |
DE |
433-460-1 |
210880-92-5 |
|
|
3 |
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Peroxycaprylzuur |
FR |
|
33734-57-5 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Cyclohexylhydroxydiazen-1-oxide, kaliumzout |
AT |
|
66603-10-9 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bis[1-cyclohexyl-1,2-di(hydroxy-.kappa.O)diazeniumato(2-)]-koper |
AT |
|
312600-89-8 |
|
2 |
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilverzeoliet A |
SE |
|
— |
|
2 |
|
4 |
5 |
|
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bacillus sphaericus |
IT |
Micro-organisme |
143447-72-7 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Bacillus thuringiensis subsp. israelensis Serotype H14 |
IT |
Micro-organisme |
— |
|
2 |
|
|
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Bacillus subtilis |
DE |
Micro-organisme |
— |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Alkylbenzyldimethylammoniumchloride/benzalkoniumchloride (1) |
|
Mengsel |
8001-54-5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mengsel van 5-chloor-2-methyl-2H-isothiazool-3-on (Einecs-nr. 247-500-7) en 2-methyl-2H-isothiazool-3-on (Einecs-nr. 220-239-6) |
FR |
Mengsel |
55965-84-9 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Aminen, n-C10-16-alkyltrimethyleendi-, reactieproducten met chloorazijnzuur |
IE |
Mengsel |
139734-65-9 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
|
|
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumjodiden |
ES |
Mengsel |
308074-50-2 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Mengsel van 1-fenoxypropaan-2-ol (Einecs-nr. 212-222-7) en 2-fenoxypropanol (Einecs-nr. 224-027-4) |
UK |
Mengsel |
— |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
|
|
10 |
11 |
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Actief chloor: reactieproduct van hypochloorzuur en natriumhypochloriet, in situ geproduceerd |
SK |
Mengsel |
— |
|
2 |
3 |
4 |
5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kaliumzouten van vetzuren (C15-21) |
DE |
Mengsel |
— |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (benzylalkyldimethyl(alkyl van C8-C22, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of hydroxiden)/BKC |
IT |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
— |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (dialkyldimethyl(alkyl van C6-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/DDAC |
IT |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
— |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Quaternaire ammoniumverbindingen (alkyltrimethyl(alkyl van C8-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/TMAC |
IT |
Mengsel van stoffen uit de Einecs-lijst |
— |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Natriumlignosulfonaat |
HU |
Natuurlijk polymeer |
8061-51-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilver-zink-aluminium-boorfosfaatglas/glasoxide, zilver en zink bevattend |
SE |
Nog niet toegekend |
398477-47-9 |
1 |
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Zilvernatriumwaterstofzirkoniumfosfaat |
SE |
Nog niet toegekend |
— |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
7 |
|
9 |
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(±)-1-(.beta.-Allyloxy-2,4-dichloorfenylethyl)imidazool/imazalil van technische kwaliteit |
DE |
Gewasbeschermingsmiddel |
73790-28-0 |
|
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Siliciumdioxide/diatomeeënaarde |
FR |
Gewasbeschermingsmiddel |
61790-53-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
S-Methopreen/isopropyl-(S-(E,E))-11-methoxy-3,7,11-trimethyldodeca-2,4-dienoaat |
IE |
Gewasbeschermingsmiddel |
65733-16-6 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Esfenvaleraat/(S)-.alfa.-cyaan-3-fenoxybenzyl-(S)-2-(4-chloorfenyl)-3-methylbutyraat |
PT |
Gewasbeschermingsmiddel |
66230-04-4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
[1.alfa.(S*),3.alfa.]-(.alfa.)-Cyaan-(3-fenoxyfenyl)methyl-3-(2,2-dichloorethenyl)-2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaancarboxylaat/alfa-cypermethrin |
BE |
Gewasbeschermingsmiddel |
67375-30-8 |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Abamectine (mengsel van Avermectine B1a; > 80 %, Einecs-nr. 265-610-3; en Avermectine B1b; < 20 %, Einecs-nr. 265-611-9) |
NL |
265-610-3 |
71751-41-2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Cyclopropaancarbonzuur, 3-[(1Z)-2-chloor-3,3,3-trifluor-1-propenyl]-2,2-dimethyl-, (2-methyl[1,1′-bifenyl]-3-ylmethylester, (1R,3R)-rel-/bifenthrin/bifenaat |
FR |
Gewasbeschermingsmiddel |
82657-04-3 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
.alfa.-(4-Chloorfenyl)-.alfa.-(1-cyclopropylethyl)-1H-1,2,4-triazool-1-ethanol/cyproconazool |
IE |
Gewasbeschermingsmiddel |
94361-06-5 |
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3-(3-(4′-Broom-(1,1′-bifenyl)-4-yl)-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxybenzothiopyraan-2-on/3-((RS,3RS;1RS,3SR)-3-(4′-broombifenyl-4-yl-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl)-4-hydroxy-1-benzothin-2-on/difethialon |
N |
Gewasbeschermingsmiddel |
104653-34-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Guazatinetriacetaat |
UK |
Gewasbeschermingsmiddel |
115044-19-4 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4-Broom-2-(4-chloorfenyl)-1-(ethoxymethyl)-5-(trifluormethyl)-1H-pyrrool-3-carbonitril/chloorfenapyr |
PT |
Gewasbeschermingsmiddel |
122453-73-0 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
8 |
9 |
10 |
|
12 |
13 |
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Aluminiumnatriumsilicaat-zilvercomplex/zilverzeoliet |
SE |
Gewasbeschermingsmiddel |
130328-18-6 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Aluminiumnatriumsilicaat-zilverzinkcomplex/zilverzinkzeoliet |
SE |
Gewasbeschermingsmiddel |
130328-20-0 |
1 |
2 |
|
|
|
6 |
7 |
|
9 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-((6-Chloor-3-pyridinyl)methyl)-N′-cyaan-N-methylethanimidamide/acetamiprid |
BE |
Gewasbeschermingsmiddel |
160430-64-8 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
3-Fenoxybenzyl-(1R)-cis,trans-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat/d-fenothrin |
IE |
Gewasbeschermingsmiddel |
188023-86-1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Mengsel van 5-hydroxymethoxymethyl-1-aza-3,7-dioxabicyclo(3.3.0)octaan (CAS-nr. 59720-42-2; 16,0 %), 5-hydroxy-1-aza-3,7-dioxabicyclo(3.3.0)octaan (Einecs-nr. 229-457-6; 28,8 %) en 5-hydroxypoly[methyleenoxy]methyl-1-aza-3,7-dioxabicyclo[3.3.0]octaan (CAS-nr. 56709-13-8; 5,2 %) in water (50 %) |
PL |
Gewasbeschermingsmiddel |
— |
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 2 isomeren: 1R trans: 1RS; 1:1)/bioallethrin/d-trans-allethrin |
DE |
Gewasbeschermingsmiddel |
— |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R;1R,3S)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 4 isomeren: 1R trans, 1R: 1R trans, 1S: 1R cis, 1R: 1R cis, 1S; 4:4:1:1)/d-allethrin |
DE |
Gewasbeschermingsmiddel |
— |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
(RS)-3-Allyl-2-methyl-4-oxocyclopent-2-enyl-(1R,3R)-2,2-dimethyl-3-(2-methylprop-1-enyl)cyclopropaancarboxylaat (mengsel van 2 isomeren: 1R trans: 1R/S; 1:3)/esbiothrin |
DE |
Gewasbeschermingsmiddel |
— |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Spinosad: fermentatieproduct van een bodemmicro-organisme; bevat Spinosyn A en Spinosyn D |
NL |
Gewasbeschermingsmiddel |
— |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
18 |
|
|
|
|
|
Polyvinylpyrrolidonjood |
SE |
Polymeer |
25655-41-8 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
Polymeer van N-methylmethanamine (Einecs-nr. 204-697-4) met (chloormethyl)oxiraan (Einecs-nr. 203-439-8)/polymeer quaternair ammoniumchloride |
HU |
Polymeer |
25988-97-0 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Polymeer van formaldehyde en acroleïne |
HU |
Polymeer |
26781-23-7 |
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Monohydrochloride van het polymeer van N,N″′-1,6-hexaandiylbis[N′-cyaanguanidine] (Einecs-nr. 240-032-4) en hexamethyleendiamine (Einecs-nr. 204-679-6)/polyhexamethyleenbiguanide (monomeer: 1,5-bis(trimethyleen)guanylguanidinium-monohydrochloride) |
FR |
Polymeer |
27083-27-8/32289-58-0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
|
|
9 |
|
11 |
12 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 |
|
N,N,N′,N′-Tetramethylethyleendiaminebis(2-chloorethyl)ether-copolymeer |
UK |
Polymeer |
31075-24-8 |
|
2 |
|
|
|
|
|
|
9 |
|
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Poly(hexamethyleendiamineguanidiniumchloride) |
FR |
Polymeer |
57028-96-3 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
Poly(hexamethyleenbiguanide) |
FR |
Polymeer |
91403-50-8 |
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
|
|
9 |
10 |
11 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Poly(oxy-1,2-ethaandiyl),.alfa.-[2-(didecylmethylammonio)ethyl]-.omega.-hydroxy-, propanoaat (zout) |
IT |
Polymeer |
94667-33-1 |
|
2 |
3 |
4 |
|
6 |
|
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Copolymeer van 2-propenal en propaan-1,2-diol |
HU |
Polymeer |
191546-07-3 |
|
|
|
|
|
6 |
7 |
|
|
10 |
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
N-Didecyl-N-dipolyethoxyammoniumboraat/didecylpolyoxethylammoniumboraat |
EL |
Polymeer |
214710-34-6 |
|
2 |
|
|
|
6 |
|
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Oligo(2-(2-ethoxy)ethoxyethylguanidiniumchloride) |
FR |
Polymeer |
374572-91-5 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
|
9 |
10 |
11 |
12 |
13 |
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
(1) Valt onder quaternaire ammoniumverbindingen (benzylalkyldimethyl(alkyl van C8-C22, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of hydroxiden)/BKC.
