Apparaten toewijzen, opnieuw toewijzen of de toewijzing opheffen in Apple Business Manager
Je account bevat een overzicht van alle bestellingen die je na 1 maart 2011 rechtstreeks bij Apple hebt geplaatst. Omdat accounts met deelnemende, geautoriseerde Apple resellers of geautoriseerde mobiele aanbieders geen records mogen bewaren van vóór 1 maart 2011, moet je hen raadplegen voor de bestelgeschiedenis van je account.
Voordat je apparaten kunt toewijzen, moet je het juiste Apple klantnummer hebben ingevoerd en/of je Organisatie‑ID hebben doorgegeven aan een deelnemende, geautoriseerde Apple reseller of een geautoriseerde mobiele aanbieder. Ook moet je diens Reseller-nummer aan je account hebben toegevoegd. Zie Apparaatleveranciers beheren.
Opmerking: Als je een Apple klantnummer invoert, laat dan de voorloopnullen weg.
Een apparaat moet worden toegewezen aan een MDM-server om het apparaat via de configuratieassistent toe te voegen aan Apple Business Manager en aan te melden bij de MDM-oplossing.
Vertrouwelijke gegevens beveiligen
Tijdens het configuratieproces van het apparaat kun je de veiligheid van gevoelige data verhogen door je ervan te verzekeren dat je de juiste beveiligingsmaatregelen hebt geïmplementeerd. Bijvoorbeeld:
Laat je gebruikers tijdens activering hun identiteit bevestigen als onderdeel van de initiële set-up in de configuratieassistent van het Apple-apparaat.
Voer een eerste configuratie uit met beperkte toegang en vereis extra apparaatconfiguratie voor toegang tot vertrouwelijke gegevens.
Bepalen hoe je apparaten wilt toewijzen
Nadat een bestelling is verzonden, kun je naar het bestelnummer zoeken en dit gebruiken om apparaten aan een geautoriseerde MDM-server (Mobile Device Management) toe te wijzen. Wanneer je bijvoorbeeld een iPhone-bestelling van 5000 eenheden plaatst, kun je het bestelnummer gebruiken om alle apparaten of een specifiek aantal apparaten toe te wijzen aan een bestaande, geautoriseerde MDM-server. Je kunt apparaten op verschillende manieren toewijzen:
Apparaatbeheer: Je kunt apparaten van de ene MDM-server opnieuw toewijzen aan een andere MDM-server. Misschien wil je bijvoorbeeld de belasting van 10.000 apparaten op één MDM-server over drie of vier servers spreiden.
Bron: je kunt apparaten van verschillende bronnen toewijzen. Je kunt bijvoorbeeld alle iPhone- en iPad-apparaten bij één bron kopen en alle Mac-computers bij een andere. De bronnen zijn:
Apple (Apple klantnummer)
Geautoriseerde Apple reseller of een geautoriseerde mobiele aanbieder
AppleCare (voor vervangen apparaten)
Apple Configurator (voor handmatig toegevoegde apparaten)
Bestelnummer:het toewijzen van apparaten op bestelnummer is verstandig als een enkele MDM-server wordt gebruikt voor het in één keer in gebruik nemen van een verzameling apparaten (of een enkele bestelling) en als apparaten nog steeds in hun originele verpakking zitten en rechtstreeks naar de gebruikers gaan.
Apparaattype: je kunt apparaten per type en model toewijzen aan een specifieke MDM-server. Deze methode is nuttig als de apparaten die je moet toewijzen allemaal op dezelfde manier worden beheerd. Je kunt apparaattypen zoeken met behulp van het zoekveld boven in het venster.
Opslagruimte: je kunt apparaten toewijzen op basis van de opslagruimte die bij aankoop is inbegrepen of als ze handmatig zijn aangemeld. Je kunt bijvoorbeeld alle MacBook Pro-computers met 1 terabyte aan opslagruimte toewijzen aan een MDM-server die door je grafische afdeling wordt gebruikt.
Serienummer: je kunt tot 1024 serienummers uit een tekstbestand inplakken, waarbij elk serienummer door een komma wordt gescheiden.
Apparaten toewijzen, opnieuw toewijzen of de toewijzing opheffen
Log in Apple Business Manager in met een gebruiker die de rol van beheerder of apparatenmanager heeft.
Selecteer 'Apparaten' in de navigatiekolom, zoek een apparaat met behulp van het zoekveld en selecteer het apparaat vervolgens in de lijst. Zie Zoeken.
Als je het apparaat hebt gevonden, selecteer je het totale aantal apparaten boven aan de lijst en selecteer je vervolgens 'Wijzig' naast 'Wijzig MDM-server' .
Voer één van de volgende stappen uit:
Kies 'Wijs toe aan server' en kies vervolgens de MDM-server waaraan je je apparaat wilt toewijzen of opnieuw wilt toewijzen.
Kies 'Hef toewijzing op' om de toewijzing van een apparaat aan een MDM-server op te heffen.
Opmerking: Als je een apparaat selecteert waarvan de toewijzing is opgeheven, krijg je de optie toewijzing opgeheven optie niet te zien.
Selecteer 'Ga door'.
Lees de informatie in het dialoogvenster en selecteer vervolgens 'Ga door'.
Een nieuwe activiteit wordt gegenereerd, waardoor een lijst met apparaten wordt toegewezen of opnieuw wordt toegewezen aan de geselecteerde MDM-server of de toewijzing aan een MDM-server wordt opgeheven. Je kunt wachten tot de activiteit is voltooid of 'Sluit' selecteren om het venster te sluiten.
De standaardtoewijzing van apparaten instellen
Je kunt voor elke type apparaat instellen dat het standaard worden toegewezen aan een bepaalde MDM-server. Deze instelling gaat in op het moment dat een of meer apparaten worden toegevoegd aan de organisatie.
Log in Apple Business Manager in met een gebruiker die de rol van beheerder of apparatenmanager heeft.
Selecteer je naam onder in de navigatiekolom, selecteer 'Voorkeuren' en ga op een van de volgende manieren te werk:
Selecteer 'MDM-servertoewijzing' onder 'Je MDM-servers' en selecteer 'Wijzig' naast 'Standaard MDM-servertoewijzing'.
Selecteer een bestaande MDM-server onder 'MDM-servers' en selecteer vervolgens 'Wijzig' onder 'Standaard apparaattoewijzing'.
Als er geen andere MDM-servers zijn geconfigureerd, stel je alle automatische apparaattoewijzingen in op de ingebouwde MDM en selecteer je 'Bewaar'.