Voorkeuren voor 'Venster' in het voorkeurenpaneel 'Profielen' wijzigen in Terminal op de Mac
In het voorkeurenpaneel 'Venster' in Terminal kun je de instellingen wijzigen voor de titel, grootte, terugschuifbuffer en andere gedragskenmerken van een Terminal-vensterprofiel.
Kies 'Terminal' > 'Voorkeuren', klik op 'Profielen' en selecteer een profiel om deze voorkeuren in het programma Terminal op de Mac te wijzigen.
Opmerking: De opties die je in dit voorkeurenpaneel kiest, gelden alleen voor het geselecteerde profiel. Ze gelden niet voor het programma Terminal in het algemeen.
Titel | Om de titel van een Terminal-venster te wijzigen, geef je in het veld een naam op. Met de opties voor de titel kun je aangeven welke gegevens in de titelbalk van een Terminal-venster moeten worden weergegeven. Om de naam van de werkdirectory of het document in de titelbalk weer te geven, selecteer je 'Werkdirectory of document'. Schakel het aankruisvak 'Pad' in om het pad naar de directory of het document weer te geven. Om de naam van het actieve proces in de titelbalk weer te geven, selecteer je 'Naam actief proces'. Schakel het aankruisvak 'Argumenten' in om argumenten in de titelbalk weer te geven. Om de naam van het actieve shellcommando weer te geven, schakel je het aankruisvak 'Naam shellcommando' in. Om de naam van het vensterprofiel weer te geven, schakel je het aankruisvak 'Profielnaam' in. Om de terminalnaam weer te geven, schakel je het aankruisvak 'TTY-naam' in. Om de grootte van het venster weer te geven, schakel je het aankruisvak 'Afmetingen' in. Om de commandotoets weer te geven waarmee je het venster activeert, schakel je het aankruisvak 'Command-toets' in. | ||||||||||
Venstergrootte | Om de breedte en hoogte van een Terminal-venster in te stellen, geef je het gewenste aantal kolommen en rijen op. | ||||||||||
Terugschuifbuffer | Om het aantal rijen dat in de terugschuifbuffer wordt bewaard te beperken, klik je op 'Beperk aantal rijen tot' en geef je een nieuw maximum op. | ||||||||||
Hervat | Om tekst te herstellen wanneer een venster opnieuw wordt geopend, selecteer je 'Herstel tekst bij het opnieuw openen van vensters'. Om het aantal rijen te beperken dat wordt hersteld wanneer een venster opnieuw wordt geopend, voer je het aantal rijen in dat je wilt laten herstellen. Om een bladwijzer in te voegen na de herstelde rijen, selecteer je 'Voeg bladwijzer in na herstelde tekst'. | ||||||||||
Geminimaliseerde vensters | Om informatie weer te geven over geminimaliseerde vensters in het Dock, selecteer je 'Toon status en huidige inhoud in het Dock'. | ||||||||||