DB
De functie DB retourneert het afschrijvingsbedrag op activa voor een opgegeven periode met behulp van de vaste degressieve afschrijvingsmethode. Alle argumenten zijn getalswaarden.
DB(kosten; restwaarde; duur; afschr-periode; maanden-in-eerste-jaar)
kosten: De kosten van de activa die moeten worden afgeschreven. kosten wordt vaak opgemaakt als een valutabedrag en moet groter zijn dan of gelijk zijn aan 0. De kosten bestaan meestal uit de aanschafprijs (inclusief BTW), afleveringskosten en instelkosten. Er kunnen mogelijk bepaalde belastingvoordelen in mindering worden gebracht op deze kosten.
restwaarde: De restwaarde van de activa. restwaarde wordt vaak opgemaakt als een valutabedrag en moet groter zijn dan of gelijk zijn aan 0.
duur: Het aantal perioden waarover de activa worden afgeschreven, ook wel de afschrijvingsduur of de verwachte levensduur genoemd. De waarde van duur moet groter zijn dan 0. duur mag een decimaal deel bevatten (bijvoorbeeld 5,5 voor een afschrijvingsduur van vijfenhalf jaar).
afschr-periode: De periode waarover je de afschrijving wilt berekenen. De waarde van afschr-periode moet groter zijn dan 0. Eventuele decimalen worden genegeerd.
maanden-in-eerste-jaar: Een optioneel argument dat het aantal afschrijvingsmaanden in het eerste jaar aangeeft. Geef voor maanden-in-eerste-jaar een waarde tussen 1 en 12 op. Eventuele decimalen worden genegeerd.
Opmerkingen
Welke valuta in deze functie wordt weergegeven, wordt bepaald door de instellingen voor 'Taal en regio' (in Systeemvoorkeuren in macOS 12 en ouder, Systeeminstellingen in macOS 13 en nieuwer en Instellingen in iOS en iPadOS).
Voorbeeld 1: Een afschrijvingsschema opstellen |
|---|
Stel dat je activa hebt aangeschaft voor € 1.000 (kosten), met een geschatte restwaarde van € 100 (restwaarde) aan het einde van de afschrijvingsduur van 4 jaar (levensduur). Het eerste jaar telt 12 maanden waarin de activa worden afgeschreven (maanden-in-eerste-jaar). =DB(1000; 100; 4; 1; 12) retourneert € 438. Dit is het afschrijvingsbedrag op basis van de degressieve afschrijvingsmethode voor het eerste jaar (afschr-periode is 1). =DB(1000; 100; 4; 2; 12) retourneert € 246,16, het afschrijvingsbedrag voor het tweede jaar. =DB(1000; 100; 4; 3; 12) retourneert € 138,34, het afschrijvingsbedrag voor het derde jaar. =DB(1000; 100; 4; 4; 12) retourneert € 77,75, het afschrijvingsbedrag voor het vierde jaar. |
Voorbeeld 2: Afschrijving voor een gedeeltelijk eerste jaar |
|---|
We gaan uit van dezelfde gegevens als in het eerste voorbeeld, alleen telt het eerste jaar nu minder dan 12 maanden waarin de activa worden afgeschreven. =DB(1000; 100; 4; 1; 9) retourneert € 328,50. Dit is het afschrijvingsbedrag in het eerste jaar op basis van de degressieve afschrijvingsmethode als het eerste jaar 9 maanden telt (maanden-in-eerste-jaar is 9) waarin de activa worden afgeschreven. =DB(1000; 100; 4; 1; 6) retourneert € 219. Dit is het afschrijvingsbedrag in het eerste jaar als het eerste jaar 6 maanden telt waarin de activa worden afgeschreven. |