De Groene Koers

De Groene Koers

Civiele techniek

Samen met de sector versnellen we de transitie naar zero emissie mobiele werktuigen en (bouw)materieel

Over ons

De Groene Koers is een initiatief van brancheverenigingen Koninklijke Bouwend Nederland, BMWT, CUMELA, VHG en MKB Infra met als doel versnelling naar een uitstootvrije(re) sector in 2030. Mobiele werktuigen en materieel in de Bouw, Infra en Groen zullen steeds minder emissies moeten uitstoten om daarmee bij te dragen aan deze klimaatdoelstellingen (voor mobiliteit). Voor de lange termijn is de ambitie om te komen tot materieel dat geen schadelijke uitstoot meer veroorzaakt. We werken samen met overheid, marktpartijen, kennisinstellingen en andere initiatiefnemers in Koersprojecten. Om: 1. emissie-reducerende maatregelen in de praktijk te ontwikkelen, 2. te beproeven en/of aan te tonen zodat deze bij succes voor de gehele sector toepasbaar zijn 3. en kennis hierover actief wordt gedeeld. DGK beoogt het nationaal en overkoepelend platform namens de sector en de verbinder voor de verduurzaming van de transitie mobiele werktuigen in de Bouw, Infra en Groen te zijn. Hiermee wordt DGK het centrale sectorale aanspreekpunt voor overheidsorganisaties en partijen in de ontwikkeling, toepassing en realisatie voor de emissie-reducerende initiatieven in de Bouw, Infra en Groen. Wil jij ook bijdragen aan De Groene Koers? Of heb je een creatief idee? Neem contact op via info@degroenekoers.nl

Branche
Civiele techniek
Bedrijfsgrootte
501 - 1.000 medewerkers
Hoofdkantoor
Nederland
Type
Partnerschap

Locaties

Medewerkers van De Groene Koers

Updates

  • Precies een week geleden vond de BouwMachines Kennisdag plaats. Wederom was het een goede editie met interessante sprekers en een groot aanbod nieuw materieel. En toch word je soms nog extra positief verrast. In dit geval door de presentatie van Mart Koenders (Hobelman - Halle) en Theo Klever (Theo Klever B.V. - Loon en aannemingsbedrijf). Een no-nonsense verhaal van een machinebouwer en ondernemer die de route naar elektrisch werken zijn ingeslagen. Omdat Hobelman ook gebruiker is van de eigen machines wisten ze heel goed waar hun elektrisch materieel aan moest voldoen. Uitgangspunten bij de ontwikkeling van de Hooby LC90 E-Tronic waren dat het een 100% elektrische graafmachine moest worden met dezelfde afmetingen als de dieselvariant. De machine moest bovendien minimaal 12 uur kunnen draaien. En er zijn geen additionele machines nodig om de accu te wisselen. Maar Hobelman dacht ook na over de belangrijke vraag: hoe gaat de elektrische machine om met zijn energie? Mart: “Ook elektrische machines moet je zo zuinig mogelijk maken en daarom moet je ze helemaal opnieuw ontwerpen. Alleen dan levert de accu precies de energie die nodig is voor de werkzaamheden en is de energievraag 0 als de joysticks in de neutraalstand staan.” Daarnaast wint de Hooby energie terug bij het schranken. Maar het is vooral de praktische insteek waarmee deze machine is ontworpen waardoor het Hobelman-verhaal een positieve vibe achterlaat in de zaal. Zo is het slim dat de machine zijn eigen lege accu kan wisselen. En dat de accu’s in principe overal geladen kunnen worden. Mart: “Thuis, maar ook aan een laadpaal. Maar liever geen snellader, want dat verkort de levensduur van de accu.” Theo Klever uit Harmelen vond een goede laadgelegenheid op een nabijgelegen bedrijfsterrein. “Hier betaal ik €0,44 per kWh. Ik zet de accu er ’s avonds aan en de volgende dag is hij opgeladen.” De hamvraag is echter: voldoet de machine aan de verwachtingen? “Het is lekker stil en met een volledige lading kan meerdere dagen worden gewerkt. Het enige nadeel is”, vertelt hij, “dat het extra gewicht zorgt voor meer insporen.” En dan is er nog de factor financiën ... “De SEB-subsidie maakt de drempel voor aanschaf lager, maar deze elektrische machine is een factor 2 duurder. Daar staat tegenover dat laden niet duur is en de onderhoudskosten laag. Maar waar het me vooral om te doen was: ik wilde een voorsprong hebben bij aanbestedingen.” Die voorsprong ervaart hij wel bij de waterschappen, maar helaas nog niet bij gemeenten. Een signaal dat meer ondernemers afgeven en waar Marco Ubeda, beleidsmedewerker SEB, in de grote zaal op inging. “Ook wij hebben zorgen over de gemeenten die zijn bereikt en gaan in 2025 werven. Maar we hebben ook geluisterd naar andere kritieken en ik kan nu al zeggen dat er in 2025 meer financiële ondersteuning komt voor de aanschaf van ZE-machines. De exacte cijfers volgen later.” #SEB #bouwmachines #emissieloos