(2) Valt onder quaternaire ammoniumverbindingen (dialkyldimethyl(alkyl van C6-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/DDAC.
(3) Valt onder quaternaire ammoniumverbindingen (alkyltrimethyl(alkyl van C8-C18, verzadigd en onverzadigd, talkalkyl, kokosalkyl en soja-alkyl)chloriden, bromiden, of methylsulfaten)/TMAC.
BIJLAGE III
Eisen voor het volledige dossier en voor de samenvatting van het dossier
a) |
Het volledige dossier moet de originele test- en studieverslagen voor elk punt van de bijlagen IIA en IIB of de bijlagen IVA en IVB bij Richtlijn 98/8/EG bevatten en indien gespecificeerd de desbetreffende delen van de bijlagen IIIA en IIIB bij die richtlijn, alsmede de in artikel 11, lid 1, onder b), van die richtlijn bedoelde samenvatting van het dossier. |
b) |
De samenvatting van het dossier moet bevatten:
|
c) |
Bij de indiening van de dossiers moeten de door de Commissie beschikbaar gestelde formaten worden gebruikt. Daarnaast moet het door de Commissie beschikbaar gestelde speciale softwarepakket (IUCLID) worden gebruikt voor de delen van de dossiers waarop IUCLID van toepassing is. De formaten en nadere instructies over de eisen inzake gegevensverstrekking en de opstelling van dossiers zijn te vinden op de ECB-homepage: http://ecb.jrc.it/biocides |
d) |
Voor bestaande werkzame stoffen die zijn of worden geëvalueerd in het kader van het beoordelingsprogramma voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), kan het voorgeschreven formaat voor een aanvraag tot opneming in bijlage I bij die richtlijn worden gebruikt voor de opstelling van het dossier voor opneming van de bestaande werkzame stof in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG, waarbij rekening dient te worden gehouden met relevante verschillen in de dossiereisen. Een samenvatting van het dossier moet in IUCLID worden ingevoerd. Aanvullende informatie over het gebruik als biocide moet worden overeenkomstig de eisen van deze verordening ingediend. |
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/66 |
VERORDENING (EG) Nr. 1452/2007 VAN DE COMMISSIE
van 7 december 2007
tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name op artikel 9, lid 1, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om de uniforme toepassing te waarborgen van de gecombineerde nomenclatuur die als bijlage bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 is gevoegd, dienen bepalingen te worden vastgesteld voor de indeling van de in de bijlage bij de onderhavige verordening opgenomen goederen. |
(2) |
Bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 zijn de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur vastgesteld. Deze regels zijn ook van toepassing op iedere andere nomenclatuur die, geheel of gedeeltelijk of met toevoeging van onderverdelingen, de gecombineerde nomenclatuur overneemt en die bij specifieke communautaire voorschriften is vastgesteld voor de toepassing van tarief- of andere maatregelen in het kader van het goederenverkeer. |
(3) |
Met toepassing van genoemde algemene regels, dienen de in kolom 1 van de tabel omschreven goederen die zijn opgenomen in de bijlage bij deze verordening te worden ingedeeld onder de daarmee corresponderende GN-codes die zijn vermeld in kolom 2, op grond van de motiveringen die zijn opgenomen in kolom 3 van voornoemde tabel. |
(4) |
Het is wenselijk dat een beroep kan worden gedaan op een door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting betreffende de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur die niet in overeenstemming is met de bepalingen van onderhavige verordening, door de rechthebbende, gedurende drie maanden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautaire douanewetboek (2). |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De goederen omschreven in kolom 1 van de in de bijlage opgenomen tabel worden in de gecombineerde nomenclatuur ingedeeld onder de corresponderende GN-codes vermeld in kolom 2 van voornoemde tabel.
Artikel 2
Op de door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting die niet in overeenstemming is met de bepalingen van de onderhavige verordening, kan gedurende drie maanden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92, een beroep worden gedaan.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 7 december 2007.
Voor de Commissie
László KOVÁCS
Lid van de Commissie
(1) PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1352/2007 van de Commissie (PB L 303 van 21.11.2007, blz. 3).
(2) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
BIJLAGE
Omschrijving |
Indeling (GN-code) |
Motivering |
||
(1) |
(2) |
(3) |
||
|
8483 90 89 |
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 a) op hoofdstuk XVI, en de tekst van de GN-codes 8483, 8483 90 en 8483 90 89. De draairing heeft een functie als vermeld in hoofdstuk 84. Daarom moet hij onder deze post worden ingedeeld en niet als onderdeel van een graafmachine onder post 8431. Het wordt niet aangemerkt als „getande overbrengingen of wrijvingswielen” van onderverdeling 8483 40 omdat het bestaat uit een enkele getande ring. De draaiende (zwenkende) beweging, veroorzaakt door de tanden, bepaalt de functie van het product en daarom moet de draairing worden ingedeeld als afzonderlijk aangeboden overbrengingsorgaan, ander dan tandwielen, onder onderverdeling 8483 90 89. |
||
|
8703 23 19 |
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur en de tekst van de GN-codes 8703, 8703 23 en 8703 23 19. Ofschoon het voertuig bestuurd wordt door middel van een stuur van het type gebruikt bij motorfietsen en er uitziet als een motorfiets, kan het niet als motorfiets van post 8711 worden beschouwd, vanwege de aanwezigheid van de achteruitversnelling en het differentieel. Daarom moet het product worden ingedeeld als motorvoertuig van een eenvoudiger bouw, ontworpen voor het vervoer van personen, van post 8703 (zie de GS-toelichting op post 8703, tweede alinea). |
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/68 |
VERORDENING (EG) Nr. 1453/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
tot vaststelling van de forfaitaire vergoeding per bedrijfsformulier voor het boekjaar 2008 in het kader van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening nr. 79/65/EEG van de Raad van 15 juni 1965 tot oprichting van een boekhoudkundig informatienet betreffende de inkomens en de bedrijfseconomische positie van de landbouwbedrijven in de Europese Economische Gemeenschap (1),
Gelet op Verordening (EEG) nr. 1915/83 van de Commissie van 13 juli 1983 houdende enige uitvoeringsbepalingen inzake de boekhoudingen voor de constatering van de inkomens in de landbouwbedrijven (2), en met name op artikel 5, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1915/83 is bepaald dat de Commissie de lidstaten een forfaitaire vergoeding betaalt voor elk naar behoren ingevuld bedrijfsformulier dat binnen de in artikel 3 van die verordening gestelde termijn aan haar is toegezonden. |
(2) |
Bij Verordening (EG) nr. 1859/2006 van de Commissie (3) is het bedrag van de forfaitaire vergoeding voor het boekjaar 2007 vastgesteld op 148 EUR per bedrijfsformulier. Gezien de ontwikkeling van het kostenpeil en het effect daarvan op de kosten van het invullen van het bedrijfsformulier, moet de vergoeding worden herzien. |
(3) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1915/83 bedoelde forfaitaire vergoeding wordt vastgesteld op 151 EUR.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing voor het boekjaar 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB 109 van 23.6.1965, blz. 1859/65. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
(2) PB L 190 van 14.7.1983, p. 25. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1192/2005 (PB L 194 van 26.7.2005, blz. 3).
(3) PB L 358 van 16.12.2006, blz. 30.
