ISSN 1977-0758 doi:10.3000/19770758.L_2013.003.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 3 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
56e jaargang |
Inhoud |
|
II Niet-wetgevingshandelingen |
Bladzijde |
|
|
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN |
|
|
|
2013/2/EU |
|
|
* |
||
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
||
|
|
BESLUITEN |
|
|
|
2013/3/EU |
|
|
* |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN
8.1.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 3/1 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 17 december 2012
betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Armenië inzake de versoepeling van de afgifte van visa
(2013/2/EU)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, onder a), in samenhang met artikel 218, lid 5,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In de gezamenlijke verklaring van de topontmoeting te Praag inzake het Oostelijk partnerschap van 7 mei 2009 werd steun uitgesproken voor visumliberalisering, alsmede de bedoeling om geleidelijke stappen te zetten om te gelegener tijd te komen tot reizen zonder visum voor de betrokken onderdanen. |
(2) |
Op 19 december 2011 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen met de Republiek Armenië te beginnen over de versoepeling van de afgifte van visa („de overeenkomst”). De onderhandelingen zijn met succes afgerond door de parafering van de overeenkomst op 18 oktober 2012. |
(3) |
De overeenkomst dient te worden ondertekend namens de Unie, onder voorbehoud van de sluiting ervan. |
(4) |
Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (1); het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit, en dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing in deze lidstaat. |
(5) |
Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (2); Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit, en dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing in deze lidstaat. |
(6) |
Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit dat derhalve niet bindend is voor, noch van toepassing in deze lidstaat, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Er wordt machtiging verleend voor de ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Armenië inzake de versoepeling van de afgifte van visa,onder voorbehoud van de sluiting van deze overeenkomst (3).
Artikel 2
De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon/personen aan te wijzen die bevoegd is/zijn de overeenkomst te ondertekenen.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 17 december 2012.
Voor de Raad
De voorzitter
S. ALETRARIS
(1) PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43.
(2) PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20.
(3) De tekst van de overeenkomst wordt samen met het besluit betreffende de sluiting ervan bekengemaakt.
VERORDENINGEN
8.1.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 3/3 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 5/2013 VAN DE COMMISSIE
van 7 januari 2013
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 7 januari 2013.
Voor de Commissie, namens de voorzitter,
José Manuel SILVA RODRÍGUEZ
Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
IL |
51,1 |
MA |
50,7 |
|
TN |
71,7 |
|
TR |
111,5 |
|
ZZ |
71,3 |
|
0707 00 05 |
EG |
191,6 |
TR |
134,8 |
|
ZZ |
163,2 |
|
0709 93 10 |
MA |
57,2 |
TR |
117,0 |
|
ZZ |
87,1 |
|
0805 10 20 |
EG |
68,6 |
MA |
65,7 |
|
TR |
79,0 |
|
ZA |
50,5 |
|
ZZ |
66,0 |
|
0805 20 10 |
MA |
76,5 |
ZZ |
76,5 |
|
0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90 |
IL |
78,9 |
MA |
101,4 |
|
TR |
75,9 |
|
ZZ |
85,4 |
|
0805 50 10 |
TR |
74,1 |
ZZ |
74,1 |
|
0808 10 80 |
CA |
164,3 |
CN |
86,7 |
|
MK |
29,8 |
|
US |
200,2 |
|
ZZ |
120,3 |
|
0808 30 90 |
CN |
63,9 |
US |
148,8 |
|
ZZ |
106,4 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
BESLUITEN
8.1.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 3/5 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 20 december 2012
betreffende de start van de geautomatiseerde uitwisseling van DNA-gegevens met Polen
(2013/3/EU)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien Besluit 2008/615/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (1), en met name artikel 2, lid 3, en artikel 25,
Gezien Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ (2), en met name artikel 20 en hoofdstuk 4 van de bijlage,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Krachtens het Protocol betreffende de overgangsbepalingen dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie, aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, worden de rechtsgevolgen van de handelingen van de instellingen, organen en instanties van de Unie die zijn vastgesteld vóór de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon, gehandhaafd zolang die handelingen niet krachtens de Verdragen ingetrokken, nietig verklaard of gewijzigd zijn. |
(2) |
Artikel 25 van Besluit 2008/615/JBZ is derhalve van toepassing en de Raad moet met eenparigheid van stemmen besluiten of de lidstaten de bepalingen van hoofdstuk 6 van dat besluit hebben uitgevoerd. |
(3) |
In artikel 20 van Besluit 2008/616/JBZ is bepaald dat de Raad de in artikel 25, lid 2, van Besluit 2008/615/JBZ bedoelde besluiten neemt op basis van een evaluatieverslag, dat is opgesteld aan de hand van een vragenlijst. Wat de geautomatiseerde uitwisseling van gegevens overeenkomstig hoofdstuk 2 van Besluit 2008/615/JBZ betreft, dient het evaluatieverslag gebaseerd te zijn op een evaluatiebezoek en een proefrun. |
(4) |
Polen heeft het secretariaat-generaal van de Raad op de hoogte gesteld van de nationale DNA-analysedossiers waarop de artikelen 2 tot en met 6 van Besluit 2008/615/JBZ van toepassing zijn alsmede van de voorwaarden voor geautomatiseerde bevraging als bedoeld in artikel 3, lid 1, van dat besluit overeenkomstig artikel 36, lid 2, daarvan. |
(5) |
Overeenkomstig hoofdstuk 4, punt 1.1, van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ stelt de betrokken Raadsgroep voor elke vorm van geautomatiseerde uitwisseling van gegevens een vragenlijst op, en dient deze door een lidstaat te worden beantwoord zodra hij van oordeel is dat hij aan de voorwaarden voor het uitwisselen van gegevens in een bepaalde gegevenscategorie voldoet. |
(6) |
Polen heeft de vragenlijst over gegevensbescherming en de vragenlijst over de uitwisseling van DNA-gegevens ingevuld. |
(7) |
Polen heeft met Slowakije een serie geslaagde voorafgaande testen uitgevoerd. |
(8) |
Er is een evaluatiebezoek aan Polen gebracht, waarover het Slowaakse evaluatieteam een verslag heeft opgesteld en aan de betrokken werkgroep van de Raad heeft toegezonden. |
(9) |
Er is een algemeen evaluatieverslag aan de Raad voorgelegd, waarin de resultaten van de vragenlijst, het evaluatiebezoek en de proefrun betreffende de uitwisseling van DNA-gegevens zijn samengevat, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Met het oog op de geautomatiseerde bevraging en vergelijking van DNA-gegevens heeft Polen de algemene bepalingen betreffende gegevensbescherming van hoofdstuk 6 van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad volledig uitgevoerd en is het gerechtigd met ingang van de dag van inwerkingtreding van dit besluit persoonsgegevens te ontvangen en te verstrekken overeenkomstig de artikelen 3 en 4 van dat besluit.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 20 december 2012.
Voor de Raad
De voorzitter
E. FLOURENTZOU
(1) PB L 210 van 6.8.2008, blz. 1.
(2) PB L 210 van 6.8.2008, blz. 12.