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +1
  • De Groene Koers heeft dit gerepost

    Profiel weergeven voor Hans Hoogendoorn, afbeelding

    Senior Key Accountmanager mediaplatform BouwMachines

    Negende Kennisdag in teken van transitie en briljante mislukkingen Het is inmiddels een mooie traditie: begin december houdt BouwMachines samen met BMWT de BouwMachines Kennisdag. Dit jaar was in Harderwijk op het terrein van het Soma college de negende editie. Voor een (foto) impressie lees hierbij het artikel op BouwMachines! #bouwmachineskennisdag #kennisdelen #uitdagingen #gww #infra #elektrificatie #theroadtozero #mkb De Groene Koers

    Negende Kennisdag in teken van transitie en briljante mislukkingen

    Negende Kennisdag in teken van transitie en briljante mislukkingen

    bouwmachines.nl

  • ElaadNL beleefde afgelopen maandag een wereldwijde primeur: met BMWT en ENI werd het eerste testevent voor het opladen van elektrisch bouwmaterieel georganiseerd. “We moeten van elkaar leren en meer inzicht krijgen in de energievraag en welke impact het laden van bouwmachines heeft”, zei Onoph Caron, directeur van Elaad. “Van de machines die nu operationeel zijn draait 1-3% elektrisch. Dat aantal is groeiende en daar willen we op voorbereid zijn”, vult Hans Zwaanenburg van BMWT aan. Met Gerard van der Veer verzorgde hij een presentatie. “De omslag van diesel naar elektrische machines komt eraan; emissieloos draaien wordt de nieuwe standaard. Dat vergt een andere inrichting van de bouwplaats en werkzaamheden”, aldus Gerard. “Er moet voldoende laadinfra zijn, we moeten efficiënt laden én standaardisatie is een must. Aannemers moeten er bovendien op kunnen vertrouwen dat hun materieel volledig geladen is aan het begin van de werkdag. En … er moet meer aandacht zijn voor de veiligheid, een slimme inrichting van de bouwsite en - omdat elektrisch draaien complexer is – vergt het meer kennis en inzicht van alle betrokken partijen.” Dankzij verschillende leveranciers wordt bij Elaad in Arnhem de komende maanden duidelijk welke mogelijkheden tot standaardisatie er zijn. Gerard onderstreepte het belang daarvan door ook aan te geven hoe belangrijk het is dat elektrische machines compatible zijn met iedere laadvoorziening en vice versa. ‘Elaad-proof’, noemde hij dat. En dat (laad)data beschikbaar en generiek wordt. Hij pleitte er bovendien voor om accu’s en bouwmachines apart te beschouwen. “Omdat de batterij en machine een andere levensduur hebben. Door als leverancier al bij de ontwikkeling van elektrisch materieel rekening te houden met de kortere levensduur van de accu, kunnen ze anticiperen op een eerdere upgrade of vervanging.” En qua veilig werken …? “Ook hier is steeds meer aandacht voor. Inmiddels zijn er normen en richtlijnen ontwikkeld en in ontwikkeling, zoals NEN 9140, de richtlijn Veilige inzet elektrisch materieel en de handleiding Veilig ombouwen”, zegt Hans. Een ander punt van aandacht kwam duidelijk naar voren tijdens de presentatie van Jos Kamphuis, adviseur duurzaamheid bij Ballast Nedam en met Bouwcombinatie Samen betrokken bij de (bijna) emissieloze realisatie van de Rijnkade in Arnhem. “Als aannemers moeten veel beter nadenken over de laadpieken en toe naar slimmere laadoplossingen. Nu zien we grote pieken aan het eind van de werkdag. Logisch, maar het betekent ook een belasting voor het net. Die curve verkleinen vraagt om inspanningen van de direct betrokkenen én leveranciers van laadinfra en machines.” “Om de betrouwbaarheid en prestaties te verbeteren, zijn we bij Elaad dit onderzoekstraject gestart. Hiervoor is zoveel mogelijk data nodig en we nodigen leveranciers uit met ons mee te doen”, voegt Flip Oude Weernink aan het slot toe. Het doel van Elaad is om begin 2025 de resultaten van een breed onderzoek te presenteren.