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/69 |
VERORDENING (EG) Nr. 1454/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
houdende gemeenschappelijke bepalingen betreffende inschrijvingen voor de vaststelling van uitvoerrestituties voor bepaalde landbouwproducten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 31, lid 14,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (2), en met name op artikel 18,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (3), en met name op artikel 15, lid 3,
Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (4), en met name op artikel 33, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op grond van artikel 31, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 en de overeenkomstige artikelen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor landbouwproducten kan het verschil tussen de noteringen of prijzen op de wereldmarkt en die in de Gemeenschap voor bepaalde landbouwproducten door uitvoerrestituties worden overbrugd voor zover dit nodig is om de uitvoer van die producten mogelijk te maken en binnen de grenzen die voortvloeien uit de overeenkomsten die zijn gesloten in overeenstemming met artikel 300 van het Verdrag. |
(2) |
Om de beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk aan te wenden en tussen exporteurs die van de uitvoerrestitutieregeling gebruik willen maken, meer transparantie te creëren en de concurrentie te verhogen, kan de Commissie de restituties via een inschrijving vaststellen voor producten waarvoor die procedure vroeger reeds was ingesteld. |
(3) |
In de verordeningen van de Commissie houdende uitvoeringsbepalingen inzake het houden van een inschrijving voor de vaststelling van uitvoerrestituties voor bepaalde gemeenschappelijke marktordeningen zijn uiteenlopende procedureregels voor die inschrijvingen vastgesteld. |
(4) |
Om die regels te vereenvoudigen en de beheers- en controlemechanismen efficiënter te maken moeten gemeenschappelijke bepalingen worden vastgesteld voor het beheer van de inschrijvingen tot vaststelling van uitvoerrestituties. |
(5) |
Om de administratieve rompslomp voor marktdeelnemers en nationale bestuursdiensten te verminderen moet de inschrijving aan de aanvraag van uitvoercertificaten worden gekoppeld en moet, zodra wordt gegund, de inschrijvingszekerheid ook als zekerheid voor het certificaat gelden. |
(6) |
De offertes moeten alle gegevens bevatten die voor de beoordeling ervan nodig zijn en er moet een regeling worden ingesteld voor de mededeling van gegevens tussen de lidstaten en de Commissie. |
(7) |
De zekerheid moet garanderen dat de aanvaarde hoeveelheden worden uitgevoerd overeenkomstig het in het kader van de inschrijving afgegeven certificaat. Bijgevolg moeten bepalingen worden vastgesteld voor het vrijgeven en verbeurdverklaren van de zekerheid die wordt gesteld overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2220/85 van de Commissie van 22 juli 1985 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake de regeling voor het stellen van zekerheden voor landbouwproducten (5). |
(8) |
Op basis van de ontvangen offertes kan een maximumuitvoerrestitutie worden vastgesteld. De marktomstandigheden kunnen echter zo zijn dat het om economische of andere redenen noodzakelijk is alle ontvangen offertes te weigeren. |
(9) |
Uit de ervaring blijkt dat er bepalingen moeten worden vastgesteld om de indiening van documenten met onjuiste gegevens tegen te gaan. Daarom moet een passende sanctieregeling worden ingesteld, waarbij ook moet worden bepaald in welke gevallen geen sancties hoeven te worden toegepast. |
(10) |
Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie van 15 april 1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten (6) en Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie van 9 juni 2000 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten (7) dienen te gelden voor de uitvoerrestituties waarin deze verordening voorziet. |
(11) |
Aangezien gemeenschappelijke bepalingen worden vastgesteld, moeten Verordening (EEG) nr. 584/1975 van de Commissie van 6 maart 1975 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake het houden van een openbare inschrijving voor de restitutie bij uitvoer in de sector rijst (8) en Verordening (EG) nr. 580/2004 van de Commissie van 26 maart 2004 houdende een inschrijvingsprocedure tot vaststelling van de uitvoerrestituties voor bepaalde zuivelproducten (9) worden ingetrokken. |
(12) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van de betrokken Comités van beheer, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Toepassingsgebied
1. Deze verordening bevat gemeenschappelijke bepalingen voor de organisatie en het beheer van inschrijvingen tot vaststelling van het bedrag van uitvoerrestituties voor producten van de volgende sectoren:
a) |
melk en zuivelproducten, |
b) |
granen, |
c) |
rijst, |
d) |
suiker. |
Zij is van toepassing onverminderd de afwijkingen en de bijzondere bepalingen die zijn vastgesteld in de verordeningen van de Commissie waarbij een inschrijving is geopend voor de vaststelling van uitvoerrestituties voor de in de eerste alinea genoemde landbouwproducten.
2. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder „de bevoegde autoriteiten van de lidstaten” verstaan de door de lidstaten als betaalorgaan erkende diensten of instanties die voldoen aan artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad (10).
3. De Verordeningen (EG) nr. 800/1999 en (EG) nr. 1291/2000 zijn van toepassing tenzij in de onderhavige verordening anders is bepaald.
Artikel 2
Opening van inschrijvingen
1. Voor elk betrokken product wordt de inschrijving bij een verordening van de Commissie, hierna de „verordening tot opening van de inschrijving” genoemd, geopend volgens de procedure als bedoeld in artikel 42, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 en de overeenkomstige artikelen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor de betrokken landbouwproducten.
2. De verordening tot opening van de inschrijving bevat de volgende gegevens:
a) |
de producten waarop de inschrijving betrekking heeft, met de desbetreffende GN-codes; |
b) |
de periode waarop de inschrijving betrekking heeft („inschrijvingsperiode”) en de verschillende subperioden waarin de offertes kunnen worden ingediend; |
c) |
begin en einde van de termijn waarin de offertes kunnen worden ingediend; |
d) |
indien nodig, de totale hoeveelheid waarop de inschrijving betrekking heeft; |
e) |
de minimumhoeveelheid waarop een offerte betrekking moet hebben; |
f) |
het bedrag van de zekerheid; |
g) |
de bestemming waarnaar de producten moeten worden uitgevoerd, voor zover dit vereist is; |
h) |
de bevoegde autoriteit van de lidstaten aan wie de offertes moeten worden toegestuurd. |
3. De in lid 2, onder b), d), en h), vereiste gegevens kunnen in een bericht van inschrijving in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt.
4. Tussen de inwerkingtreding van de verordening tot opening van de inschrijving of de bekendmaking van het bericht van inschrijving en de eerste datum voor indiening van de offertes moeten minstens 6 dagen verlopen.
Artikel 3
Indiening van de offertes en aanvraag van uitvoercertificaten
1. De offertes worden door in de Gemeenschap gevestigde en er voor btw-doeleinden geregistreerde marktdeelnemers ingediend bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten die in de verordening tot opening van de inschrijving of in het bericht van inschrijving zijn vermeld.
2. De offertes worden ingediend samen met en aan de hand van het formulier voor de aanvraag van een uitvoercertificaat waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1291/2000.
3. De offertes kunnen elektronisch worden ingediend volgens het procedé dat de betrokken lidstaat ter beschikking van de marktdeelnemers stelt. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten kunnen eisen dat de elektronisch ingediende offertes vergezeld gaan van een geavanceerde elektronische handtekening in de zin van artikel 2, punt 2, van Richtlijn 1999/93/EG van het Europees Parlement en de Raad (11). In alle andere gevallen eisen de bevoegde autoriteiten een elektronische handtekening die met betrekking tot de functionaliteiten van een handtekening gelijkwaardige garanties biedt, en daartoe passen zij dezelfde regels en voorwaarden toe als die welke zijn vervat in de voorschriften van de Commissie voor elektronische en digitale documenten, als vastgesteld bij Besluit nr. 2004/563/EG, Euratom, van de Commissie (12), en de bepalingen voor de uitvoering daarvan (13).
4. Als artikel 2, lid 2, onder g), wordt toegepast, worden op de certificaataanvraag de bestemmingen vermeld die in de verordening tot opening van de inschrijving zijn aangegeven.
5. Een offerte is geldig als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
a) |
de offerte bevat in vak 20 van de certificaataanvraag een verwijzing naar de verordening tot opening van de inschrijving, alsmede de datum waarop de subperiode voor de indiening van de offertes afloopt; |
b) |
zij vermeldt in vak 4 van de certificaataanvraag de identificatiegegevens van de inschrijver: naam, adres en btw-nummer; |
c) |
zij vermeldt in vak 16 van de certificaataanvraag de GN-code van het product; |
d) |
zij is, in voorkomend geval, in overeenstemming met de minimum- en de maximumhoeveelheid die in de verordening tot opening van de inschrijving zijn aangegeven; |
e) |
zij vermeldt in vak 20 van de certificaataanvraag de uitvoerrestitutie per eenheid, uitgedrukt in euro en eurocent; |
f) |
zij vermeldt in de vakken 17 en 18 van de certificaataanvraag de hoeveelheid product die zal worden uitgevoerd; |
g) |
zij specificeert in vak 7 van de certificaataanvraag de uitvoerbestemming wanneer artikel 2, lid 2, onder g), wordt toegepast; |
h) |
de inschrijver heeft vóór het verstrijken van de subperiode voor de indiening van de offertes een zekerheid gesteld overeenkomstig titel III van Verordening (EEG) nr. 2220/85 en in afwijking van artikel 15, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1291/2000, en heeft het bewijs daarvan geleverd binnen dezelfde periode; |
i) |
de offerte omvat geen andere, door de inschrijver geformuleerde voorwaarden dan die welke in dit lid zijn vermeld; |
j) |
zij is opgesteld in de officiële taal of een van de officiële talen van de lidstaat waar de offerte wordt ingediend. |
6. De inschrijvingszekerheid geldt als zekerheid voor het uitvoercertificaat.
7. Na de indiening kan een offerte niet meer worden ingetrokken of gewijzigd.
Artikel 4
Onderzoek van de offertes
1. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten onderzoeken de offertes op basis van de in artikel 3, lid 5, vermelde elementen. Zij controleren met name de juistheid van de gegevens en besluiten of de offertes al dan niet geldig zijn.
2. Personen die zijn gemachtigd om offertes te ontvangen en te onderzoeken, mogen onbevoegden niets over de offertes meedelen.
