Inloggen op een gecodeerde account zonder VoiceOver
Als je FileVault inschakelt, moet je inloggen op je account wanneer de Mac opnieuw wordt opgestart of uit de sluimerstand wordt gehaald. VoiceOver is niet beschikbaar in het FileVault-inlogvenster. Afhankelijk van je computer, geven pieptonen of de spraakvoorzieningen van macOS aan waar de cursor zich in het inlogvenster bevindt.
Nadat de Mac uit de sluimerstand is gehaald of is opgestart, druk je op Command + F5 om te bepalen of het FileVault-inlogvenster wordt weergegeven.
Als je één pieptoon hoort, bevindt de cursor zich in het veld 'Naam' en kun je het inlogproces starten. Ga door naar stap 2.
Als je geen pieptoon hoort, wordt het FileVault-inlogvenster mogelijk nog niet weergegeven. Wacht even en druk nogmaals op Command + F5. Als je nog steeds geen pieptoon hoort, is er mogelijk een probleem met de codering. Schakel de Mac uit en weer in. Er wordt een ongecodeerd inlogproces gestart, waarbij VoiceOver beschikbaar blijft.
Typ je accountnaam en druk vervolgens op de Return-toets.
Als je twee pieptonen hoort, heb je een geldige accountnaam opgegeven. Ga door naar stap 3.
Als je één pieptoon hoort, heb je een ongeldige accountnaam opgegeven en blijft de cursor in het veld 'Naam' staan. Ga door met het opgeven van je accountnaam totdat je twee pieptonen hoort.
Typ je accountwachtwoord en druk vervolgens op de Return-toets.
Als je drie pieptonen hoort, heb je een geldig wachtwoord opgegeven en wordt het inlogproces voortgezet.
Als je twee pieptonen hoort, heb je een ongeldig wachtwoord opgegeven en blijft de cursor in het veld 'Wachtwoord' staan. Ga door met het opgeven van je wachtwoord totdat je drie pieptonen hoort.