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +1
  • Voor de BouwMachines Kennisdag mag De Groene Koers 10 gratis kaarten weggeven (gezien de grote belangstelling hebben we de organisatie inmiddels gevraagd om meer kaarten). Wil jij erbij zijn op 4 december op het Bouw & Infra Park in Harderwijk? Zet dan in de opmerkingen ‘ik ben graag aanwezig’, wij zorgen ervoor dat je een code ontvangt waarmee je je gratis kunt aanmelden. Het thema van de dag is ‘Het MKB & de missie naar zero-emissie’, omdat we allemaal weten: over de route richting 2030 zijn (terecht) nog veel vragen. Hoe staat het met de bereidheid van opdrachtgevers om mee te betalen aan schoon materieel? Zijn er voldoende laadvoorzieningen? Hoe zorg je dat laden veilig gebeurt? En hoe staat het met de beschikbaarheid van ZE-machines? De BouwMachines Kennisdag is de laatste jaren een mix geworden van interessante sprekers en exposanten. Het is een dag - waar niet alleen veel moois te zien is - maar waar ook wordt ingegaan op de praktijk en geen onderwerp wordt geschuwd. Een dag waarop opdrachtgevers, leveranciers en aannemers met elkaar in gesprek gaan over de mogelijkheden en de knelpunten die de branche ervaart. Sprekers en onderwerpen die aan bod komen zijn onder andere: ·        Mart Koenders en Theo Klever B.V. - Loon en aannemingsbedrijf vertellen meer over het elektrificeren van machines. ·        Arnold Tuytel windt er geen doekjes om: hij investeerde flink in ZE-machines en deelt met welke kansen en tegenslagen hij te maken kreeg. ·        Henkjan van Meer en Jan Baltissen leggen uit hoe de waterschappen invulling geven aan het SEB-programma. ·        De do’s en dont’s van elektrificatie komen in de deelsessie van Sjoerd Jongsma aan bod. ·        Terwijl in de andere breakout sessies Max Aerts, Flip Oude Weernink en Henri Overbeek⚡️, René van Gijlswijk en Marcel Spijkers het voortouw nemen. Op het hoofdpodium maken Jan Hommes, Lennard Heij, Petrouschka Werther, Noël Steentjes, Diederik van Hattem, Sijmen Staadegaard, Masoud Mojtabai, Gerard van der Veer en Harry Hertsenberg hun opwachting. Al kunnen wij niet wachten op de presentatie van Prof. dr. Paul Iske. Zijn Instituut voor Briljante Mislukkingen heeft 16 'faalpatronen' geïdentificeerd. Dat belooft een eyeopener te worden. Het volledige programma vind je hier: https://lnkd.in/eCZYkU_J Beelden zijn een impressie van de BouwMachines Kennisdag 2023.

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +2
  • Op 26 november vindt in Utrecht een kennissessie plaats voor publieke opdrachtgevers en marktpartijen met als centrale vraag: Hoe kunnen we de laadinfra bij schoon en emissieloos bouwen succesvol inrichten in de projecten? Schoon en emissievrij bouwen vereist een goede laadinfrastructuur. Echter, de energievoorziening organiseren is uitdagend en verandert de rollen van opdrachtgever en opdrachtnemer. Daarom heeft de NAL (Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL)) een Routekaart Laadinfra Bouw laten ontwikkelen die richting geeft en perspectief biedt. In het plenaire gedeelte van de kennissessie is er aandacht voor de conceptroutekaart Laadinfra Bouw van de NAL en de vermogensvraag. In verschillende deelsessies komen onderwerpen aan de orde zoals: de samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, gebiedsscans als hulpmiddel bij het inventariseren van energievraag en -aanbod, ontwikkelingen op het gebied van opslag en buffercapaciteit, en slim laden, smart grids en gesloten distributienetwerken. In deze sessies worden ook ervaringen uit koploperprojecten gedeeld die voor de hele sector waardevol kunnen zijn. Wil je erbij zijn, dan zijn dit de benodigde gegevens: Datum en tijdstip: 26 november van 13.30-18.00 uur Locatie: Jaarbeurs te Utrecht. Aanmelden: stuur een mail naar chantal.iesberts@rws.nl. Wees er snel bij! Er is plek voor maximaal 60 deelnemers. De middag wordt georganiseerd door de Buyer Group Schoon en Emissieloos Bouwmaterieel. Deze groep bestaat uit publieke opdrachtgevers en vertegenwoordigers van marktpartijen. Het doel van de groep is om inzichten te delen over het aanbesteden van schone en emissieloze bouwprojecten en om de inzet van schoon en emissieloos materieel te versnellen op een consistente wijze, zodat de markt hierin kan investeren. De Groene Koers is een initiatief van Koninklijke Bouwend Nederland, Cumela, BMWT , Koninklijke VHG, Vereniging MKB INFRA.    #SEB  #emissievrij  #bouwmachines  #bouwen  #gww  #MKB  #ondernemersvragen #opdrachtgevers #laadinfra #laden #ZE #laadfinfrastructuur fotocredits: Big Ass Battery