3. Wanneer de offerte ongeldig is, delen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten dit aan de inschrijver mee.
Artikel 5
Kennisgeving van de offertes aan de Commissie
1. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten stellen de Commissie in kennis van alle geldige offertes.
2. In de kennisgevingen worden de in artikel 3, lid 5, onder b), bedoelde gegevens niet vermeld.
3. De kennisgevingen geschieden elektronisch, op de door de Commissie aan de lidstaten meegedeelde wijze en binnen een specifieke periode die is vastgesteld bij de verordening van de Commissie tot opening van de betrokken inschrijving.
De vorm en de inhoud van de kennisgevingen worden vastgesteld op basis van de modellen die de Commissie ter beschikking stelt van de lidstaten. Deze modellen mogen pas worden gebruikt nadat het bevoegde Comité van beheer ervan in kennis is gesteld.
4. Als geen offertes worden ingediend, delen de lidstaten dit aan de Commissie mee in de in lid 3 bedoelde periode.
Artikel 6
Besluit op basis van de offertes
1. Op grond van de offertes die overeenkomstig artikel 5, lid 1, zijn meegedeeld, besluit de Commissie volgens de procedure als bedoeld in artikel 42, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 en de overeenkomstige artikelen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor de betrokken landbouwproducten:
a) |
geen maximumrestitutie vast te stellen, dan wel |
b) |
een maximumrestitutie vast te stellen. |
2. Voor offertes die op het niveau van de maximumrestitutie worden ingediend, kan de Commissie, wanneer artikel 2, lid 2, onder d), wordt toegepast, een coëfficiënt vaststellen voor de gunning van de hoeveelheden waarvoor is ingeschreven.
3. Het restitutiebesluit wordt in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.
Artikel 7
Besluiten inzake offertes en afgifte van uitvoercertificaten
1. Als overeenkomstig artikel 6, lid 1, een maximumuitvoerrestitutie is vastgesteld, aanvaarden de bevoegde autoriteiten van de lidstaten de offertes waarin een restitutie is opgegeven die ten hoogste gelijk is aan die maximumrestitutie. Alle overige offertes worden geweigerd.
2. Als geen restitutie is vastgesteld, worden alle offertes geweigerd.
De bevoegde autoriteiten van de lidstaten aanvaarden geen offertes die niet overeenkomstig artikel 5, lid 1, zijn meegedeeld.
3. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten nemen de in lid 1 bedoelde besluiten na de bekendmaking van het in artikel 6, lid 1, bedoelde restitutiebesluit van de Commissie.
4. Uiterlijk op de vijfde werkdag na de inwerkingtreding van het besluit van de Commissie tot vaststelling van een maximumrestitutie geeft de bevoegde autoriteit van de lidstaat aan de inschrijvers aan wie wordt gegund, uitvoercertificaten af voor de aanvaarde hoeveelheid, onder vermelding van de in de offerte opgegeven restitutie. Als artikel 2, lid 2, onder g), wordt toegepast, worden op het certificaat de bestemmingen vermeld die in de verordening tot opening van de inschrijving zijn aangegeven.
5. In afwijking van artikel 23, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 is het uitvoercertificaat geldig met ingang van de dag van de feitelijke afgifte.
Artikel 8
Rechten en plichten van de inschrijvers aan wie wordt gegund
1. De inschrijvers aan wie wordt gegund, hebben op grond van het in artikel 7, lid 3, bedoelde besluit recht op een uitvoercertificaat voor de in dat besluit aanvaarde hoeveelheid en uitvoerrestitutie.
2. Als artikel 2, lid 2, onder g), wordt toegepast, moeten de inschrijvers aan wie wordt gegund, de aanvaarde hoeveelheid binnen de geldigheidsduur van het certificaat uitvoeren naar de in die bepaling bedoelde bestemming.
Artikel 9
Vrijgave en verbeurdverklaring van de zekerheid
1. De primaire eis in de zin van artikel 20, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2220/85 is dat de aanvaarde hoeveelheid binnen de geldigheidsduur van het certificaat wordt uitgevoerd. Als de verordening tot opening van de inschrijving voorziet in een specifieke bestemming als bedoeld in artikel 2, lid 2, onder g), van de onderhavige verordening, is artikel 35, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 van toepassing.
2. De zekerheid wordt vrijgegeven als:
a) |
de offerte ongeldig is of geweigerd wordt; |
b) |
aan de in artikel 8, lid 2, genoemde verplichting is voldaan; |
c) |
als artikel 6, lid 2, wordt toegepast, stemt het bedrag van de vrijgegeven zekerheid overeen met de niet-aanvaarde hoeveelheid. |
3. Behalve bij overmacht wordt de zekerheid verbeurd wanneer niet wordt voldaan aan de in artikel 8, lid 2, bedoelde verplichting.
Artikel 10
Terugvordering van restituties — Sancties
1. Onverminderd hoofdstuk 2 van titel IV van Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie sluiten de bevoegde autoriteiten van de lidstaat, als wordt geconstateerd dat een document dat een inschrijver verstrekt om de uit deze verordening voortvloeiende rechten toegekend te krijgen, onjuiste gegevens bevat en die onjuiste gegevens doorslaggevend zijn voor de toekenning van die rechten, voor een periode van één jaar vanaf het ogenblik waarop het definitieve administratieve besluit tot constatering van de onregelmatigheid is genomen, de inschrijver van deelname aan de regeling voor de toekenning van uitvoerrestituties via een inschrijving uit voor de producten waarop de betrokken procedure betrekking heeft.
2. Lid 1 is niet van toepassing als de aanvrager ten genoegen van de bevoegde autoriteiten bewijst dat de in de aanhef van lid 1 bedoelde situatie niet aan grove nalatigheid zijnerzijds te wijten is of dat die situatie het gevolg is van overmacht of van een kennelijke fout.
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de gevallen waarin lid 1 wordt toegepast. De Commissie houdt deze informatie ter beschikking van de overige lidstaten.
Artikel 11
Intrekkingen
Verordening (EEG) nr. 584/1975 wordt ingetrokken.
Verordening (EG) nr. 580/2004 wordt ingetrokken met ingang van 1 juli 2008.
Artikel 12
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Onverminderd de tweede alinea van artikel 11 is deze verordening van toepassing voor offertes die worden geopend na de inwerkingtreding van deze verordening.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1152/2007 (PB L 258 van 4.10.2007, blz. 3).
(2) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 735/2007 (PB L 169 van 29.6.2007, blz. 6).
(3) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1).
(4) PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1).
(5) PB L 205 van 3.8.1985, blz. 5. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2006 (PB L 365 van 21.12.2006, blz. 52).
(6) PB L 102 van 17.4.1999, blz. 11. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1001/2007 (PB L 226 van 30.8.2007, blz. 9).
(7) PB L 152 van 24.6.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2006.
(8) PB L 61 van 7.3.1975, blz. 25. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1948/2002 (PB L 299 van 1.11.2002, blz. 18).
(9) PB L 90 van 27.3.2004, blz. 58. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 128/2007 (PB L 41 van 13.2.2007, blz. 6).
(10) PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1.
(11) PB L 13 van 19.1.2000, blz. 12.
(12) PB L 251 van 27.7.2004, blz. 9.
(13) Document SEC(2005) 1578.
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/74 |
VERORDENING (EG) Nr. 1455/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
tot opening van bepaalde communautaire invoercontingenten voor rijst van oorsprong uit Egypte
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (1), en met name op artikel 13, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Protocol nr. 1 bij de Europees-mediterrane Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds (2) (hierna „de overeenkomst” genoemd), goedgekeurd bij Besluit 2004/635/EG van de Raad (3), is gewijzigd bij het Protocol bij de Europees-mediterrane Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie (4), gehecht aan Besluit 2007/774/EG van de Raad (5). Het gewijzigde Protocol nr. 1 voorziet in drie nieuwe jaarlijkse tariefcontingenten voor de invoer in de Gemeenschap van rijst van oorsprong uit Egypte, namelijk een contingent van 57 600 ton gedopte rijst van GN-code 1006 20 tegen 11 EUR/ton, een contingent van 19 600 ton halfwitte of volwitte rijst van GN-code 1006 30 tegen 33 EUR/ton en een contingent van 5 000 ton breukrijst van GN-code 1006 40 00 tegen 13 EUR/ton. |
(2) |
Gezien het regelmatige karakter van de handel in rijst tussen Egypte en de Gemeenschap en met het doel rechtstreekse toegang tot en een eenvoudig beheer van de bovenbedoelde contingenten mogelijk te maken, dienen die contingenten te worden beheerd overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (6). |
(3) |
De regels inzake het vervoersdocument en het bewijs van de preferentiële oorsprong die nodig zijn om de producten in het vrije verkeer te kunnen brengen, zijn opgenomen in Protocol nr. 4 bij de overeenkomst (7). Voor de betrokken contingenten dienen bepalingen ter uitvoering van die regels te worden vastgesteld. |
(4) |
In artikel 9 van het Protocol bij de Europees-mediterrane Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie is bepaald dat het protocol voorlopig van toepassing is met ingang van 1 januari 2007 en dat het in werking treedt op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is nedergelegd. Daarom moet het mogelijk worden gemaakt de hoeveelheden in het kader van de betrokken contingenten in te voeren vanaf het jaar 2007. |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. De volgende jaarlijkse invoertariefcontingenten worden op 1 januari van elk jaar geopend voor rijst van oorsprong uit Egypte:
a) |
57 600 ton gedopte rijst van GN-code 1006 20 tegen 11 EUR/ton met volgnummer 09.1780; |
b) |
19 600 ton halfwitte of volwitte rijst van GN-code 1006 30 tegen 33 EUR/ton met volgnummer 09.1781; |
c) |
5 000 ton breukrijst van GN-code 1006 40 00 tegen 13 EUR/ton met volgnummer 09.1782. |
2. Deze contingenten worden door de Commissie beheerd overeenkomstig de artikelen 308 bis tot en met 308 quater van Verordening (EEG) nr. 2454/93.