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
  • De vraag naar elektrische machines lijkt af te vlakken. Zo was er een maand geleden nog ruim €9 miljoen SSEB-subsidie beschikbaar voor de aanschaf van ZE-materieel en bijna €6 miljoen voor retrofit. Terwijl in voorgaande jaren de pot ruim werd overschreven. Ook Bart Streef van Elinmo BV ziet die tendens. “We hebben een overheid nodig die consequent is; het succes valt en staat daarmee. Nu zien we dat het beleid steeds wijzigt ten aanzien van ZE-zones, SEB-subsidies en uitvragen. Dat remt de investeringsbereidheid. Uiteindelijk wordt aan ondernemers gevraagd om fors te investeren in elektrische machines, maar dat is lastig als niemand weet waar hij aan toe is.” Kleine elektrische graafmachines, zoals Elinmo die levert – drie modellen tot 1.800 kg – zijn al snel twee keer duurder dan de dieselvariant. Bart: “En de subsidie is minimaal. Pas bij een aanschafprijs vanaf een ton wordt de SSEB interessant.” Bovendien zal het kleine elektrische materieel niet snel veel goedkoper worden. “Wij bouwen de machines - net als de meeste collega’s – om vanaf de diesel variant. Het is niet te verwachten dat het assortiment af fabriek op korte termijn sterk uitbreidt, vooral niet in de kleinste gewichtsklassen. De focus van fabrikanten is meer gericht op het middelgrote segment. Daarnaast worden de kleine machines (die er wel zijn) veelal van vaste accu’s voorzien waardoor de draaitijd beperkt is.” Terwijl er veel voor te zeggen is om juist de aanschaf van klein rijdend ZE-materieel te stimuleren. In tegenstelling tot de grote machines, hebben deze kleine machines geen extra laadinfra nodig. “Wij leveren de ED08, ED12 en ED17 met wisselaccu’s, inclusief laadwagen om de accu Arbo-vriendelijk te wisselen. Voor het laden volstaat een standaardaansluiting van 220/230V. Dat heeft de voorkeur want hoe langzamer de accu laadt, des te langer gaat hij mee.” Laden kost ongeveer 4 tot 5 uur; net zolang als de machine op één accu kan draaien. Aan stopcontacten is bij (binnenstedelijke) sloop- en renovatieprojecten – waar Elinmo-machines regelmatig draaien - meestal geen gebrek. “Denk aan het aanleggen en renoveren van kelders en funderingen. Op deze bouwlocaties is er meestal een 230V aansluiting in de buurt, waardoor laden en wisselen mogelijk is.” Bart wijst erop dat de overheid voor de inzet van lichtere machines meer bewustzijn en een stabiel beleid moet creëren. “Een beleid waar ondernemers op kunnen bouwen. Voor partijen die het Convenant SEB tekenden geldt dat zij een extra voorlichtende rol hebben, omdat deze partijen vanaf 1 januari 2028 het lichte materieel 100% ZE gaan aanbesteden. Wij zien dat ondernemers hier te weinig bekend mee zijn, terwijl ze er binnen afzienbare tijd mee geconfronteerd worden.” Dat bewustzijn creëren geldt overigens ook voor nieuwe eisen ten aanzien van ZE-zones en overige mobiliteit. “Het is namelijk niet alleen de taak van de overheid om het (eigen) beleid uit te voeren, maar ook te informeren en onzekerheden weg te nemen.” #SEB    