3. In afwijking van lid 1 worden de in dat lid genoemde contingenten in 2007 geopend op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.
Artikel 2
Binnen de in artikel 1, lid 1, van deze verordening genoemde contingenten kunnen producten slechts in het vrije verkeer worden gebracht indien overeenkomstig Protocol nr. 4 bij de Europees-mediterrane Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds een vervoersdocument en een bewijs van de preferentiële oorsprong worden overgelegd die in Egypte zijn afgegeven en betrekking hebben op de betrokken zendingen.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1).
(2) PB L 304 van 30.9.2004, blz. 39.
(3) PB L 304 van 30.9.2004, blz. 38.
(4) PB L 312 van 30.11.2007, blz. 33.
(5) PB L 312 van 30.11.2007, blz. 32.
(6) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 214/2007 (PB L 62 van 1.3.2007, blz. 6).
(7) PB L 304 van 30.9.2004, blz. 103.
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/76 |
VERORDENING (EG) Nr. 1456/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
houdende wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2058/96, (EG) nr. 2375/2002, (EG) nr. 2377/2002, (EG) nr. 2305/2003, (EG) nr. 955/2005, (EG) nr. 969/2006 en (EG) nr. 1964/2006 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor de invoer van rijst en granen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 3491/90 van de Raad van 26 november 1990 betreffende de invoer van rijst van oorsprong uit Bangladesh (1), en met name op artikel 3,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 1095/96 van de Raad van 18 juni 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de voltooiing van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT (2), en met name op artikel 1,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (3), en met name op artikel 12, lid 1,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (4), en met name op artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Verordeningen (EG) nr. 2058/96 van de Commissie van 28 oktober 1996 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van een tariefcontingent voor breukrijst van GN-code 1006 40 00, voor de productie van voor voeding bestemde bereidingen van GN-code 1901 10 (5), (EG) nr. 2375/2002 van de Commissie van 27 december 2002 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit uit derde landen (6), (EG) nr. 2377/2002 van de Commissie van 27 december 2002 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van brouwgerst uit derde landen (7), (EG) nr. 2305/2003 van de Commissie van 29 december 2003 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van gerst uit derde landen (8), (EG) nr. 955/2005 van de Commissie van 23 juni 2005 houdende opening van een contingent voor de invoer in de Gemeenschap van rijst van oorsprong uit Egypte (9), (EG) nr. 969/2006 van de Commissie van 29 juni 2006 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor de invoer van maïs uit derde landen (10), en (EG) nr. 1964/2006 van de Commissie van 22 december 2006 houdende uitvoeringsbepalingen betreffende de opening en de wijze van beheer van een contingent voor de invoer van rijst van oorsprong uit Bangladesh overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3491/90 van de Raad (11), bevatten verschillende bepalingen voor bepaalde met het beheer van de betrokken contingenten verband houdende aspecten. Teneinde de procedures voor de marktdeelnemers in de sector granen en rijst te rationaliseren en te vereenvoudigen en een beter beheer van deze contingenten door de lidstaten en de Commissie mogelijk te maken, moeten bovengenoemde verordeningen worden aangepast. |
(2) |
Daartoe dienen voor al deze contingenten geharmoniseerde regels te worden vastgesteld met betrekking tot de uiterste datum voor de indiening van invoercertificaataanvragen, waarbij moet worden bepaald dat de aanvraag steeds moet worden ingediend uiterlijk op vrijdag om 13.00 uur, en dienen bepalingen te worden vastgesteld met betrekking tot de door de lidstaten aan de Commissie mee te delen gegevens. |
(3) |
Wat de contingenten in de sector rijst betreft, moet voor marktdeelnemers op geharmoniseerde wijze in de mogelijkheid worden voorzien om hoeveelheden van minder dan 20 ton te weigeren wanneer die hen zijn toegewezen na toepassing van een toewijzingscoëfficiënt. |
(4) |
Wat meer in het bijzonder Verordening (EG) nr. 955/2005 betreft, dient te worden opgemerkt dat de bepalingen die bij het in het vrije verkeer brengen van het product gelden met betrekking tot het vervoerdocument en het bewijs van preferentiële oorsprong, zijn vastgesteld bij protocol nr. 4 van Besluit 2004/635/EG van de Raad van 21 april 2004 betreffende de sluiting van de Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds (12). |
(5) |
De Verordeningen (EG) nr. 2058/96, (EG) nr. 2375/2002, (EG) nr. 2377/2002, (EG) nr. 2305/2003, (EG) nr. 955/2005, (EG) nr. 969/2006 en (EG) nr. 1964/2006 moeten derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 2058/96 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Artikel 2, lid 1, wordt vervangen door: „1. Een invoercertificaataanvraag heeft betrekking op een hoeveelheid van ten minste 5 en ten hoogste 500 ton. In elke certificaataanvraag wordt een hoeveelheid in kilogram, zonder decimalen, vermeld. De aanvragen voor een invoercertificaat worden elke week uiterlijk op vrijdag om 13.00 uur Brusselse tijd bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten ingediend.”. |
2. |
Artikel 3 wordt vervangen door: „Artikel 3 1. Als de in een week aangevraagde hoeveelheden ertoe leiden dat de in het kader van het contingent beschikbare hoeveelheid wordt overschreden, stelt de Commissie overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 uiterlijk op de vierde werkdag volgende op de in artikel 2, lid 1, derde alinea, van de onderhavige verordening bedoelde uiterste datum voor de indiening van aanvragen de toewijzingscoëfficiënt voor de in de afgelopen week aangevraagde hoeveelheden vast en schorst zij de indiening van nieuwe invoercertificaataanvragen tot het einde van de contingentperiode. De in de lopende week ingediende aanvragen worden als onontvankelijk beschouwd. De lidstaten accepteren dat aanvragen waarbij de hoeveelheid waarvoor het certificaat moet worden afgegeven, kleiner is dan 20 ton, door de marktdeelnemers worden ingetrokken binnen twee werkdagen na de datum van bekendmaking van de verordening waarin de toewijzingscoëfficiënt is vastgesteld. 2. Het invoercertificaat wordt afgegeven op de achtste werkdag volgende op de uiterste datum voor de indiening van de aanvragen.”. |
3. |
Artikel 4 wordt vervangen door: „Artikel 4 De lidstaten delen de Commissie elektronisch de volgende gegevens mee:
|
Artikel 2
Artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2375/2002 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
lid 1 wordt als volgt gewijzigd:
|
b) |
lid 3 wordt vervangen door: „3. Uiterlijk op de eerste maandag volgende op de week waarin de certificaataanvragen zijn ingediend, om 18.00 uur Brusselse tijd, zenden de bevoegde autoriteiten de Commissie elektronisch een mededeling toe, waarin, per volgnummer, elke aanvraag wordt vermeld met de oorsprong van het product en de gevraagde hoeveelheid, met inbegrip van de vermelding „geen” als geen aanvragen zijn ingediend.”; |
c) |
lid 4 wordt vervangen door: „4. De certificaten worden afgegeven op de vierde werkdag volgende op de uiterste datum voor de in lid 3 bedoelde mededeling. Op de datum van afgifte van de invoercertificaten delen de lidstaten de Commissie elektronisch de in artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1301/2006 bedoelde gegevens betreffende de afgegeven certificaten mee, met vermelding van de totale hoeveelheden waarvoor invoercertificaten zijn afgegeven.”. |
Artikel 3
Artikel 9 van Verordening (EG) nr. 2377/2002 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
in lid 1, tweede alinea, wordt de term „maandag” vervangen door de term „vrijdag”; |
b) |
lid 3 wordt vervangen door: „3. Uiterlijk op de eerste maandag die volgt op de indiening van de certificaataanvragen, om 18.00 uur Brusselse tijd, zenden de bevoegde autoriteiten de Commissie elektronisch een mededeling toe, waarin elke aanvraag wordt vermeld met de gevraagde hoeveelheid, met inbegrip van de vermelding „geen” als geen aanvragen zijn ingediend..”; |
c) |
lid 4 wordt vervangen door: „4. De certificaten worden afgegeven op de vierde werkdag volgende op de uiterste datum voor de in lid 3 bedoelde mededeling. Op de datum van afgifte van de invoercertificaten delen de lidstaten de Commissie elektronisch de in artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1301/2006 bedoelde gegevens betreffende de afgegeven certificaten mee, met de totale hoeveelheden waarvoor invoercertificaten zijn afgegeven.”. |
Artikel 4
Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2305/2003 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
lid 1 wordt als volgt gewijzigd:
|
b) |
lid 3 wordt vervangen door: „3. Uiterlijk op de eerste maandag volgende op de week waarin de certificaataanvragen zijn ingediend, om 18.00 uur Brusselse tijd, zenden de bevoegde autoriteiten de Commissie elektronisch een mededeling toe, waarin elke aanvraag wordt vermeld met de gevraagde hoeveelheid, met inbegrip van de vermelding „geen” als geen aanvragen zijn ingediend.”; |
c) |
lid 4 wordt vervangen door: „4. De certificaten worden afgegeven op de vierde werkdag volgende op de uiterste datum voor de in lid 3 bedoelde mededeling. Op de datum van afgifte van de invoercertificaten delen de lidstaten de Commissie elektronisch de in artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1301/2006 bedoelde gegevens betreffende de afgegeven certificaten mee, met vermelding van de totale hoeveelheden waarvoor invoercertificaten zijn afgegeven.”. |
Artikel 5
Verordening (EG) nr. 955/2005 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Aan artikel 2, lid 1 wordt de volgende tweede alinea toegevoegd: „In elke certificaataanvraag wordt een hoeveelheid in kilogram, zonder decimalen, vermeld.”. |
2. |
Artikel 3, lid 4, wordt vervangen door: „4. Voor het in het vrije verkeer brengen van de hoeveelheden in het kader van het in artikel 1 van deze verordening vermelde contingent, worden overeenkomstig protocol nr. 4 bij de Euro-mediterrane overeenkomst een vervoerdocument en een bewijs van preferentiële oorsprong overgelegd die zijn afgegeven in Egypte en betrekking hebben op de betrokken partij.”. |
3. |
Artikel 4 wordt vervangen door: „Artikel 4 1. De invoercertificaataanvragen worden uiterlijk elke vrijdag om 13.00 uur Brusselse tijd bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten ingediend. 2. Als de in een week aangevraagde hoeveelheden ertoe leiden dat de in het kader van het contingent beschikbare hoeveelheid wordt overschreden, stelt de Commissie overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 uiterlijk op de vierde werkdag volgende op de in lid 1 van het onderhavige artikel bedoelde uiterste datum voor de indiening van aanvragen de toewijzingscoëfficiënt voor de in de afgelopen week aangevraagde hoeveelheden vast en schorst zij de indiening van nieuwe invoercertificaataanvragen tot het einde van de contingentperiode. De in de lopende week ingediende aanvragen worden als onontvankelijk beschouwd. De lidstaten accepteren dat aanvragen waarbij de hoeveelheid waarvoor het certificaat moet worden afgegeven, kleiner is dan 20 ton, door de marktdeelnemers worden ingetrokken binnen twee werkdagen na de datum van bekendmaking van de verordening waarin de toewijzingscoëfficiënt is vastgesteld. 3. Het invoercertificaat wordt afgegeven op de achtste werkdag volgende op de uiterste datum van indiening voor de aanvragen. In afwijking van artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1342/2003 is het invoercertificaat slechts geldig tot het einde van de maand volgende op de maand waarin het daadwerkelijk is afgegeven.”. |
4. |
Artikel 5 wordt vervangen door: „Artikel 5 De lidstaten delen de Commissie elektronisch de volgende gegevens mee:
|
Artikel 6
Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 969/2006 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
lid 1 wordt als volgt gewijzigd:
|
b) |
lid 3 wordt vervangen door: „3. Uiterlijk op de eerste maandag volgende op de week waarin de certificaataanvragen zijn ingediend, om 18.00 uur Brusselse tijd, zenden de bevoegde autoriteiten de Commissie elektronisch een mededeling toe, waarin elke aanvraag wordt vermeld met de oorsprong van het product en de gevraagde hoeveelheid, met inbegrip van de vermelding „geen” als geen aanvragen zijn ingediend.”; |
c) |
lid 4 wordt vervangen door: „4. De certificaten worden afgegeven op de vierde werkdag volgende op de uiterste datum voor de in lid 3 bedoelde mededeling. Op de datum van afgifte van de invoercertificaten delen de lidstaten de Commissie elektronisch de in artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1301/2006 bedoelde gegevens betreffende de afgegeven certificaten mee, met vermelding van de totale hoeveelheden waarvoor invoercertificaten zijn afgegeven.”. |
Artikel 7
Verordening (EG) nr. 1964/2006 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
Artikel 4, lid 3, wordt vervangen door: „3. De invoercertificaataanvragen worden uiterlijk elke vrijdag om 13.00 uur Brusselse tijd bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten ingediend. In elke certificaataanvraag wordt een hoeveelheid in kilogram, zonder decimalen, vermeld.”. |
b) |
Artikel 5 wordt vervangen door: „Artikel 5 1. Als de in een week aangevraagde hoeveelheden ertoe leiden dat de in het kader van het contingent beschikbare hoeveelheid wordt overschreden, stelt de Commissie overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 uiterlijk op de vierde werkdag volgende op de in artikel 4, lid 3, eerste alinea, van de onderhavige verordening bedoelde uiterste datum voor de indiening van aanvragen de toewijzingscoëfficiënt voor de in de afgelopen week aangevraagde hoeveelheden vast en schorst zij de indiening van nieuwe invoercertificaataanvragen tot het einde van de contingentperiode. De in de lopende week ingediende aanvragen worden als onontvankelijk beschouwd. De lidstaten accepteren dat aanvragen waarbij de hoeveelheid waarvoor het certificaat moet worden afgegeven, kleiner is dan 20 ton, door de marktdeelnemers worden ingetrokken binnen twee werkdagen na de datum van bekendmaking van de verordening waarin de toewijzingscoëfficiënt is vastgesteld, terwijl de aanvraag betrekking had op een grotere hoeveelheid. 2. Het invoercertificaat wordt afgegeven op de achtste werkdag volgende op de uiterste datum voor de indiening van de aanvragen. 3. Het invoercertificaat, dat wordt afgegeven voor een hoeveelheid die niet groter is dan die welke in het in artikel 2 bedoelde certificaat van oorsprong is vermeld, verplicht tot invoer uit Bangladesh.”. |
c) |
Artikel 7 wordt vervangen door: „Artikel 7 De lidstaten delen de Commissie elektronisch de volgende gegevens mee:
|
Artikel 8
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 337 van 4.12.1990, blz. 1.
(2) PB L 146 van 20.6.1996, blz. 1.
(3) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 735/2007 van de Raad van 11.6.2007 (PB L 169 van 29.6.2007, blz. 6).
(4) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 van 22.5.2006 (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1).
(5) PB L 276 van 29.10.1996, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2019/2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 48).
(6) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 88. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 932/2007 (PB L 204 van 4.8.2007, blz. 3).
(7) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 95. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2022/2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 70).
(8) PB L 342 van 30.12.2003, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2022/2006.
(9) PB L 164 van 24.6.2005, blz. 5. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2019/2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 48).
(10) PB L 176 van 30.6.2006, blz. 44. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2022/2006.
(11) PB L 408 van 30.12.2006, blz. 19.
(12) PB L 304 van 30.9.2004, blz. 38.
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/81 |
VERORDENING (EG) Nr. 1457/2007 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2007
tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1109/2007 voor het verkoopseizoen 2007/2008 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie van 30 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker (2), en met name op artikel 36,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en bepaalde stropen voor het verkoopseizoen 2007/2008 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1109/2007 van de Commissie (3). |
(2) |
De bovenbedoelde prijzen en invoerrechten moeten op grond van de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 951/2006 worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bij Verordening (EG) nr. 1109/2007 voor het verkoopseizoen 2007/2008 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor de in artikel 36 van Verordening (EG) nr. 951/2006 bedoelde producten worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 11 december 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2007.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1).
(2) PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2031/2006 (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 43).
(3) PB L 253 van 28.9.2007, blz. 5.
BIJLAGE
Met ingang van 11 december 2007 geldende gewijzigde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en de producten van GN-code 1702 90 99
(EUR) |
||
GN-code |
Representatieve prijs per 100 kg nettogewicht van het betrokken product |
Aanvullend invoerrecht per 100 kg nettogewicht van het betrokken product |
1701 11 10 (1) |
19,83 |
6,39 |
1701 11 90 (1) |
19,83 |
12,07 |
1701 12 10 (1) |
19,83 |
6,20 |
1701 12 90 (1) |
19,83 |
11,55 |
1701 91 00 (2) |
19,69 |
16,62 |
1701 99 10 (2) |
19,69 |
11,18 |
1701 99 90 (2) |
19,69 |
11,18 |
1702 90 99 (3) |
0,20 |
0,44 |
(1) Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt III, bij Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1).
(2) Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt II, bij Verordening (EG) nr. 318/2006.
(3) Vastgesteld per procentpunt sacharosegehalte.