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
  • De markt naar Zero Emissie kent veel onzekerheden. Vorig jaar werd het convenant Schoon en Emissieloos Bouwen getekend, maar in plaats van dat de ZE-markt een boost krijgt en er meer duurzame machines worden uitgevraagd, lijkt het of er pas op de plaats wordt gemaakt. Veel ondernemers vragen zich daarom terecht af: loont het om te investeren in zero-emissie materieel? Hans Hoogendoorn van BouwMachines kent de geluiden uit de markt en merkt de onzekerheden op. “Daarom is het juist nu zo belangrijk dat we elkaar spreken en lastige vragen niet uit de weg gaan. Want: hoe staat de techniek ervoor? Vooral licht materieel komt er steeds meer beschikbaar. En als ik zie wat de leveranciers van bouwmachines en laadoplossingen op 4 december tonen, dan heb ik er alle vertrouwen in dat het qua technische innovaties goed komt.” Zorgen maakt hij zich meer over de kansen voor het MKB. Daarom is het thema van de Kennisdag: Het MKB & de missie naar Zero-Emissie. “Een belangrijke vraag voor ondernemers is: wanneer stap ik op de elektrische trein? Heb ik opdrachtgevers die de rekening voor emissievrij draaien oppikken? Arnold Tuytel is een van de ondernemers die komt spreken. Hij investeerde in elektrisch materieel, maar hij vindt het ook van belang om het ZE-materieel tijdig af te schrijven. De reden? Omdat niemand weet hoe de markt zich ontwikkelt.” “Subsidie alleen is geen reden om te investeren, dat zien we steeds duidelijker”, vervolgt Hans. “Waar we naartoe moeten is een gezond ondernemersklimaat én een gezonde omgeving. Maar voor dat laatste is elektrisch draaien geen vereiste. Milieuwinst kan ook behaald worden met de nieuwste Stage V machines en HVO.” De vraag ‘Kies ik voor Stage V of elektrisch?’ komt op de BouwMachines Kennisdag nadrukkelijk aan de orde.” Gedurende de dag presenteren de deelnemers jou handvatten en voorbeelden zodat jij – voor jouw bedrijf – de beste keuze maakt. Hans: “Een keuze die niet alleen gebaseerd is op financiën en techniek, maar waarbij ook de randvoorwaarden om ZE-materieel succesvol in te zetten worden meegenomen. Wat dat betreft ben ik super trots op het programma dat we met BMWT en andere partners neerzetten, waarin een mix van vragen wordt beantwoord. Van netcongestie en laadmogelijkheden, tot de stand der techniek en toekomstverwachtingen. Een dag waarop je al het mooie materieel kunt bewonderen én waar alle hot topics van aannemers aan bod komen.” Wil je ook bij de BouwMachines Kennisdag aanwezig zijn: kijk dan op de site van BouwMachines: https://lnkd.in/eCaCYYBh De Groene Koers is een initiatief van Koninklijke Bouwend Nederland, Cumela, BMWT , Koninklijke VHG, Vereniging MKB INFRA. #SEB #emissievrij #bouwmachines #bouwen #gww #MKB #ondernemersvragen Beelden: impressie van de BouwMachines Kennisdag 2023