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN
Raad
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/83 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 19 november 2007
betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, van een Protocol bij de Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino, inzake de deelname, als overeenkomstsluitende partijen, van de Republiek Bulgarije en van Roemenië, op grond van hun toetreding tot de Europese Unie
(2007/810/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 133 en 308, juncto de tweede zin van artikel 300, lid 2, en de eerste alinea van artikel 300, lid 3,
Gelet op het Protocol betreffende de voorwaarden en de nadere regels voor de toelating van de Republiek Bulgarije en van Roemenië tot de Europese Unie, en met name op artikel 6, lid 2,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Commissie heeft, nadat haar daartoe op 25 april 2006 machtiging was verleend, met de Republiek San Marino over een Protocol bij de Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino, inzake de deelname, als overeenkomstsluitende partijen, van de Republiek Bulgarije en van Roemenië, op grond van hun toetreding tot de Europese Unie, onderhandeld, en deze onderhandelingen zijn nu afgesloten. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van de Toetredingsakte van 2005, heeft de Commissie bij de Raad een ontwerp-protocol ingediend. |
(3) |
Het protocol dient te worden gesloten, |
BESLUIT:
Artikel 1
Het Protocol bij de Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino, inzake de deelname, als overeenkomstsluitende partijen, van de Republiek Bulgarije en van Roemenië, op grond van hun toetreding tot de Europese Unie (hierna het „protocol” genoemd) wordt namens de Europese Gemeenschap en haar lidstaten gesloten.
De tekst van het protocol is aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
De voorzitter van de Raad is gemachtigd de personen aan te wijzen die bevoegd zijn het protocol namens de Gemeenschap en haar lidstaten te ondertekenen.
Artikel 3
De voorzitter van de Raad verzendt namens de Gemeenschap en haar lidstaten de akte van goedkeuring bedoeld in artikel 4 van het protocol.
Gedaan te Brussel, 19 november 2007.
Voor de Raad
De voorzitter
L. AMADO
PROTOCOL
bij de Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino, inzake de deelname, als overeenkomstsluitende partijen, van de Republiek Bulgarije en van Roemenië, op grond van hun toetreding tot de Europese Unie
HET KONINKRIJK BELGIË,
DE REPUBLIEK BULGARIJE,
DE TSJECHISCHE REPUBLIEK,
HET KONINKRIJK DENEMARKEN,
DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND,
DE REPUBLIEK ESTLAND,
IERLAND,
DE HELLEENSE REPUBLIEK,
HET KONINKRIJK SPANJE,
DE FRANSE REPUBLIEK,
DE ITALIAANSE REPUBLIEK,
DE REPUBLIEK CYPRUS,
DE REPUBLIEK LETLAND,
DE REPUBLIEK LITOUWEN,
HET GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG,
DE REPUBLIEK HONGARIJE,
MALTA,
HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN,
DE REPUBLIEK OOSTENRIJK,
DE REPUBLIEK POLEN,
DE PORTUGESE REPUBLIEK,
ROEMENIË,
DE REPUBLIEK SLOVENIË,
DE SLOWAAKSE REPUBLIEK,
DE REPUBLIEK FINLAND,
HET KONINKRIJK ZWEDEN,
EN HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIË EN NOORD-IERLAND
(HIERNA „DE LIDSTATEN” GENOEMD)
vertegenwoordigd door de Raad van de Europese Unie,
en
DE EUROPESE GEMEENSCHAP,
eveneens vertegenwoordigd door de Raad van de Europese Unie,
enerzijds,
en
DE REPUBLIEK SAN MARINO,
anderzijds,
GELET OP de Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino van 16 december 1991 (hierna „de Overeenkomst” genoemd), die op 1 april 2002 in werking is getreden,
GELET OP de toetreding van de Republiek Bulgarije en van Roemenië (hierna „de nieuwe lidstaten” genoemd) tot de Europese Unie op 1 januari 2007,
OVERWEGENDE dat de nieuwe lidstaten partijen bij de Overeenkomst dienen te worden,
OVERWEGENDE dat de Raad van de Europese Unie bij het Toetredingsverdrag de bevoegdheid wordt verleend om namens de huidige lidstaten en de nieuwe lidstaten een protocol betreffende de toetreding van de nieuwe lidstaten tot de Overeenkomst te sluiten,
ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1
De nieuwe lidstaten worden partij bij de Overeenkomst.
Artikel 2
De titel van de Overeenkomst wordt vervangen door:
Artikel 3
Dit protocol maakt van de Overeenkomst een integrerend deel uit.
Artikel 4
1. Dit protocol wordt door de Raad van de Europese Unie, namens de lidstaten en de Europese Gemeenschap, en door de Republiek San Marino overeenkomstig hun eigen procedures goedgekeurd.
2. De partijen stellen elkaar in kennis van de voltooiing van deze procedures. De akten van goedkeuring worden nedergelegd bij het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.
Artikel 5
Dit protocol treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is nedergelegd.
Artikel 6
De Overeenkomst en de daaraan gehechte verklaringen zijn opgesteld in de Bulgaarse en de Roemeense taal (1).
Zij zijn aan dit protocol gehecht en zijn met de teksten in de andere talen waarin de Overeenkomst en de daaraan gehechte verklaringen zijn opgesteld, gelijkelijk authentiek.
Artikel 7
Dit protocol is opgesteld in tweevoud in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Съставено в Брюксел на двадесети ноември две хиляди и седма година.
Hecho en Bruselas, el veinte de noviembre de dos mil siete.
V Bruselu dne dvacátého listopadu dva tisíce sedm.
Udfærdiget i Bruxelles den tyvende november to tusind og syv.
Geschehen zu Brüssel am zwanzigsten November zweitausendsieben.
Kahe tuhande seitsmenda aasta novembrikuu kahekümnendal päeval Brüsselis.
'Εγινε στις Βρυξέλλες, στις είκοσι Νοεμβρίου δύο χιλιάδες επτά.
Done at Brussels on the twentieth day of November in the year two thousand and seven.
Fait à Bruxelles, le vingt novembre deux mille sept.
Fatto a Bruxelles, addì venti novembre duemilasette.
Briselē, divtūkstoš septītā gada divdesmitajā novembrī.
Priimta du tūkstančiai septintųjų metų lapkričio dvidešimtą dieną Briuselyje.
Kelt Brüsszelben, a kétezer-hetedik év november havának huszadik napján.
Magħmul fi Brussell, fl-għoxrin jum ta' Novembru tas-sena elfejn u sebgħa.
Gedaan te Brussel, de twintigste november tweeduizend zeven.
Sporządzono w Brukseli, dnia dwudziestego listopada roku dwa tysiące siódmego.
Feito em Bruxelas, em vinte de Novembro de dois mil e sete.
Încheiat la Bruxelles, douăzeci noiembrie două mii șapte.
V Bruseli dňa dvadsiateho novembra dvetisícsedem.
V Bruslju, dne dvajsetega novembra leta dva tisoč sedem.
Tehty Brysselissä kahdentenakymmenentenä päivänä marraskuuta vuonna kaksituhattaseitsemän.
Som skedde i Bryssel den tjugonde november tjugohundrasju.
За държавите-членки
Por los Estados miembros
Za členské státy
For medlemsstaterne
Für die Mitgliedstaaten
Liikmesriikide nimel
Για τα κράτη μέλη
For the Member States
Pour les États membres
Per gli Stati membri
Dalībvalstu vārdā
Valstybių narių vardu
A tagállamok részéről
Għall-Istati Membri
Voor de lidstaten
W imieniu państw członkowskich
Pelos Estados-Membros
Pentru statele membre
Za členské štáty
Za države članice
Jäsenvaltioiden puolesta
På medlemsstaternas vägnar
За Европейската общност
Por la Comunidad Europea
Za Evropské společenství
For Det Europæiske Fællesskab
Für die Europäische Gemeinschaft
Euroopa Ühenduse nimel
Για την Ευρωπαϊκή Κοινότητα
For the European Community
Pour la Communauté européenne
Per la Comunità europea
Eiropas Kopienas vārdā
Europos bendrijos vardu
Az Európai Közösség részéről
Għall-Komunità Ewropea
Voor de Europese Gemeenschap
W imieniu Wspólnoty Europejskiej
Pela Comunidade Europeia
Pentru Comunitatea Europeană
Za Európske spoločenstvo
Za Evropsko skupnost
Euroopan yhteisön puolesta
För Europeiska gemenskapen
За Република Сан Маρино
Por la República de San Marino
Za Republiku San Marino
For Republikken San Marino
Im Namen der Republik San Marino
San Marino Vabariigi nimel
Για τη Δημοκρατία του Αγίου Mαρίνου
For the Republic of San Marino
Pour la République de Saint-Marin
Per la Repubblica di San Marino
Sanmarīno Republikas vārdā
San Marino Respublikos vardu
A San Marino Köztársaság részéről
Għar-Repubblika ta' San Marino
Voor de Republiek San Marino
W imieniu Republiki San Marino
Pela República de São Marino
Pentru Republica San Marino
Za Sanmarínsku republiku
Za Republiko San Marino
San Marinon tasavallan puolesta
På Republiken San Marinos vägnar
(1) De Bulgaarse en de Roemeense versie worden later in de bijzondere uitgave van het Publicatieblad bekendgemaakt.
Conferentie van de Vertegenwoordigers van de Regeringen van de Lid-Staten
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/89 |
BESLUIT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN
van 5 december 2007
houdende benoeming van een rechter bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
(2007/811/EG, Euratom)
DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 223,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 139,
Overwegende hetgeen volgt:
Krachtens de artikelen 5 en 7 van het protocol betreffende het statuut van het Hof van Justitie en ingevolge het ontslag van de heer Romain SCHINTGEN, dient een rechter te worden benoemd voor het nog resterende gedeelte van zijn mandaat, dat wil zeggen tot en met 6 oktober 2009,
BESLUITEN:
Artikel 1
De heer Jean-Jacques KASEL wordt met ingang van de datum van zijn eedaflegging benoemd tot rechter bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen voor de periode tot en met 6 oktober 2009.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 5 december 2007.
De voorzitter
A. MENDONÇA E MOURA
Commissie
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/90 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 28 november 2007
betreffende de toewijzing aan Nederland van drie extra zeedagen in het kader van een programma voor versterkt toezicht door waarnemers overeenkomstig bijlage IIA bij Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5711)
(Alleen de tekst in de Nederlandse taal is authentiek)
(2007/812/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling, voor 2007, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (1), en met name op de punten 11.1 en 11.3 van bijlage IIA,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 41/2007 zijn voor het jaar 2007 de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden, alsmede de voorschriften voor de benutting van die vangstmogelijkheden vastgesteld. |
(2) |
In bijlage IIA bij Verordening (EG) nr. 41/2007 is het maximum aantal dagen per jaar vastgesteld waarop een vissersvaartuig van de Gemeenschap dat vistuig als bedoeld in punt 4.1 van die bijlage aan boord heeft, zich in een van de in punt 2.1 van die bijlage omschreven geografische gebieden mag bevinden. |
(3) |
Op grond van bijlage IIA kan de Commissie, op basis van een programma voor versterkt toezicht door waarnemers in het kader van een partnerschap tussen de wetenschap en de visserijsector, drie extra zeedagen in die gebieden toewijzen voor vaartuigen die vistuig aan boord hebben als bedoeld in punt 4.1 van die bijlage. |
(4) |
Op 20 juli 2007 heeft Nederland bij de Commissie een programma voor versterkt toezicht door waarnemers in het kader van een partnerschap tussen de wetenschap en de visserijsector ingediend. |
(5) |
Het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij heeft, nadat het overeenkomstig punt 11.3 van bijlage IIA bij Verordening (EG) nr. 41/2007 werd geraadpleegd, het belang bevestigd van dit programma, dat een aanvulling vormt op wat vereist is bij Verordening (EG) nr. 1543/2000 van de Raad van 29 juni 2000 tot instelling van een communautair kader voor het verzamelen en beheren van gegevens die essentieel zijn voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2). |
(6) |
Gezien het op 20 juli 2007 ingediende programma moeten aan Nederland voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 januari 2008 drie extra zeedagen worden toegekend voor vaartuigen die betrokken zijn bij het ingediende programma voor versterkt toezicht door waarnemers. |
(7) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Voor de vaartuigen die de vlag van Nederland voeren en betrokken zijn bij het programma voor versterkt toezicht door waarnemers dat op 20 juli 2007 bij de Commissie is ingediend, wordt het in tabel I van bijlage IIA bij Verordening (EG) nr. 41/2007 vastgestelde maximum aantal dagen waarop die vaartuigen zich in een van de in punt 2.1 van die bijlage omschreven geografische gebieden mogen bevinden, verhoogd met drie extra dagen voor vaartuigen die vistuig aan boord hebben als bedoeld in punt 4.1 van die bijlage.
Artikel 2
1. Zeven dagen na de bekendmaking van deze beschikking in het Publicatieblad van de Europese Unie dient Nederland bij de Commissie een volledige lijst in van de vaartuigen die geselecteerd zijn voor de bemonsteringsplannen in verband met het in artikel 1 bedoelde programma voor versterkt toezicht door waarnemers.
2. Alleen vaartuigen die voor die bemonsteringsplannen geselecteerd zijn en daaraan deelnemen tot het einde van het in artikel 1 bedoelde programma voor versterkt toezicht door waarnemers, komen in aanmerking voor de toewijzing van drie extra dagen waarin dat artikel voorziet.
Artikel 3
Twee maanden na afloop van het in artikel 1 bedoelde programma voor versterkt toezicht door waarnemers dient Nederland bij de Commissie een verslag in over de resultaten van dat programma voor de soorten en de gebieden waarop dat programma betrekking had.
Artikel 4
Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk Nederland.
Gedaan te Brussel, 28 november 2007.
Voor de Commissie
Joe BORG
Lid van de Commissie
(1) PB L 15 van 20.1.2007, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 898/2007 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2007, blz. 22).
(2) PB L 176 van 15.7.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1343/2007 (PB L 300 van 17.11.2007, blz. 24).
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/92 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 28 november 2007
betreffende de toewijzing aan Spanje van extra zeedagen in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cádiz
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5719)
(Slechts de tekst in de Spaanse taal is authentiek)
(2007/813/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling, voor 2007, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (1), en met name op punt 9 van bijlage IIB,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In punt 7 van bijlage IIB bij Verordening (EG) nr. 41/2007 is het maximum aantal dagen vastgesteld waarop vaartuigen van de Gemeenschap die een lengte over alles van ten minste 10 m hebben en bodemtrawls met een maaswijdte van ten minste 32 mm, kieuwnetten met een maaswijdte van ten minste 60 mm of demersale beuglijnen aan boord hebben, in de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 januari 2008 aanwezig mogen zijn in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cádiz. |
(2) |
Op grond van punt 9 van bijlage IIB kan de Commissie, op basis van het aantal definitieve beëindigingen van de visserij sinds 1 januari 2004, extra zeedagen toekennen waarop een vaartuig met dergelijk vistuig aan boord in het geografische gebied aanwezig mag zijn. |
(3) |
Op 6 juli 2007 heeft Spanje gegevens verstrekt waaruit blijkt dat de vaartuigen die sinds 1 januari 2004 hun activiteiten hebben stopgezet, goed waren voor respectievelijk 4,20 % van de visserijinspanning die in 2003 is geleverd door de Spaanse vaartuigen die in het geografische gebied aanwezig waren en bodemtrawls met een maaswijdte van ten minste 32 mm aan boord hadden, 9,55 % van de visserijinspanning die in 2003 is geleverd door de Spaanse vaartuigen die in het geografische gebied aanwezig waren en kieuwnetten met een maaswijdte van ten minste 60 mm aan boord hadden, en 20,86 % van de visserijinspanning die in 2003 is geleverd door de Spaanse vaartuigen die in het geografische gebied aanwezig waren en demersale beuglijnen aan boord hadden. |
(4) |
Gelet op de verstrekte gegevens en op de berekeningsmethode die is vastgesteld in punt 9.1 van bijlage IIB moeten voor de periode van 1 februari 2007 tot en met 31 januari 2008 de volgende extra zeedagen aan Spanje worden toegewezen: negen voor vaartuigen die vistuig aan boord hebben als bedoeld in punt 3, onder a), van die bijlage, eenentwintig voor vaartuigen die vistuig aan boord hebben als bedoeld in punt 3, onder b), van die bijlage, en vijfenveertig voor vaartuigen die vistuig aan boord hebben als bedoeld in punt 3, onder c), van die bijlage. |
(5) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
1. Het in tabel I van bijlage IIB bij Verordening (EG) nr. 41/2007 vastgestelde maximum aantal dagen waarop een vissersvaartuig dat de vlag van Spanje voert, vistuig als bedoeld in punt 3, onder a), van die bijlage aan boord heeft en niet onder een van de in punt 7.1. van die bijlage vermelde bijzondere voorwaarden valt, in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cádiz, aanwezig mag zijn, wordt gewijzigd in 225 dagen per jaar.
2. Het in tabel I van bijlage IIB bij Verordening (EG) nr. 41/2007 vastgestelde maximum aantal dagen waarop een vissersvaartuig dat de vlag van Spanje voert, vistuig als bedoeld in punt 3, onder b), van die bijlage aan boord heeft en niet onder een van de in punt 7.1. van die bijlage vermelde bijzondere voorwaarden valt, in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cádiz, aanwezig mag zijn, wordt gewijzigd in 237 dagen per jaar.
3. Het in tabel I van bijlage IIB bij Verordening (EG) nr. 41/2007 vastgestelde maximum aantal dagen waarop een vissersvaartuig dat de vlag van Spanje voert, vistuig als bedoeld in punt 3, onder c), van die bijlage aan boord heeft en niet onder een van de in punt 7.1. van die bijlage vermelde bijzondere voorwaarden valt, in de ICES-sectoren VIIIc en IXa, met uitzondering van de Golf van Cádiz, aanwezig mag zijn, wordt gewijzigd in 261 dagen per jaar.
Artikel 2
Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk Spanje.
Gedaan te Brussel, 28 november 2007.
Voor de Commissie
Joe BORG
Lid van de Commissie
(1) PB L 15 van 20.1.2007, blz.1, laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 898/2007 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2007, blz. 22).