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +1
  • In de zomer van 2022 dagen het Waterschap Rijn en IJssel en de Gemeente Arnhem in een gezamenlijke tender aannemers uit om bij de versterking en herinrichting van de Rijnkade de grenzen te verleggen. Bijvoorbeeld door in de klasse tot 56kW uitsluitend emissieloos materieel in te zetten én de emissies voor zware machines te reduceren. Bouwcombinatie Samen (G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf, Ballast Nedam en Hakkers) overtreft echter alle verwachtingen. “Toen we de inschrijvingen openden, werden we echt verrast door de inzending van Bouwcombinatie Samen”, zegt Frans Van Der Werf, toen contractmanager en nu betrokken als Zero Emissie-adviseur namens de opdrachtgever. “Nooit hadden we verwacht dat aannemers al zo ver konden gaan.” Helemaal niet in 2022 toen de routekaarten voor het programma Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) werden geschreven en het assortiment elektrisch bouwmaterieel  beperkt was. “Toch hebben we bewust ingezet op emissiereductie middels eisen en gunningscriteria in de aanbesteding. Deze zijn kwantitatief gemaakt met CO2 als parameter. Daardoor bereiken we qua emissiereductie een equivalent van 1,45 miljoen kg CO2.” Voor Bouwcombinatie Samen betekende deze opdracht ook stevige investeringen. Jos Kamphuis: “Voor de werkzaamheden – bestaande uit het vervangen van bestratingen, aanpassingen aan de riolering, vervangen van de waterkering met damwanden en het plaatsen van prefab keerwanden is een breed pallet materieelstukken nodig.” Denk daarbij aan bandenkranen, hydraulische rupsgraafmachines, een silent piler voor de damwanden, een emissieloos trilblok, een elektrische kraan op het drijfschip, miniloaders, een kleine wals én veel klein materieel zoals elektrische trilplaten, stampers, bandenslijpers en handgereedschappen. Daarnaast rijden er zes elektrische vrachtwagens, vijf trekker-oplegger-combinaties en een elektrische knijperauto rond op de kade. “Boven de contractuele verplichtingen - in het kader van het emissiereductieplan - zijn bovendien vijf zero emissie machines aangeboden, aangeschaft en ingezet in de klasse 56 tot 130kW en twaalf machines in de klasse 130-560kW.”   Dat het materieel in de categorie 130-560 kW emissievrij draait op de Rijnkade, is opvallend, gezien de beschikbaarheid. Jos: “Wij laten hier zien dat er al veel kan. Belangrijk om daarbij te benoemen is dat bijna alle materieelstukken nieuw of gloednieuw zijn. Veel is voor dit werk aangeschaft. Gedeeltelijk af fabriek en gedeeltelijk nieuwe machines die geëlektrificeerd zijn bij ombouwers.” Het Ibis kraanschip is echter een retrofit. Jos: “Dit schip is voor dit project bekabeld en aangesloten op het bouwstroomnetwerk gevoed met 100% Nederlandse windenergie.” Over de aanbesteding, de werkwijze en de laadinfra aan de Rijnkade is veel meer te vertellen dan in een LinkedIn-bericht past. Wil je het volledige verhaal lezen, bezoek dan onze site: https://lnkd.in/evkjZf46

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +2
  • Hoeveel kost laden? Ook op deze vraag geeft de rapportage van De Bouwplaats van Morgen antwoord. Al is die niet eensluidend. De laadbehoeften en de aanwezigheid van voldoende laadcapaciteit bleken daar grote invloed op te hebben. “In de praktijk zijn grote fluctuaties in de laadkosten zichtbaar, uiteenlopend van 0,20 tot 2,50 €/kWh”, aldus het rapport. Waarbij de beschikbaarheid van een geschikte elektriciteitsaansluiting nabij de werklocatie de grootste invloed heeft. Laden in de nabijheid heeft de voorkeur, blijkt ook uit de voorbeelden: - Het lukte Gebr. v.d. Brand en van Oort BV om het goedkoopst te laden: € 0,20 /kWh. Een machine die werd ingezet nabij de thuislocatie, keerde dagelijks terug en werd thuis opgeladen aan de AC lader. - J. Veldhuizen BV gebruikte voor een wegenbouw project in de Utrechtse binnenstad gebruik van een tijdelijke aansluiting i.c.m. een mobiele laad-containerunit. Hier bedroegen de laadkosten € 0,47 /kWh. - Ook met ‘laden bij de buren’ is ervaring opgedaan. J. Veldhuizen BV vond een agrariër met een laadplek (3 x 32A) en sprak een all-in elektra tarief af van 0,50 €/ kWh. - Bij de herinrichting van een kruispunt voor de gemeente Amsterdam is geladen bij een nabijgelegen bouwhub van VolkerWessels. Op deze locatie waren alleen snelladers (175kW) beschikbaar voor 0,70 €/ kWh. Is er geen netaansluiting aanwezig dan kunnen de laadkosten flink oplopen, concluderen de onderzoekers. “Er dient dan gebruik te worden gemaakt van oplossingen zoals wisselbatterijen of mobiele energieopslag containers. De aanschafkosten van deze assets en de logistieke kosten zorgen voor een verhoging van het totale kostenplaatje. Hierbij kan gesteld worden dat bij grotere, langdurige projecten dit georganiseerd kan worden op een manier die de meerkosten van het laden relatief laag houdt. Bij korter lopende projecten waarbij er voor enkele weken gebruik wordt gemaakt van wisselaccu’s of mobiele energieopslag containers zullen de kosten van het laden echter aanzienlijk hoger zijn.” Een belangrijke tip voor opdrachtgevers is: organiseer tijdig een netaansluiting of laadpunt in de nabijheid van de werklocatie. In tijden van netcongestie vraagt dat om een goede planning. Zorg daarnaast dat de vermogensvraag voor het in te zetten materieel in beeld is. Hierdoor kunnen veel kosten bespaard worden. En hou – als er geen netaansluiting is – rekening met meerkosten voor energieopslagcontainers of wisselaccu’s. Een samenvatting van de bevindingen staat op de site van De Groene Koers: https://lnkd.in/e4_aCHXu Het volledige rapport is beschikbaar op: https://lnkd.in/dumddGJJ De Groene Koers is een initiatief van Koninklijke Bouwend Nederland, Cumela, BMWT , Koninklijke VHG, Vereniging MKB INFRA.   #SEB #emissievrij #bouwmachines #bouwen #gww

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
  • City of Amsterdam is een van de gemeenten die het ambitieuze niveau van het SEB-convenant ondertekende. Zij ontwikkelde een eigen routekaart, waarvan de gemeente zegt: “Onze routekaart is gebaseerd op ambities, daarom stellen we scherpere eisen dan de SEB-routekaarten.” Of die ambities haalbaar zijn voor al het materieel zal de praktijk uitwijzen. In 2028 moet het middelzware materieel (tot 130kW) in de hoofdstad emissievrij draaien. Voor lichte machines (tot 56kW) is de datum vastgesteld op januari 2025. Alleen voor gespecialiseerd materieel en specifieke projecten worden uitzonderingen gemaakt. Ter vergelijking: het basisniveau van de routekaart SEB gaat voor licht materieel uit van Stage III in 2025 en ZE in 2028. Terwijl om te voldoen aan het minimumniveau de lichte machines pas in 2030 emissievrij moeten zijn. Voor ondernemers die langjarige contracten hebben is die ambitieuze aanpak niet onoverkomelijk en geeft het investeringsperspectief, blijkt als we een van die aannemers spreken. Maar de meeste aanwezigen waren een andere mening toegedaan, bleek toen plenair de vraag werd gesteld: moet er meer emissieloos worden uitgevraagd om versnelling te creëren? KWS Infra gaf aan dat er meer opdrachtgevers (dan Amsterdam) nodig zijn om elektrisch materieel volledig te kunnen inzetten. Een punt dat Heijmans onderschreef: “Continuïteit is erg belangrijk. Op dit moment wordt er te weinig emissieloos uitgevraagd.” En dan is er nog niet eens ingegaan op de laadproblematiek. In de deelsessie van Koninklijke Bouwend Nederland, gepresenteerd door Willemijn Visscher, kwam de laadinfrastructuur aan bod. Zij vroeg of de risico’s m.b.t. de netcongestie horen bij de aannemer. Een groot deel van de zaal vond van niet. De levering van voldoende stroom is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de opdrachtgever en opdrachtnemer. “Alleen dan kan de prijs voor laden naar beneden.” Daarnaast is het wenselijk dat er wordt aangesloten op de bestaande infrastructuur, want een laadcontainer plaatsen is een dure optie. Niet alleen door de investeringskosten – die worden doorberekend in de huurprijzen – er komen ook additionele kosten bij voor de logistiek, de planning en de verzekeringen. Waarom de verzekeringen voor elektrisch materieel hoog zijn, werd echter niet volledig duidelijk. “Verzekeraars baseren hun tarieven op statistieken. Omdat er nog weinig data beschikbaar is, zijn zij voorzichtig”, zegt een van de assurantiemakelaars. Voor de planning en inrichting van de bouwplaats werd wel helder waarom hier extra uren in gaan zitten. “Als aannemers voeren we niet alleen gesprekken met de opdrachtgever maar ook met de brandweer. Dat doen we bij ieder project, omdat de interpretatie van de regelgeving verschilt per veiligheidsregio.” De Groene Koers is een initiatief van Koninklijke Bouwend Nederland, Cumela, BMWT , Koninklijke VHG, Vereniging MKB INFRA.   #SEB  #emissievrij  #bouwmachines  #bouwen  #gww  

    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
    • Geen alternatieve tekst opgegeven voor deze afbeelding
      +1

Vergelijkbare pagina’s